Kahoot

1 / 44
volgende
Slide 1: Video
WereldoriëntatieVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Met groen en blauw meng je?
A
blauw
B
groen
C
blauwgroen
D
geelgroen

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met geel en rood meng je?
A
groen
B
bruin
C
paars
D
oranje

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met rood en blauw meng je?
A
paars
B
oranje
C
groen
D
bruin

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bomen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lente en bomen

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de buitenkant van een boom
A
Bast
B
Kernhout
C
Schors

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waaraan kun je zien hoe oud een boom is
A
De buitenkant van de boom
B
De jaarringen in de boom
C
De hoeveelheid bladeren
D
De groot de boom is

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelf eten maken
Een boom maakt zijn eigen eten. Een boom kan namelijk niet naar de supermarkt om boodschappen te halen.
Het eten dat een boom eet noemen we suiker.  
Suiker
Een boom eet dus suiker, maar wat heeft een boom nodig om suiker te maken?
  • zonlicht
  • koolzuurgas
  • water 
Fotosynthese
Water: Een boom haalt water uit de groen met zijn wortelen. Vanuit de wortel komt het water bij de bladeren door stengel/takken. 

Zonlicht: De bladeren vangen zonlicht op met hun bladgroenkorrels. 

Adem (CO2) : Via de onderkant van de bladeren haalt de boom adem. In de onderkant van de bladeren zitten namelijk huidmondjes (de afbeelding die jullie erbij zien). Die huidmondjes ademen koolzuurgas in en ademen zuurstof uit. 

De fotosynthese: Wanneer een boom dit allemaal heeft zet hij zonlicht, water en adem (CO2) om in suikers en zuurstof (O2). De zuurstof is voor de mens en de boom gebruikt het suiker om te groeien. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bladgroenkorrels nemen zonlicht op 
Wortels halen water uit de grond
De plant ademt via de huidmondjes koolzuurgas in. 

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt het maken van suiker en zuurstof genoemd?
A
Fotosynthese
B
Huidmondjes
C
Bladgroenkorrels

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een boom maakt suiker en zuurstof, wat gebruikt de boom zelf? Suiker of zuurstof
A
Suiker
B
Zuurstof

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer groeit een boom het snelst?
A
Lente
B
Winter
C
Zomer
D
Herfst

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wind

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat betekent de tornado?
A
Een grote vloedgolf van water.
B
Een zeer verwoestende wervelwind.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat betekent het briesje?
A
Een zacht, koel windje.
B
Een harde, plotselinge windstoot.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ENGELS

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is "koe" in het Engels?
A
cow
B
couw
C
caw
D
coow

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is 'rood' in het Engels?
A
Blue
B
Green
C
Red
D
Yellow

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is 'hond' in het Engels?
A
Cat
B
Elephant
C
Dog
D
Goat

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is 'varken' in het Engels?
A
Pig
B
Frog
C
Monkey
D
Dog

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is 'oranje' in het Engels?
A
Blue
B
Green
C
Orange
D
Yellow

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is "kikker" in het Engels?
A
lizard
B
snail
C
snake
D
frog

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord
"pets"?
A
dieren
B
huisdieren
C
petten
D
vee

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is "geit" in het Engels?
A
dog
B
goat
C
monkey
D
duck

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Muziekstijlen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Techno
A
B
C

Slide 30 - Quizvraag

Techno

Klassiek
A
B
C

Slide 31 - Quizvraag

Klassiek

Metal
A
B
C

Slide 32 - Quizvraag

Metal

Country
A
B
C

Slide 33 - Quizvraag

Country

Polka
A
B
C

Slide 34 - Quizvraag

Polka

Reggae
A
B
C

Slide 35 - Quizvraag

Reggae
Uit welk land komt deze muziek?
A
Nederland
B
Finland
C
Suriname
D
Australië

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet deze muziekstijl?
A
Polka
B
Reggae
C
Klassiek
D
Techno

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Duku betekent
(spreek uit: Doekoe)
8
A
boseend
B
geld

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


'Ik ga je rammelen' betekent
7
A
ik ga je een pak slaag geven
B
ik ga je kietelen

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Pom is
6
A
pastei met kip en gerapte tayer-knol
B
cake met cassavemeel, kokos en amandelsoep

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Mati is straattaal voor
3
A
vriend
B
vijand

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk getal is oneven?
A
64
B
88
C
73
D
96

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Video

Deze slide heeft geen instructies