H2 §4a Wat doe je voor het milieu?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Ik zit klaar voor de les:

• Mijn spullen liggen op tafel (boek, pen, papier, laptop).
• Telefoon is thuis of in mijn kluis
• Mijn jas hangt aan de kapstok.
• Ik heb geen pet of capuchon op.
• Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Rekenvraag:
Een ijssalon verkoopt in een week 2.800 bollen ijs. 22% daarvan is chocolade. Hoeveel bollen zijn dat?

H2 §4a Wat doe je voor het milieu?

Deze les:

• Terugblik
• Huiswerk bespreken
• Instructie: 
• Opdrachten maken 
• Evalueren hoe de les ging

Terugblik:

De vorige les hebben we het gehad over:

de woningmarkt

De markt voor huurwoningen bestaat uit 2 delen. Die woningen heten...

Wat is huurtoeslag?

Huiswerk nakijken

Zijn er nog vragen over het huiswerk ?

opdracht 10 (blz 51)

Let op:

Kijk je huiswerk nu na!

Lesdoel:

Ik weet:

• welke invloed jij hebt op het milieu
• hoe je de energiekosten voor een huishouden berekent

consumeren is vervuilen!

Je hebt het vaak niet door, maar met je consumptie (= wat je koopt enzo) veroorzaak jij milieuschade.

Milieuschade zijn alle negatieve gevolgen van ons gedrag voor het milieu.

milieuschade

Er zijn verschillende soorten milieuschade:

• water-, bodem- en luchtvervuiling, bijvoorbeeld het gebruik van landbouwgif of uitlaatgassen
  
• verbruik van grondstoffen zoals grondwater, hout en aardolie
• verstoring van de leefomgeving, zoals klimaatverandering 
• het ontstaan van afval

milieuschade

Natuurlijke hulpbronnen, zoals fossiele brandstoffen (aardolie), raken op doordat we er veel van gebruiken.

Uitlaatgassen en de uitstoot van fabrieken brengen CO2 in de lucht.

Een belangrijke oorzaak voor de opwarming van de aarde is de  CO2 uitstoot. Ook wel kooldioxide genoemd. Dit gas komt vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen en houdt de warmte van de aarde vast. Dit effect wordt het broeikaseffect genoemd.

Hoeveel CO2 kun je per jaar besparen
als je geen voedsel verspilt en 2 dagen
in de week geen vis of vlees eet?

1. 160
2. 260
3. 290
4. 450

Wie betaalt de rekening?

Voor energie gebruiken huishoudens gas en elektriciteit.

De rekening voor het gebruik hiervan betaal je aan een energieleverancier.

Bijvoorbeeld Eneco.

Elektra (= stroom) betaal je in kWh (kilowattuur)

Gas betaal je in 

m​3​​

Wie betaalt de rekening?

De energierekening bestaat uit:

1. vaste kosten: leveringskosten en netbeheerkosten
2. variabele kosten: ligt aan hoeveel energie je verbruikt.
3. Energiebelasting
4. Heffingskosten (voor de productie van meer duurzame energie)
5. BTW

Bij welke huishoudelijke uitgaven hoort de energierekening?

1. dagelijkse uitgaven
2. vaste lasten
3. incidentele uitgaven

Maak opdracht:

2, 5 & 6 (blz 52-53)

Evaluatie:

1. Wat was het lesdoel?
2. Hoe ging het vandaag?
3. Wat is het huiswerk:

Huiswerk:

Maak opdracht:

K: 2, 4 & 5 (40-41)

TL: 2, 3 & 5 (40-41)