Toets Niv2 Grootheden Eenheden + machten

Toets Grootheden Eenheden
Niveau 2 - Monteur mobiele werktuigen 
Periode 2 
Grootheden en eenheden
+
Machten en Wetenschappelijke notatie
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
LandbouwtechniekMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Toets Grootheden Eenheden
Niveau 2 - Monteur mobiele werktuigen 
Periode 2 
Grootheden en eenheden
+
Machten en Wetenschappelijke notatie

Slide 1 - Tekstslide

In deze toets
-In deze toets krijg je open vragen en meerkeuze vragen. 
-Je beantwoord de vragen altijd met eenheid. 
-Aan het eind van de toets klik je op "inleveren" 
-Je mag je rekenmachine gebruiken

    Succes!

Slide 2 - Tekstslide

De grootheid "lengte" duid je in de werkplaats vaak aan met mm.
Wat is de SI-eenheid van lengte?
A
Meter
B
Centimeter
C
Decimeter
D
Hectometer

Slide 3 - Quizvraag

Alles wat je kan meten heeft een "volume".
Wat is de eenheid van volume?
A
m
B
liter
C
m2
D
m3

Slide 4 - Quizvraag

Sleep de werkplaatseenheden naar de juiste grootheid
Druk 
(p)

Volume 
(V)
Temperatuur 
(T)
Snelheid
(v)
Lengte
(l)
Bar
Liter
Graden
Celcius
Km/uur
cenimeter

Slide 5 - Sleepvraag

Sleep de SI-eenheden naar de juiste grootheid
Druk 
(p)

Volume 
(V)
Temperatuur 
(T)
Snelheid
(v)
Lengte
(l)
Pascal
Graden
Kelvin
m/sec
meter

Slide 6 - Sleepvraag

1 Bar =
A
2 Pascal
B
10 Pascal
C
1000 Pascal
D
100.000 Pascal

Slide 7 - Quizvraag

1 Bar =
A
2 N/m²
B
10 N/m²
C
1000 N/m²
D
100.000 N/m²

Slide 8 - Quizvraag

230.000 N/m² =
A
0,23Bar
B
2,3Bar
C
23Bar
D
230Bar

Slide 9 - Quizvraag

1 u =
A
60 Sec
B
600 Sec
C
3000 Sec
D
3600 Sec

Slide 10 - Quizvraag

1 gr.Celcius =
A
100 gr.Kelvin
B
27,315 gr.Kelvin
C
273,15 gr.Kelvin
D
100.000 gr.Kelvin

Slide 11 - Quizvraag

Een John Deere 6155M heeft een massa van 6700kg. Het gewicht van een voorwerp is de kracht waarmee het op de aarde drukt.
Wat is het gewicht van deze trekker?
A
67000 Newton
B
6700 Newton
C
13.400 Newton
D
670 Newton

Slide 12 - Quizvraag

Op een perseel van 1ha (100m bij 100m) ga ik beregenen.
Na het beregenen heb ik 25mm water beregend.
Reken uit hoeveel m³ water ik op dit perseel heb gesproeid.
Gebruik hiervoor lengte x breedte x hoogte (alles in m)

Slide 13 - Open vraag

Geef weer zonder macht:

10^4
A
10
B
100
C
1000
D
10000

Slide 14 - Quizvraag

Geef weer zonder macht:

10^3
A
10
B
30
C
1000
D
3000

Slide 15 - Quizvraag

Geef weer zonder macht:

10^-2
A
0,001
B
0,01
C
0,1
D
10

Slide 16 - Quizvraag

Geef weer zonder macht:

3^2 of 3²
A
6
B
9
C
27
D
30

Slide 17 - Quizvraag

verander naar wetenschappelijke notatie:
2300
A
2,3x10³
B
23,0x10²
C
2,3x10-³
D
230x10

Slide 18 - Quizvraag

verander naar wetenschappelijke notatie:
76.000.000
A
76x10^6
B
7,6x10^7
C
7.600.000x10^2
D
7x10^3

Slide 19 - Quizvraag

verander naar wetenschappelijke notatie:
0,0057
A
57x10^2
B
57x10^-2
C
5,7x10^-3
D
57x10^-3

Slide 20 - Quizvraag

schrijf de wetenschappelijke notatie voluit:
2,6 x10^6
A
2,6000000
B
2.600.000
C
26.000.000
D
2.000.000

Slide 21 - Quizvraag

Stapje voor Stapje
mm - cm - dm - m - dam - hm - km

Bij de volgende vragen moet je de eenheden omrekenen. 
Bekijk goed hoeveel plaatsen je de komma moet verplaatsen per stapje.

Slide 22 - Tekstslide

mm - cm - dm - m - dam - hm - km

Reken om: 1m =
A
10cm
B
100cm
C
1000cm
D
0,1cm

Slide 23 - Quizvraag

mm - cm - dm - m - dam - hm - km

Reken om: 1m² =
A
100cm²
B
1000cm²
C
10.000cm²
D
0,001cm²

Slide 24 - Quizvraag

mm - cm - dm - m - dam - hm - km

Reken om: 1m³ =
A
1000.000cm³
B
10.000cm³
C
1cm³
D
0,001cm³

Slide 25 - Quizvraag

Reken om:

60 l/min
A
1l/sec
B
10l/sec
C
6l/sec
D
60l/sec

Slide 26 - Quizvraag

Reken om:

10 Omw/sec
A
10 omw/min
B
60 omw/min
C
100 omw/min
D
600 omw/min

Slide 27 - Quizvraag

mm - cm - dm - m - dam - hm - km
Reken om:

2kg/m2
A
0,2kg/dm²
B
200kg/dm²
C
100kg/dm²
D
1000kg/dm²

Slide 28 - Quizvraag

Als ik zeg dat ik 50kg aan frontgewichten voor aan mijn Fendt hang wat wordt er dan groter?
A
De massa
B
Het gewicht
C
Beide
D
Geen van beide

Slide 29 - Quizvraag

Ik rij met een trekker en twee aanhangers. Ik mag niet te lang zijn in het verkeer.
Welke werkplaatseenheid gebruik ik om te meten?
A
mm
B
hm
C
dm
D
m

Slide 30 - Quizvraag

Mijn collega wil weten hoeveel massa zijn heftruck kan heffen. Hij geeft je de afmetingen van de cilinder in mm en de druk in Bar.
Mag je met deze eenheden rekenen?
A
Nee, het moet in mm en Pascal
B
Ja, dit klopt met mm en Bar
C
Nee, het moet in m en Pascal
D
Nee, het moet in m en Bar

Slide 31 - Quizvraag

Einde toets
Klik op inleveren. 
Zodra je docent de toets heeft nagekeken zie je de uitslag in jouw account. 

Slide 32 - Tekstslide