Grammar 16 Degrees of comparison goede versie

Trappen van vergelijking
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Trappen van vergelijking

Slide 1 - Tekstslide

I know I can treat you ...

than he can.
A
nicer
B
best
C
better
D
well

Slide 2 - Quizvraag

I've got one ... problem without you.
A
MORE
B
BIGGER
C
FEWER
D
LESS

Slide 3 - Quizvraag

Baby get ...
A
HIGHER
B
BETTER
C
STRONGER
D
SMARTER

Slide 4 - Quizvraag

What degrees of comparison do you hear?
Work it Make it Do it Make us ... ... ... ...

Slide 5 - Open vraag

Wat zijn trappen van vergelijking?

Slide 6 - Woordweb

Vergrotende + overtreffende trap
klein - kleiner - kleinst(e)
small - smaller - smallest

groot - groter - grootst(e)
big - bigger - biggest

aardig - aardiger - aardigst(e)
nice - nicer - nicest

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Let op!

goed - beter - best
good - better - best

slecht - slechter - slechtst(e)
bad - worse - worst

Slide 9 - Tekstslide

Vergrotende trap:
-ER

Vaak wordt het woord gevolgd door THAN

Frank is fatter than Rob.

The boys are faster than us.


Overtreffende trap:
-EST

Vaak komt er voor het woord THE te staan

Rob is the fattest boy I know.

That is the fastest car ever.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

as ... as
Harry is even groot als Lianne.
Harry is as big as Lianne.

Die hond rent net zo snel als die kat.
That dog runs just as fast as that cat.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Maak zelf eens een Engelse
trap van vergelijking.
Kies uit: large / happy / sad

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

My sister has a ___ room than I have.
A
big
B
bigger
C
biggest

Slide 16 - Quizvraag

I drive as ___ as my husband.
A
safe
B
safer
C
safest

Slide 17 - Quizvraag

The teacher likes to have the ___ talks.
A
dull
B
duller
C
dullest

Slide 18 - Quizvraag

Michael Jackson was the
___ singer ever .
A
great
B
greater
C
greatest

Slide 19 - Quizvraag

The weather today is even ___
than yesterday.
A
badder
B
baddest
C
worse
D
worst

Slide 20 - Quizvraag

My dad is the ___ dad ever!
A
good
B
goodest
C
better
D
best

Slide 21 - Quizvraag


The giraff is ... than the warthog
A
Large
B
Larger
C
alle 3 zijn goed
D
Largest

Slide 22 - Quizvraag

I love my grandma.
She is the ..............grandma there is. (silly)
A
sillyest
B
sillier
C
sillyier
D
silliest

Slide 23 - Quizvraag

Hoe zat het ook al weer?

Er zijn een aantal spellingregels --> denk aan: funny – funnier – funniest. Of big – bigger – biggest

Als een bijvoeglijk naamwoord (adjective) twee of meer lettergrepen heeft dan gebruik je niet -er of -est achter het woord maar

more of most ervoor; more beautiful most beautiful.

En uitzonderingen zoals good en bad

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link


Extra oefenen met 
trappen van vergelijking?



Slide 26 - Tekstslide