Co-teaching en Nederlands

Wat gaan we doen?
Uitleg co-teaching
Nederlands
Aan de slag 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?
Uitleg co-teaching
Nederlands
Aan de slag 

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij co-teaching?

Slide 2 - Woordweb

Van en met elkaar leren

Slide 3 - Tekstslide

Praktische informatie
Welke dagen? 
Welke vakken?
Welke boeken?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Nederlands
Twee keer per week
Generiek en vakgericht

Slide 6 - Tekstslide

Planning

Slide 7 - Tekstslide

Nu Nederlands
Business administration & control specialist --> Niveau 3F
Legal, insurance & hr specialist --> Niveau 3F
Assistant business services --> Niveau 2F


Slide 8 - Tekstslide

Wat is een werkwoord?

Slide 9 - Open vraag

Een ww zegt wat iets of iemand doet of overkomt (zwemmen, denken, vallen).
Bij sommige ww is de betekenis niet zo duidelijk (zijn, moeten, worden).

Slide 10 - Tekstslide

Persoonsvorm
De pv is een werkwoord dat je in de zin van tijd kunt veranderen. De vorm ervan wordt bepaald door het onderwerp. 

Het salaris wordt (werd) later uitbetaald, want de salarisadministratie kampt  (kampte) met een storing. 

Slide 11 - Tekstslide

De infinitief
Het hele werkwoord.

Jasper gaat om 12 uur lunchen.

Slide 12 - Tekstslide

Het voltooid deelwoord 
Geeft aan dat iets eerder gebeurd is.
Fatma heeft een DTP-cursus gevolgd. 

Slide 13 - Tekstslide

Het tegenwoordig deelwoord
Geeft meestal aan dat iets op hetzelfde moment als iets anders gebeurt. 

Siska houdt haar presentatie altijd het liefst staand.

Slide 14 - Tekstslide

Alle studenten hebben het huiswerk gemaakt.

Slide 15 - Tekstslide

Katja gaat om 20.00 uur zwemmen.

Slide 16 - Tekstslide

Janco had de opdracht niet goed begrepen.

Slide 17 - Tekstslide

Maak zinnen. Gebruik het werkwoord 'slapen' op drie verschillende manieren.

Slide 18 - Open vraag

Aan de slag 
Nu Nederlands -> taalverzorging -> 1.1. woordsoorten

Slide 19 - Tekstslide