Leçon 4 Chapitre 1 A écouter /B Lire

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Leçon 4 Chapitre 1

A écouter / B lire

Objectif d'apprentissage 

Je kunt een kort kennismakingsgesprek voeren

Wat moet je kunnen om dit leerdoel te behalen?

Critère de succès

Succescriteria:

- Je kunt begroeten en afscheid nemen

- Je kunt vragen hoe iemand heet en jezelf voorstellen

- Je kunt vragen hoe het gaat en vertellen hoe het gaat

- Je kunt vragen waar iemand woont en vertellen waar jezelf woont

- Je kunt vragen hoe oud iemand is en vertellen hoe oud jezelf bent

_ Je kunt vragen welke familieleden iemand heeft en je kunt over je eigen familie vertellen

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui

- Je test je woordkennis van de afgelopen 2 lessen

- We gaan een kennismakingsgesprek luisteren tussen 2 jongeren

- Je leert woorden die te maken hebben met kennismaken

- Je leert een stripverhaal  over campingbelevenissen begrijpen

- Je leert woorden die te maken hebben met familie en vakantie

14

8

vrijdag

aujourd'hui "oo zjoerdwie"

On a des devoirs? "on aa deh duhvwaar'

tot ziens

Écouter une conversation

Schrijf eens voor jezelf op welke zinnetjes je kunt gebruiken in een kennismakingsgepsrek, terwijl je luistert.

Écouter une conversation

Prenez vos livres à la page vingt-trois

Onderstreep nu de zinnen die je kunt gebruiken in een kennismakingsgesprek. En kijk welke woorden je aanpast voor je eigen gesprek

Écouter une conversation

Avant l'écoute: exercice 5b

Pendant l'écoute: exercice 5C, 5D

Après l'écoute: exercices , 6, 7 (et 8)

Geef antwoord: tu habites où?

1. Je m'appelle Jean
2. J'habite à Hilversum
3. Tu habites à Hilversum
4. Elle est Marie

het zwembad

1. les vacances
2. la tente
3. la caravane
4. la piscine

Vertaal: Hoe heet je?

une conversation

Probeer nu een kort gesprekje te voeren met je buurman of buurvrouw, met wat je nu al weet. 

Soirée BBQ au camping

On va lire une petite bande dessinée (stripverhaal)

Exercice 9 a, b et c (page 26/27)

Exercice 10 a, b, c et d (page 26/27/28

Welke vragen kun je uit de tekst halen, die je kunt gebruiken voor een kennismakingsgesprek

Exercices de vocabulaires

Fais exercices 11 a et b, 12 a et b

Si vous avez terminé, vous commencez à apprendre parti B (page 52) et vous revisez parti A

Réponses 11 et 12

11a, 1: hier, 2: ook, 3: broer, 4: en jij, 5: zus, 6: dus

11b, 1: pourquoi, 2: il y a, 3: le poisson, 4: le chat, 5: ici, 6: bon appetit

12a, 1: tente, 2: c'est, 3: frère, 4: aussi, 5: la famille, 6: le chien

12b: Bonjour ça va?, Ça va bien, C'est quoi?, C'est un chien

Pour la prochaine leçon

Finis les exercices 7 et 8

Apprends les mots de parti A et B (page 52)