24/25 week 3 februari les 1
1 / 21
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
répondre
attendre
entendre
vendre
perdre
De werkwoorden op –RE :
verkopen
antwoorden
wachten op
horen
verliezen
Slide 6 - Sleepvraag
descendre
attendre
entendre
vendre
rendre
De werkwoorden op –RE :
verkopen
uitstappen
wachten op
horen
teruggeven
Slide 7 - Sleepvraag
Hoeveel stappen moet je leren om te slagen in het leven volgens de coach?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 8 - Quizvraag
Stap 1: Wat betekent de zin: un poing levé?
Slide 9 - Open vraag
In stap 2, verwijst de coach naar een sport. Welke is dat?
Slide 10 - Open vraag
Stap 3: noteer een woord met een accent circonflexe ^!
Slide 11 - Woordweb
Stap 4: wat betekent de zin: attrapper le bonheur?
A
geluk vermijden
B
geluk vangen
C
geluk verdienen
D
geluk geven
Slide 12 - Quizvraag
Wat vraagt de coach?
A
Ça va toi?
B
Tu parles beaucoup toi, comment tu t' appelles?
C
Qu' est-ce que tu fais?
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
De stam van de werkwoorden op -RE vind je door -RE eraf te halen in de présent tijd.
(vendre - vend).
(vendre - vend).
A
juist
B
onjuist
Slide 15 - Quizvraag
Wat zijn de juiste uitgangen présent bij ww. op RE
A
-, s, -, ons, ez, ent
B
s, s, -, ons, ez, ent
C
-, s, -, ons, ez, ont
D
s, s, -, ons, ez, ont
Slide 16 - Quizvraag
In de passé composé: wat is de uitgang van het voltooid deelwoord van ww op -re?
A
é
B
i
C
u
D
eigen vorm
