6. Het parlement

POLITIEK
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

POLITIEK

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdvragen:
  • Welke taken heeft het parlement?
    - (Mede wetgeving)
    - Controle van de ministers
Begrippen:
  • Parlement
  • Eerste Kamer
  • Tweede Kamer
  • Fractie

Slide 2 - Tekstslide

Het Parlement
De Eerste- en de Tweede Kamer
(De Staten-Generaal)

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel leden heeft de Eerste Kamer?
A
50
B
75
C
150
D
175

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel leden heeft de Tweede Kamer
A
50
B
75
C
150
D
175

Slide 5 - Quizvraag

Hoofdtaken Eerste Kamer

  • Controleren van de regering (controlerende taak)

  • Chambre du reflection (Kamer van reflectie = nogmaals, vooral technisch, bekijken van een wetsvoorstel dat al door de Tweede Kamer is goedgekeurd)

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdtaken Tweede Kamer

  • Controleren van de regering (controlerende taak)

  • Maken van wetten (wetgevende taak)

Slide 7 - Tekstslide

Wie zitten er in de Tweede Kamer?

  • Fracties = een groep personen van een politieke partij die in de Tweede Kamer zit

  • Regeringspartijen (coalitie)= deze partijen zitten ook in de regering

  • Oppositiepartijen = deze partijen zitten niet in de regering, wel in de Tweede Kamer

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

BELANGRIJK!
Maak dit schema op op pagina 71 en voeg een foto toe op de volgende slide.

Slide 11 - Tekstslide

Lever opdracht 17 nationaal bestuur hier in:

Slide 12 - Open vraag

Wie zit waar?!

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdvragen 6.1:
  • Wat zijn de rechten van het parlement?
Begrippen:
  • Stemrecht
  • Recht van initiatief
  • Recht van amendement
  • Vragenrecht
  • Recht van interpellatie
  • Recht van enquete
  • Parlementaire enquete
  • Recht van motie
  • Ministeriele verantwoordelijkheid
  • Kabinetscrisis

Slide 14 - Tekstslide

Taken van het parlement
1. wetgevende taak: wetsvoorstellen + stemmen over wetten
2. controlerende taak: controleren of ministers (en staatssecretarissen!) hun werk wel goed doen

Slide 15 - Tekstslide

DE WETGEVENDE TAAK:

Slide 16 - Tekstslide

Wetgevende taak:
1. Stemrecht:
Beide kamers stemmen over ieder wetsvoorstel. Zij kunnen een wetsvoorstel aanvaarden of verwerpen.

Slide 17 - Tekstslide

Hoeveel stemmen heb je minimaal nodig om een wetsvoorstel er doorheen te krijgen?

Slide 18 - Open vraag

Wetgevende taak:
2. Recht van initiatief
Tweede Kamer leden mogen zelf wetsvoorstellen indienen. 

Let op: Dit gebeurd niet vaak want meestal zijn de ministers verantwoordelijk voor een wetsvoorstel, zij hebben de meerderheid in de Tweede Kamer. De Eerste Kamer mag dit NIET.

Slide 19 - Tekstslide

Ga naar Goolgle en zoek een nieuwe wet. Je kunt het beste zoeken door "nieuws" aan te klikken onder de zoekbalk.
Maak een screenshot en voeg die hier toe.

Slide 20 - Open vraag

Wetgevende taak:
3. Recht van amendement:
Dit recht geeft de Tweede Kamer de mogelijkheden om wetsvoorstellen te veranderen.
Denk bij amendement dus aan wetswijziging.

Slide 21 - Tekstslide

Zet de stappen van het wetsvoorstel in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
6

Slide 22 - Sleepvraag

CONTROLERENDE TAAK:

Slide 23 - Tekstslide

Vragenrecht: ieder Kamerlid mag aan de minister of staatsecretaris mondelinge of schriftelijke vragen stellen. De M&S is verplicht om deze vragen binnen 3 weken te beantwoorden. 

Slide 24 - Tekstslide

Recht van interpellatie: interpelleren betekend een minister ter verantwoording roepen. De M (of S) moet dan naar de Tweede Kamer komen om uitleg te geven over het beleid. 

Slide 25 - Tekstslide

Budgetrecht: de Eerste en de Tweede Kamer hebben het recht om de jaarlijkse begroting van de minister wel of niet goed te keuren. 

Slide 26 - Tekstslide

Parlementaire enquête: als in de Tweede Kamer vindt dat een bepaalde zaak tot op de bodem uitgezocht moet worden, kunnen ze daar een onderzoek naar doen. Betrokkenen worden onder ede verhoord en zijn strafbaar als blijkt dat ze liegen.

Slide 27 - Tekstslide

Recht van motie:



Het parlement kan hiermee aangeven een minister 'af te keuren' of te 'wantrouwen'. Als de meerderheid zo'n motie steunt moet de minister weg.

2. Recht van motie


Het parlement kan hiermee aangeven een minister 'af te keuren' of te 'wantrouwen'. Als de meerderheid zo'n motie steunt moet de minister weg.

Slide 28 - Tekstslide

Lees "verhouding tussen regering en parlement" op blz. 67

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Leg uit waarom het kabinet is afgetreden:

Slide 31 - Open vraag

Leg uit of je dit wel/niet terecht vindt:

Slide 32 - Open vraag

Opdrachten:
Opd. 9 / 10 / 11 / 12 / 13 /14 /15  

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide