chap 2 samenvatting

Herhalingsles grammatica
We zijn nu klaar met chap 1 en 2
avoir = hebben
être=zijn
bezvnw
lidwoord
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhalingsles grammatica
We zijn nu klaar met chap 1 en 2
avoir = hebben
être=zijn
bezvnw
lidwoord

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Encore une fois!
j' ai = ik heb
Tu as = jij hebt
Il a = hij heeft
Elle a = zij heeft
On a = men heeft OF wij hebben

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

J'
Tu
Il / Elle
Nous
Vous
Ils / Elles
Ai
A
Ont
Avez
As
Avons

Slide 3 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tu ... quel âge?
A
as
B
es
C
avez
D
ont

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Il .... quinze ans
A
as
B
a
C
ai
D
avez

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jaques et Françoise .... trois pommes
A
ai
B
a
C
avons
D
ont

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het rijtje van "avoir"

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Jullie zijn
A
Nous sommes
B
Vous êtes
C
Ils sont

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De meisjes zijn
A
Les filles sont
B
La fille est
C
Les garçons sont
D
Les filles êtes

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb
A
J'ai
B
Je suis
C
Je avoir
D
Je regarde

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak 2 zinnen met een vorm van het werkwoord 'zijn' en 2 met het werkwoord 'hebben'.

Slide 12 - Open vraag

Je suis une fille
Tu es fantastique
Nous sommes ici

J'ai une papier
Tu as la gomme?
Vous avez une grande maison. ( jullie hebben een groot huis).
un/le frère

mon frère = mijn broer

ton frère = jouw broer

son frère = zijn/haar broer

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

une/la soeur

ma soeur= mijn zus

ta soeur= jouw zus

sa soeur= zijn/haar zus

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

des/les parents

mes parents= mijn ouders

tes parents= jouw ouders

ses parents= zijn/haar ouders

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

L'adjectif possessif: bezittelijk vnw
* mannelijk woord: (un/le frère)
mon - mijn     ton - jouw     son - zijn/haar

* vrouwelijk woord: (une/la soeur)
ma - mijn     ta - jouw     sa - zijn/haar

* meervoud: (des/les parents)
mes - mijn     tes - jouw     ses - zijn/haar

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voilà, (mijn) père (m).
A
mon
B
ma
C
ton
D
son

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Jouw) famille (v) est grande!
A
ma
B
sa
C
ta
D
tes

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Mijn) fils (m) s'appelle Bram.
A
Son
B
Sa
C
Mon
D
Ton

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Jouw) chien (m) est formidable!
A
Mon
B
Ma
C
Mes
D
Ton

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Haar) grand-mère (v) est divorcée.
A
Sa
B
Son
C
Ses
D
Ta

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Haar) grand-père (m) est divorcé aussi.
A
Sa
B
Son
C
Ses
D
Mon

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Haar) grand-parents (mv) sont divorcés.
A
Son
B
Sa
C
Ses
D
Tes

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(Jouw) parents (mv) sont mariés.
A
Ton
B
Tes
C
Ta
D
Ses

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(mijn) copine (v) s'appelle Sarah.

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(zijn) oncle (m) est gentil.

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(haar) oncle (m) est gentil.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ATTENTION!
* mijn vriendin -> ma amie -> mon amie (klinkerbotsing)

* jouw school -> ta école -> ton école (klinkerbotsing)

* zijn / haar verhaal -> sa histoire -> son histoire (stomme 'h')

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

C'est (mijn) auto (v).
A
ma
B
mon
C
ta
D
ton

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Quelle est (jouw) adresse (v)?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

les devoirs
Alles leren van chap 2 en gram chap 1

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies