H2L9 - 1VMA - Vrijdag 1 december - 2.7 Grammatica - Zelfstandig naamwoord, lidwoord en werkwoord

Welkom 1VMA
 : )

Planning van uur 
  • Stillezen (10 minuten)
  • Uitleg grammatica
  • Zelfstandig werken



Aan het einde van deze les
  • heb je geleerd wat een woordsoort is;
  • heb je geleerd wat een zelfstandig naamwoord en een lidwoord is. 


timer
10:00
Toetsen en opdrachten die eraan komen:
  • SO Grammatica hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2 (week voor de kerstvakantie)
  • Repetitie hoofdstuk 2 (toetsweek)
  • Boekopdracht 2: profiel (vrijdag 16 februari)
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom 1VMA
 : )

Planning van uur 
  • Stillezen (10 minuten)
  • Uitleg grammatica
  • Zelfstandig werken



Aan het einde van deze les
  • heb je geleerd wat een woordsoort is;
  • heb je geleerd wat een zelfstandig naamwoord en een lidwoord is. 


timer
10:00
Toetsen en opdrachten die eraan komen:
  • SO Grammatica hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2 (week voor de kerstvakantie)
  • Repetitie hoofdstuk 2 (toetsweek)
  • Boekopdracht 2: profiel (vrijdag 16 februari)

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Wat
Huiswerk bespreken (opdracht 15 en 16 van 2.5 Woorden)
Hoe
Klassikaal
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd
Ongeveer vijf minuten
Uitkomst
Deze leerstof komt terug op de repetitie 
Klaar
Hierna gaan we verder met de les

Slide 2 - Tekstslide

Grammatica
Zinsdelen
Woordsoorten
Persoonsvorm, onderwerp, etcetera
Zelfstandig naamwoord, lidwoord, etcetera
Zin in stukjes hakken (zinsdelen) en die stukjes een naam geven
Elk woord een naam geven 

Slide 3 - Tekstslide

Woordsoorten
Elk woord hoort bij een bepaalde woordsoort

Slide 4 - Tekstslide

Zelfstandig naamwoord
  • Mens
  • Dier 
  • Plant
  • Ding 
  • (Plaats)namen
  • Begrippen

Je kunt zelfstandig naamwoorden (vaak, niet altijd):
- in het meervoud zetten
- verkleinen

Je kunt voor een zelfstandig naamwoord meestal een lidwoord zetten. 

Slide 5 - Tekstslide

Schrijf alle zelfstandige naamwoorden op uit deze zin:

Een man heeft het boek gepakt.

Slide 6 - Open vraag

Schrijf alle zelfstandige naamwoorden op uit deze zin:

In de sporthal van Hardinxveld is gisteren ruzie uitgebroken.

Slide 7 - Open vraag

Lidwoord
  • De, het, een

  • Een lidwoord staat nooit alleen 
  • Het lidwoord staat altijd bij het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort

  • De, het: bepaalde lidwoorden (duidelijk wat of wie je precies bedoelt) 
  • Een: onbepaald lidwoord (niet duidelijk wat of wie je precies bedoelt) 


Let op: 
'Het' is niet altijd een lidwoord 
'Een' is niet altijd een lidwoord

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf alle lidwoorden op uit deze zin:

Een man heeft het boek gepakt.

Slide 9 - Open vraag

Schrijf alle lidwoorden op uit deze zin:

Eén van de mensen heeft het boek gepakt.

Slide 10 - Open vraag

Schrijf alle lidwoorden op uit deze zinnen:

Er is een misdaad gepleegd.
Eén van de verdachten heeft het gedaan.

Slide 11 - Open vraag

Schrijf alle lidwoorden op uit deze zinnen:

Het regent, het regent, de pannetjes worden nat.

Slide 12 - Open vraag

                   Individueel werken 
Wat
Lees de leertekst 'Zin, woord, woordsoort' (bladzijde 155) en 'Zelfstandig naamwoord' (bladzijde 156) en 'Lidwoord' (bladzijde 157)

Maak opdracht 1 t/m 9 van 2.7 Grammatica
Hoe
Eerst vijf minuten in stilte. Gaat dat goed? Dan rustig overleggen.
Hulp
Eerst vijf minuten zonder hulp, daarna: docent
Tijd
Tot het einde van de les
Uitkomst
Dit komt terug op de SO en de repetitie
Klaar
Lees in je leesboek 
timer
5:00

Slide 13 - Tekstslide

Samenvatting van de les
Jij
  • hebt geleerd wat een woordsoort is;
  • hebt geleerd wat een zelfstandig naamwoord en een lidwoord is.

Huiswerk
  • Lees de leertekst 'Zin, woord, woordsoort' (bladzijde 155) en 'Zelfstandig naamwoord' (bladzijde 156) en 'Lidwoord' (bladzijde 157)
  • Maak opdracht 1 t/m 9 van 2.7 Grammatica

Slide 14 - Tekstslide