Anatomie&fysiologie Zintuigen

1 / 59
volgende
Slide 1: Tekstslide
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 59 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de functie van sensoren?
A
Vertalen van prikkels in elektrische impulsen.
B
Doorgeven van impulsen aan het zenuwstelsel.
C
Opvangen van prikkels.
D
Alle hier genoemde functies.

Slide 14 - Quizvraag

Welke bewering over de sensoren is waar?
A
De reuk is een mechanosensor.
B
De smaak is een chemosensor.
C
De staafjes in het oog zijn thermosensoren.
D
Het horen is een chemosensor.

Slide 15 - Quizvraag

Het na een tijdje niet meer ruiken van je eigen parfum is een voorbeeld van positieve adaptie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Je reukzintuig is een interoreceptor.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Pijnreceptoren kunnen zowel mechanoreceptoren, chemoreceptoren als thermoreceptoren zijn.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Wat is de functie van het trommelvlies ?
A
geluidstrillingen opvangen
B
geluidstrillingen opvangen en doorgeven
C
geluidstrillingen opvangen en omzetten
D
geluidstrillingen doorgeven en omzetten

Slide 25 - Quizvraag

Geluid komt je oor binnen, in welk rijtje staan de onderdelen die het geluid tegenkomt in de juiste volgorde.
A
gehoorgang-trommelvlies-slakkenhuis-gehoorbeentjes
B
gehoorgang-trommelvlies-gehoorbeentjes-slakkenhuis
C
gehoorgang-gehoorbeentjes-trommelvlies-slakkenhuis
D
gehoorgang-gehoorbeentjes-slakkenhuis-trommelvlies

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

De "kegeltjes" in het netvlies zijn zeer lichtgevoelig en hebben weinig licht nodig
A
Juist
B
Onjuist

Slide 42 - Quizvraag

cornea = hoornvlies
A
Juist
B
Onjuist

Slide 43 - Quizvraag

De retina is de (1) laag van de oogbol, waarin de (2) liggen.
A
1) buitenste (2) kegeltjes
B
(1) middelste (2) zintuigcellen
C
(1) middelste (2) staafjes
D
(1) binnenste (2) zintuigcellen

Slide 44 - Quizvraag

Onder accommodatie van het oog verstaan we:
A
Het aanpassen van de vorm van het regenboogvlies.
B
Het aanpassen van de vorm van hoornvlies.
C
Het aanpassen van de vorm van de ooglens.
D
Het aanpassen van de vorm van het glasachtig lichaam.

Slide 45 - Quizvraag

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Video

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Wat zijn nociceptoren

Slide 53 - Open vraag

De buis van Eustachius is een verbinding tussen de trommelholte en keelholte.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 54 - Quizvraag

choroidea =vaatvlies
A
Juist
B
Onjuist

Slide 55 - Quizvraag

Het slakkenhuis is onderdeel van het...
A
Binnenoor
B
Middenoor
C
Buitenoor
D
Evenwichtsorgaan

Slide 56 - Quizvraag

De zintuigcellen die het geluid waarnemen bevinden zich in:
A
Het orgaan van Corti.
B
Het middenoor.
C
De halfcirkelvormige kanalen.
D
De buis van Eustachius.

Slide 57 - Quizvraag

Wat is de functie van het oorsmeer?

Slide 58 - Open vraag

Wanneer je dit leest, dan is de stand van de ooglens (1) en de accomodatiespier is (2)
A
(1) plat, (2) ontspannen
B
(1) plat, (2) gespannen
C
1) bol, (2) gespannen
D
(1) bol, (2) ontspannen

Slide 59 - Quizvraag