Meervouden op -en (1KT)

Meervoud.... wat is dat eigenlijk?
1 / 13
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Meervoud.... wat is dat eigenlijk?

Slide 1 - Open vraag

Kijk naar het plaatje. Noteer een woord dat je ziet en maak er een meervoud van op -en of -s
bijv. man - mannen

Slide 2 - Tekstslide

Welk meervoud is juist?
Woord: voet
A
voeten
B
voetten
C
voetje
D
voetjes

Slide 3 - Quizvraag

Welk meervoud is juist?
muis
A
muisen
B
muizen
C
muisje
D
muisjes

Slide 4 - Quizvraag

Noteer de juiste spelling.
spelletje
A
speletjes
B
spelletje`s
C
spelletjes
D
spelletje`s

Slide 5 - Quizvraag

Welk meervoud is juist?
dief
A
diefen
B
diefje
C
dieven
D
diefjes

Slide 6 - Quizvraag

Noteer de juiste spelling
menu
A
menuus
B
menu`s
C
menus
D
mennuus

Slide 7 - Quizvraag

Takken is het meervoud van …..
en taken van …..

Slide 8 - Open vraag

Mannen is het meervoud van ….
en manen van …..

Slide 9 - Open vraag

Noteer het meervoud van de volgende woorden: apparaat, paprika en piano

Slide 10 - Open vraag

Regel: korte klank,
je schrijft twee medeklinkers.
Een zus: twee zussen. Bedenk zelf ook een voorbeeld.

Slide 11 - Woordweb

Regel: lange klank aan het einde van een lettergreep. Je schrijft een medeklinker. Bijvoorbeeld: schuur: schuren.
Bedenk zelf ook een voorbeeld

Slide 12 - Woordweb

Maken opdr. 1 t/m 5 blz. 108 en 109

Slide 13 - Tekstslide