Paragraaf 10.2 Zwanger en Bevallen en 10.3 levensfasen en hormonen

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wanneer een vrouw zwanger is.
2. Je kunt uitleggen hoe een kind groeit in de baarmoeder
3. Je kunt uitleggen hoe de bevalling gaat.
4.Je kunt uitleggen hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken.
5. Je kunt uitleggen hoe een tweeling ontstaat. 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wanneer een vrouw zwanger is.
2. Je kunt uitleggen hoe een kind groeit in de baarmoeder
3. Je kunt uitleggen hoe de bevalling gaat.
4.Je kunt uitleggen hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken.
5. Je kunt uitleggen hoe een tweeling ontstaat. 

Slide 1 - Tekstslide

Bevruchting
Een kern van een zaadcel versmelt met de kern van een eicel.

De bevruchting vindt plaats in de eileider!

Innestelling: na ongeveer 6 dagen zet het bolletje cellen zich vast in het dikke baarmoederslijmvlies. Dan is de vrouw zwanger.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wanneer een vrouw zwanger is.
2. Je kunt uitleggen hoe een kind groeit in de baarmoeder
3. Je kunt uitleggen hoe de bevalling gaat.
4.Je kunt uitleggen hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken.
5. Je kunt uitleggen hoe een tweeling ontstaat. 

Slide 3 - Tekstslide

Zwangerschap heeft 2 fasen
1. De eerste 12 weken
In deze fase ontstaan alle organen van het kind. Dit heet ontwikkeling, het ongeboren kind heet dan een embryo. Sterft het embryo in de eerste fase dan heet dat een miskraam. 

2. van week 12 tot geboorte
In deze fase vindt alleen groei plaats, je noemt het ongeboren kind dan een foetus. 

Slide 4 - Tekstslide

Placenta
Plaats waar embryo is ingenesteld groeit placenta/moederkoek. In de placenta zitten haarvaten (hele dunnen bloedvaten waar gaswisseling plaats kan vinden)

Vruchtwater en vruchtvliezen beschermen kindje tegen stoten

Slide 5 - Tekstslide

Navelstreng
3 bloedvaten:
2 navelstrengslagaders
1 navelstrengader

1. voedingstoffen en zuurstof gaan vanuit het bloed van de moeder naar het bloed van het kind. VIA de NAVELSTRENGADER

Slide 6 - Tekstslide

Navelstreng
Koolstofdioxide en andere afvalstoffen (komen vrij na een verbranding, dus in een baby vindt ook verbranding plaats!!) 

Gaan door de 2 NAVELSTRENGSLAGADERS vanuit het bloed van het kind naar het bloed van de moeder.

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wanneer een vrouw zwanger is.
2. Je kunt uitleggen hoe een kind groeit in de baarmoeder
3. Je kunt uitleggen hoe de bevalling gaat.
4.Je kunt uitleggen hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken.
5. Je kunt uitleggen hoe een tweeling ontstaat. 

Slide 8 - Tekstslide

Bevalling
Indaling: Enkele weken voor de bevalling.

Tijdens de bevalling:
1. ontsluiting; door weeen gaat de baarmoedermond open. 
2. uitdrijving: sterke weeen, persweeen, de baby komt via de vagina naar buiten. 
3. nageboorte: door 1 of meer weeen komt de placenta met vruchtvliezen en de resten van de navelstreng. 

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wanneer een vrouw zwanger is.
2. Je kunt uitleggen hoe een kind groeit in de baarmoeder
3. Je kunt uitleggen hoe de bevalling gaat.
4.Je kunt uitleggen hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken.
5. Je kunt uitleggen hoe een tweeling ontstaat. 

Slide 10 - Tekstslide

Prenataal onderzoek
1. Echo
De baby wordt zichtbaar doormiddel van geluidsgolven.
2. Vlokkentest (cellen uit het placenta) en vruchtwaterpunctie (cellen uit het vruchtwater): een arts onderzoekt de chromosomen (DNA) in de celkern van de cellen van het ongeboren kindje. 

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wanneer een vrouw zwanger is.
2. Je kunt uitleggen hoe een kind groeit in de baarmoeder
3. Je kunt uitleggen hoe de bevalling gaat.
4.Je kunt uitleggen hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken.
5. Je kunt uitleggen hoe een tweeling ontstaat. 

Slide 12 - Tekstslide

Tweeling

Slide 13 - Tekstslide

Placenta of placenta's?
Bij een 2-eiige tweeling; altijd twee placenta's.

Een 1-eiige tweeling kan 1 of of 2 placenta's hebben. Is de splitsing vóór innesteling dan 2 placenta's. Is de splitsing ná innesteling 1 placenta.

Slide 14 - Tekstslide

Paragraaf 10.3
Leerdoelen
1. Je kunt de verschillende levensfasen benoemen
2. Je kunt uitleggen welke hormonen ervoor zorger dat iemand een puber wordt. 

Slide 15 - Tekstslide

Levensfasen
Levensfasen: de verschillende fasen in een mensenleven.

Er vindt in de verschillende fasen veranderingen plaats: ontwikkeling

- Lichamelijke ontwikkeling: lichaam verandert of je leert je lichaam te gebruiken.

- Geestelijke ontwikkeling: je leert met je hersenen. 

Slide 16 - Tekstslide

Paragraaf 10.3
Leerdoelen
1. Je kunt de verschillende levensfasen benoemen
2. Je kunt uitleggen welke hormonen ervoor zorger dat iemand een puber wordt. 

Slide 17 - Tekstslide

Hypofyse
Hormonen worden gemaakt in hormoonklieren. 

De hypofyse maakt het groeihormoon (groeispurt)

EN maakt een hormoon dat de geslachtsorganen aanzet tot het maken van hormonen. Bij jongens de teelballen, testosteron, voor het maken van zaadcellen en bij meiden de eierstokken, oestrogeen, voor het rijpen van een eicel. 

Slide 18 - Tekstslide