paragraaf 2 vermogen en energie

Hoofdstuk 1 elektriciteit
Paragraaf 2 vermogen en energie
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1 elektriciteit
Paragraaf 2 vermogen en energie

Slide 1 - Tekstslide

Doelen voor vandaag
Uitleggen & berekenen van elektrisch vermogen
Benoemen wat energieverbruik is
Energie berekeningen kunnen differentiëren in joule of kilowattuur

Slide 2 - Tekstslide

Elektrisch vermogen
Het vermogen is de hoeveelheid energie een elektrisch apparaat per seconde verbruikt.
P = U * I
Vermogen (P) in watt (W)

Elektrisch vermogen is een combinatie van spanning en stroomsterkte.

Slide 3 - Tekstslide

Gaat een groot vermogen automatisch gepaard met een hoog energie verbruik?
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quizvraag

Energieverbruik
Elektrische energie is het opwekken en gebruiken van elektriciteit.
E = P * t
energie (E) in joule (J) of kilowattuur (kWh)

Bij energieverbruik bereken je de elektrische energie over een langere periode.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het elektrische vermogen?

Slide 7 - Open vraag

Welke eenheid is er voor vermogen?
A
J
B
W
C
kWh
D
V

Slide 8 - Quizvraag

Wat is elektrische energie?

Slide 9 - Open vraag

Waarom zijn er twee eenheden voor energie?

Slide 10 - Open vraag

Wat zijn de formules voor het berekenen van vermogen en energie?

Slide 11 - Open vraag

Ga aan de slag
Lees paragraaf 2

maak vervolgens de opdrachten:
1 t/m 4, 6, 7, 8 & 9

Slide 12 - Tekstslide