Basisstof 4 Bevruchting en Zwangerschap

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Goededag

Deze les

Basisstof 4 Bevruchting en Zwangerschap

Zelfstandig werken

Vragen stellen Bs. 1, 2, 3 en 4. 

2.4 Bevruchting en zwangerschap

Je kunt beschrijven welke veranderingen er in het lichaam van een vrouw plaatsvinden net voor en na de bevruchting.

Je kunt de verschillen in de functie van zaadcellen en eicellen noemen.

Je kunt de embryonale ontwikkeling beschrijven.

Je kunt beschrijven hoe eeneiige en twee-eiige tweelingen ontstaan.

Wanneer spreken we van bevruchting?

Zwanger

Als de eicel bevrucht is, blijft het gele lichaam intact. Waarom?

Door deling ontstaat er een klompje cellen.

Innesteling

Het klompje cellen reist naar de baarmoeder en gaat zich innestelen in de baarmoederslijmvlies.

De eerste acht weken heet het nieuwe leven een embryo

Het hormoon hCG

Placenta; Weefsel van de moeder 

en de embryo

Bloed stroomt langs elkaar heen, 

kunnen stoffen 

uitgewisseld worden; navelstreng

Vruchtwater en vruchtvliezen

De navelstreng is volledig het 

weefsel van de embryo

2x een navelstrengslagader -->

van embryo naar placenta

1x navelstrengader --> 

van placenta naar embryo

Foetus

vanaf de derde maand.

Alle organen zijn ontwikkeld

Tweelingen

Twee-eiige tweeling

Een- eiige tweeling

Kies uit het volgende:

• Maak opdracht 1 t/m 8 van basisstof 4 zelfstandig
• Vragen basisstof 1 t/m4 stellen (opdrachten en kennis)