H5 par. 5.2.1 Handel in de Oost en de West

Memo havo 2
H5 De tijd van regenten en vorsten
De Gouden Eeuw
par. 5.2.1 Handel in de Oost en de West
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Memo havo 2
H5 De tijd van regenten en vorsten
De Gouden Eeuw
par. 5.2.1 Handel in de Oost en de West

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
1) Ik kan uitleggen waarom Hollandse en Zeeuwse kooplieden belangstelling hadden voor de handel in specerijen.
2) Ik kan uitleggen waarom de VOC en WIC opgericht werden.
3) Ik kan twee kenmerken noemen van de VOC en WIC.
4) Ik kan op basis van verschillen en overeenkomsten een vergelijking maken tussen de VOC en WIC.
5) Ik kan beschrijven hoe er aan het begin van de 17e eeuw een wereldeconomie 
ontstond.

Ken je de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wereldeconomie
16e eeuw Ontdekkingsreizen Spanje en Portugal. 
  • Specerijen
  • Verspreiden Christendom (rooms-katholieke geloof)
  • Vergroten politieke macht

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wereldeconomie
Handelaren uit de Republiek, Frankrijk en Engeland namen later ook deel aan de handel.
  • verkenden nieuwe handelsroutes
  • dreven handel in Afrika, Amerika en Azië.
  • werden rijke en machtige handelslanden
Begin van een wereldeconomie. Economie waarin landen van over de hele wereld producten aan elkaar verkopen.

Slide 6 - Tekstslide

VOC
Rond 1600 groeide de vraag naar specerijen. Handelaren uit Holland en Zeeland wilden profiteren van de specerijenhandel.

1595 Eerste Compagnie met handelssucces in Azië ('voorcompagnie'). 

Slide 7 - Tekstslide

VOC
1602 VOC (Verenigde Oost-Indische Compagnie) opgericht.
Compagnieën  besloten samen te werken.
  • Onderlinge concurrentie vermijden
  • Beter te verdedigen tegen de Portugezen

  1. Veel mensen in Holland en Zeeland investeerden geld in het bedrijf en deelden in de winst. De VOC was één van de eerste multinationals.
  2. Speciale privileges

Slide 8 - Tekstslide

VOC
VOC kreeg een belangrijke privileges (voorrechten) van de Staten-Generaal
  • Handelsmonopolie op handel in specerijen, zijde en thee in Oost-Indië
  • Forten bouwen
  • Oorlog voeren
  • Verdragen sluiten
De belangrijkste handelspost was Batavia.
De VOC gebruikte geweld om het handelsmonopolie af te dwingen en om de beste prijzen voor producten te krijgen. De VOC was zeer succesvol.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Waarom kregen Hollandse en Zeeuwse kooplieden rond 1600 belangstelling voor de handel in specerijen?
A
Meer mensen wilden specerijen kopen.
B
Specerijen werden goedkoper.

Slide 11 - Quizvraag

Wat hoort niet bij de VOC?
A
Opgericht in 1621
B
Specerijen, zijde en thee
C
Handelsmonopolie
D
Oost-Indië (Azië)

Slide 12 - Quizvraag

WIC
1621 WIC (West-Indische Compagnie) opgericht
  • Handelsmonopolie op slavenhandel en producten zoals tabak, cacao, koffie en suiker in West-Afrika en Amerika.
  • Handelsposten in West-Afrika en kolonies met plantages in Amerika (Suriname en de Antillen)
  • Kaapvaart (piraterij)
  • Driehoekshandel
De WIC was minder succesvol dan de VOC. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat hoort niet bij de WIC?
A
Opgericht in 1621
B
Slaven, tabak, suiker
C
Handelsmonopolie
D
Oost-Indië (Azië)

Slide 15 - Quizvraag

Wat zijn de twee belangrijkste kenmerken van de VOC en WIC?
A
Gewone mensen konden van in de winst delen door aandelen te kopen.
B
Kaapvaart
C
Speciale privileges
D
Oost-Indië (Azië)

Slide 16 - Quizvraag

Verschillen
VOC
WIC
Opgericht in 1602
Opgericht in 1621
Handel in Asia
Handel in Africa en Amerika
Specerijen (peper, nootmuskaat, etc.) en zijde
Slaves, suiker, tabak
Geen kaapvaart
Kaapvaart
Geen plantages
Plantages
Heel succesvol
Niet zo succesvol

Slide 17 - Tekstslide

Leerdoelen
1) Ik kan uitleggen waarom Hollandse en Zeeuwse kooplieden belangstelling hadden voor de handel in specerijen.
2) Ik kan uitleggen waarom de VOC en WIC opgericht werden.
3) Ik kan twee kenmerken noemen van de VOC en WIC.
4) Ik kan op basis van verschillen en overeenkomsten een vergelijking maken tussen de VOC en WIC.
5) Ik kan beschrijven hoe er aan het begin van de 17e eeuw een wereldeconomie 
ontstond.

Ken je de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag
Wat? Zie whiteboard.
Hoe? Alleen 
Hulp? Bij je buurman/buurvrouw. Kom je er samen niet uit? Dan bij je docent. 
Tijd? Tot het einde van de les. 
Klaar? Leer begrippen en jaartallen. Vraag docent. 

Slide 19 - Tekstslide