4T les 5 Herhaling + luisteren

♥lich Willkommen!
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

♥lich Willkommen!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Start
  • Korte herhaling e/i - wechsel & a-Umlaut & naamvallen 
  • Luisteropdracht 
  • Opdracht boek

Slide 2 - Tekstslide

Am Ende der Stunde:
  • Ik weet wat de 1e, 3e en 4e naamval is en kan deze toepassen.
  • Ik weet hoe ik de persoonlijke vnw in de 1e, 2e en 3e naamval zet.  
  • Je weet wat e/i- wechsel is en kunt het toepassen.
  • Je weet hoe je de wisseling van de a-umlaut bij sterke werwoorden toepast.

Slide 3 - Tekstslide

Weißt du noch?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Bij sterke werkwoorden met een a-klank verandert
A
a ->ä
B
a-> i
C
er verandert niets

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de goede vervoeging?
Du
A
fahrst
B
fährt
C
fährest
D
fährst

Slide 7 - Quizvraag

Vul de juiste vervoeging in:
Usain ....... sehr schnell.
A
lauft
B
läuft
C
löp
D
läufst

Slide 8 - Quizvraag

Bij sterke werkwoorden met een korte e-klank in de stam:
A
e->ie
B
e-> ee
C
e->i

Slide 9 - Quizvraag

Bij sterke werkwoorden verandert met een lange e-klank:
A
e->i
B
e->ie
C
e->ee
D
er verandert niets

Slide 10 - Quizvraag

Du ........... jetzt mein Gesicht.
A
sehst
B
siehst
C
siehts
D
sieht

Slide 11 - Quizvraag

Du ......... mir ein Geschenk.
A
gebst
B
gibst
C
gibt

Slide 12 - Quizvraag

Meine Tante ........... uns mit.
A
nimmt
B
nihmt
C
nehmt
D
nimt

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Koppel de juiste vertaling van de voorzetsels met de vierde naamval aan elkaar
door
voor
zonder
om
tot
tegen
durch
für
ohne
um
bis
gegen

Slide 16 - Sleepvraag

Koppel de juiste vertaling van de voorzetsels met de vierde naamval aan elkaar
door
voor
zonder
om
tot
tegen
durch
für
ohne
um
bis
gegen

Slide 17 - Sleepvraag

sleep de voorzetsels naar de juiste naamval.
3e  naamval
4e naamval
aus

bei
mit
nach
seit
von
zu
außer
durch
für
ohne
um
bis
gegen
entlang

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Tekstslide

Die Eltern schenkten (hem) Geld.

Slide 20 - Open vraag

Morgen gebe ich ('jou')
einen
Blumenstrauß.

Slide 21 - Open vraag

Josef kauft (haar)
Blumen.

Slide 22 - Open vraag

Jungs, ich möchte ich mich bei (jullie)
bedanken.

Slide 23 - Open vraag

„Ich bin gleich bei (jou)
“, sagte der Kellner zu den Gästen.

Slide 24 - Open vraag

Herr Mayer, können Sie etwas für (mij)
tun?

Slide 25 - Open vraag

Selbstverständlich, was kann ich denn für (jou) tun?

Slide 26 - Open vraag

Wir haben einen lieben Hund. Wir fahren nie in den Urlaub ohne
(hem).

Slide 27 - Open vraag

Es gibt genug Leute, die sich um
(jou) kümmern.

Slide 28 - Open vraag

Hören
Open het Google formulier via volgende link: 

Slide 29 - Tekstslide

Hausaufgaben


Aufgaben 42, 43 en 44

Slide 30 - Tekstslide