Ontwikkelingsfases

Ontwikkelings fases 

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ontwikkelings fases 

Slide 1 - Tekstslide

indeling naar leeftijd

Slide 2 - Tekstslide

Indeling naar leeftijd
Ontwikkelingsfases Leeftijd
Baby   0 tot 18 maanden 
Peuter   18 maanden tot 4 jaar 
Kleuter   4 tot 6 jaar 
Schoolkind   6 tot 12 jaar 
Puber   12 tot 17 jaar 
Adolescent   17 tot 22 jaar 

Slide 3 - Tekstslide

Indeling naar ontwikkelingsgebieden
1. Fysieke en motorische ontwikkeling
2. Cognitieve ontwikkeling
3. sociaal emotionele ontwikkeling
4. Morele ontwikkeling



Slide 4 - Tekstslide

De fysieke en motorische ontwikkeling.
 Dit is de lichamelijke groei en de ontwikkeling van de motoriek. Dit wordt ook wel de sensomotorische ontwikkeling genoemd.

Slide 5 - Tekstslide

De cognitieve ontwikkeling.
  Dit is de ontwikkeling van het denken, de creativiteit, de waarneming en de fantasie.

Slide 6 - Tekstslide

Sociaal emotionele ontwikkeling
De sociale ontwikkeling omvat het krijgen van begrip voor andere mensen en het ontwikkelen van positief gedrag en vaardigheden ten opzichte van de medemens. Hier valt ook sociale cognitie onder. Dat wil zeggen dat het kind kennis heeft van omgangsregels en relaties tussen mensen. 
De emotionele ontwikkeling wil zeggen dat het kind leert om de gevoelens van zichzelf en anderen te begrijpen en om daar goed mee om te gaan.

Slide 7 - Tekstslide

De morele ontwikkeling
Dit is de ontwikkeling van het onderscheid tussen goed en kwaad, feitelijk dus de gewetensontwikkeling.

Slide 8 - Tekstslide

Standaarden
Om te weten wat "afwijkend" is, moet je eerst weten wat "normaal" is

Slide 9 - Tekstslide

opdracht
Maak een kahoot,
per groepje: maak je per ontwikkelingsgebied 2 vragen per leeftijdsfase.
Dus 4 groepjes, elk groepje krijgt een ontwikkelingsgebied toegewezen en stelt per leeftijdsfase 2 vragen. (Baby 0 tot 18 maanden, Peuter  18 maanden tot 4 jaar , Kleuter  4 tot 6 jaar, Schoolkind   6 tot 12 jaar, Puber 12 tot 17 jaar ). Dus uiteindelijk heeft ieder groepje 20 vragen gemaakt.

Slide 10 - Tekstslide