Wk 3 Les 1 Netwerk trends

DTC P2 - Wk 3 Les 1 Netwerk trends
1.7 Netwerktrends
Je weet nu meer over netwerken, waar ze van gemaakt zijn, hoe ze ons verbinden en wat er nodig is om ze betrouwbaar te maken. Maar netwerken blijven, zoals al het andere, veran­ deren. Er zijn een paar trends die je als NetAcad-student zou moeten kennen.
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
ICTMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

DTC P2 - Wk 3 Les 1 Netwerk trends
1.7 Netwerktrends
Je weet nu meer over netwerken, waar ze van gemaakt zijn, hoe ze ons verbinden en wat er nodig is om ze betrouwbaar te maken. Maar netwerken blijven, zoals al het andere, veran­ deren. Er zijn een paar trends die je als NetAcad-student zou moeten kennen.

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Je kent de verschillende netwerktrends.

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les
CCNA 1.6 Betrouwbare netwerken.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een schaalbaar netwerk ?
A
Fout tolerantie
B
Uitbreidbaarheid
C
Quality of Service (QoS)
D
Netwerkbeveiliging

Slide 4 - Quizvraag

Welk mechanisme voorkomt ongeautoriseerde toegang ?
A
Fout tolerantie
B
Uitbreidbaarheid
C
Quality of Service (QoS)
D
Netwerkbeveiliging

Slide 5 - Quizvraag

Als data, spraak en video content toeneemt in een netwerk. Wat is dan het belangrijkste mechanisme ?
A
Fout tolerantie
B
Uitbreidbaarheid
C
Quality of Service (QoS)
D
Netwerkbeveiliging

Slide 6 - Quizvraag

Storing beperken bij een aantal getroffen apparaten noem je ?
A
Fout tolerantie
B
Uitbreidbaarheid
C
Quality of Service (QoS)
D
Netwerkbeveiliging

Slide 7 - Quizvraag

1.7.1 Recente trends
Naarmate nieuwe technologieën en apparaten voor eindgebruikers op de markt komen, moeten bedrijven en consumenten zich blijven aanpassen aan deze steeds veranderende omgeving. Er zijn verschillende netwerktrends die van invloed zijn op organisaties en con­sumenten:
► Bring Your Own Device (BYOD)
► Online collaboration (samenwerken)
► Videocommunicatie
► Cloud computing

Slide 8 - Tekstslide

1.7.2 Bring Your Own Device (BYOD)
BYOD biedt eindgebruikers de vrijheid om persoonlijke hulpmiddelen te gebruiken om toegang te krijgen tot informatie en te communiceren via een bedrijfsnetwerk. Met de groei van het aantal consumentenapparaten en de daarmee gepaard gaande daling van de kosten hebben werknemers en studenten geavanceerde computer- en netwerkappara­tuur voor persoonlijk gebruik. Deze omvatten laptops, notebooks, tablets, smartphones en e-readers. Deze kunnen door het bedrijf of de school, door het individu of beide gekocht worden.

Slide 9 - Tekstslide

1.7.3 Online collaboration
Individuen willen verbinding met het netwerk maken, niet alleen voor toegang tot datatoe passingen, maar ook om met elkaar samen te werken. Samenwerking (collaboration) wordt gedefinieerd als 'de handeling van het werken met een ander of anderen aan een geza­menlijk project'. 
Samenwerken is een kritieke en strategische prioriteit die organisaties gebruiken om con­ currerend te blijven. Samenwerking is ook in het onderwijs een prioriteit. Studenten moe­ ten samenwerken om elkaar te helpen bij het leren, om teamvaardigheden te ontwikkelen die gebruikt worden door het personeel en om samen te werken aan op teams gebaseerde projecten.

Samenwerkingstools, zoals Cisco WebEx, Teams, office 365

Slide 10 - Tekstslide

1.7.4 Videocommunicatie
Een ander facet van netwerken dat cruciaal is voor de communicatie- en collaboration-in­ spanningen is video. Video wordt voor communicatie, collaboration en entertainment gebruikt. Videogesprekken worden gevoerd naar en van iedereen met een internetverbin­ ding, ongeacht waar deze zich bevindt.
Videoconferenties zijn een krachtig hulpmiddel voor communicatie met anderen, zowel lo­ kaal als wereldwijd. Video wordt een cruciale vereiste voor effectieve samenwerking omdat organisaties zich over geografische en culturele grenzen uitstrekken.

Slide 11 - Tekstslide

1.7.5 Video - Cisco WebEx
Bekijk de video op Nedacad....in je eigen tijd....

Slide 12 - Tekstslide

1.7.6 Cloud computing
Cloud computing is een manier waarop we data openen en opslaan. Met cloud computing kunnen we persoonlijke bestanden opslaan en zelfs een back-up maken van een volledige schijf via het internet op een schijf. Toepassingen zoals tekstverwerking en fotobewerking zijn via de cloud toegankelijk.
 
Voor bedrijven breidt cloud computing de IT-mogelijkheden uit zonder investeringen in nieuwe infrastructuur, training van nieuw personeel of nieuwe softwarelicenties. Deze ser­ vices zijn on-demand beschikbaar en worden economisch aan elk apparaat, waar ook ter wereld, geleverd zonder de beveiliging of functie in gevaar te brengen.

Slide 13 - Tekstslide

1.7.6 Cloud computing
Cloud computing wordt mogelijk gemaakt door datacenters. Datacenters zijn faciliteiten die gebruikt worden om computersystemen en de bijbehorende componenten onder te brengen. Een datacenter kan een ruimte in een gebouw, één of meer verdiepingen of een volledig gebouw ter grootte van een magazijn beslaan. Datacenters zijn meestal erg duur om te bouwen en te onderhouden. Om deze reden gebruiken alleen grote organisaties particulier gebouwde datacenters om hun data onder te brengen en services aan gebruikers te leveren. Kleinere organisaties die zich niet kunnen veroorloven een eigen datacenter te onderhouden, kunnen de totale eigendomskosten verlagen. door server- en opslagservices in de cloud te leasen van een grote datacenterorganisatie.

Slide 14 - Tekstslide

1.7.6 Cloud computing
Voor beveiliging, betrouwbaarheid en fouttolerantie slaan cloud-providers de data vaak op in gedistribueerde datacenters. In plaats van alle data van een persoon of een organisatie in één datacenter op te slaan, worden de data in meerdere datacenters op verschillende locaties opgeslagen.

Er zijn vier belangrijke soorten clouds: publieke clouds, private clouds, 
hybride clouds en community clouds.

Slide 15 - Tekstslide

Publieke clouds
Cloud-based applicaties en services die in een publieke cloud worden aangeboden, zijn voor iedereen beschikbaar. Services zijn gratis of worden op een pay-per-use-basis aangeboden, zoals betalen voor online opslag. De publieke cloud gebruikt het internet om de services te leveren.

Slide 16 - Tekstslide

Private clouds
Cloud-based applicaties en services die in een private cloud worden aangeboden, zijn bedoeld voor een specifieke organisatie, zoals de overheid. Een private cloud kan met behulp van het private netwerk van de organisatie opgezet worden, hoewel dit duur kan zijn om te bouwen en te onderhouden. Een private cloud kan ook buiten een organisatie beheerd worden met strikt beveiligde toegang.

Slide 17 - Tekstslide

Hybride clouds
Een hybride cloud bestaat uit twee of meer clouds - bijvoorbeeld deels privé, deels publiek -waarbij elk deel een afzonderlijk object blijft, maar beide zijn met een enkele architectuur verbonden. Individuen kunnen op een hybride cloud op basis van gebruikersrechten verschillende niveaus van toegang tot de verschillende services hebben.

Slide 18 - Tekstslide

Community- clouds
Een community-cloud wordt opgebouwd voor exclusief gebruik door specifieke entiteiten of organisaties. De verschillen tussen publieke clouds en community- clouds zijn de functionele behoeften die aan de community zijn aangepast.
Gezondheidszorgorganisaties moeten bijvoorbeeld voldoen aan het beleid en wetgeving (bijvoorbeeld HIPAA) die speciale authenticatie en vertrouwelijkheid eisen. Community-clouds worden door meerdere organisaties met vergelijkbare behoeften en problemen gebruikt. Community-clouds zijn vergelijkbaar met een publieke cloud, maar met ingestelde niveaus voor beveiliging, privacy en zelfs vereiste instemming van een privé-cloud.

Slide 19 - Tekstslide

1.7.7 Technologische trends voor thuis
Netwerktrends beïnvloeden niet alleen de manier waarop we op het werk en op school communiceren, maar veranderen ook veel aspecten thuis. De nieuwste huistrend is smart home-technologie.

Slide 20 - Tekstslide

Smart home-technologie
Smart home-technologie kan in alledaagse apparaten geïntegreerd worden, die vervolgens verbinding met andere apparaten kunnen maken om de apparaten 'slimmer' of geauto­matiseerd te maken. Je kunt bijvoorbeeld een maaltijd voorbereiden en in de oven plaatsen voordat je het huis voor een dag verlaat. Je programmeert de slimme oven voor de maal­tijd. De oven zou eventueel aan je elektronische agenda gekoppeld kunnen worden, zodat deze kan bepalen hoe laat de maaltijd klaar moet zijn en hieraan de starttijd en kookduur aanpassen op basis van veranderingen in de agenda. Bovendien kun je met een smartpho­ ne of tablet rechtstreeks verbinding met de oven maken om de gewenste aanpassingen te maken. Wanneer de maaltijd klaar is, stuurt de oven een waarschuwingsbericht naar je (of iemand die je opgeeft} dat de maaltijd klaar is en opgediend kan worden.


Smart home-technologie wordt momenteel voor alle kamers in huis ontwikkeld. Smart home-technologie zal vaker voorkomen naarmate thuisnetwerken en high-speed internet­ technologie zich uitbreiden.

Slide 21 - Tekstslide

Smart home-technologie

Slide 22 - Tekstslide

1.7.8 Powerline-netwerken

Powerline-netwerken voor thuisnetwerken gebruiken de bestaande elektrische bedrading om apparaten aan te sluiten

Slide 23 - Tekstslide

1.7.9 Draadloos breedband (4G, 5G & 6G)
In veel gebieden waar kabel en DSL niet beschikbaar zijn, kan draadloos breedband ge­ bruikt worden om verbinding met het internet te maken.
Wireless Internet Serviceprovider
Een Wireless Internet Service Provider (WISP) is een ISP die abonnees met een designated access point of hotspot verbindt met behulp van vergelijkbare draadloze technologieën die in draadloze thuisnetwerken (WLAN's) worden gebruikt. WISP's komen meestal voor in landelijke omgevingen waar geen DSL- of kabelservices beschikbaar zijn.

Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk
Lees 1.7 en maak de vragen van 1.7.10 en upload ze naar Canvas

Slide 25 - Tekstslide

Wat betekend BYOD ?
A
Bring Your Own Disaster
B
Bring Your Own Device
C
Bang Your Own Drum
D
Buy Your Own Drinks

Slide 26 - Quizvraag

Wat is online collaboration ?

Slide 27 - Woordweb

Online Collaboration
Samenwerking (collaboration) wordt gedefinieerd als 'de handeling van het werken met een ander of anderen aan een geza­menlijk project'. 

Slide 28 - Tekstslide

Wat zijn de 4 belangrijkste cloud computing soorten ?

Slide 29 - Woordweb

Cloud soorten
Er zijn vier belangrijke soorten clouds: 
publieke clouds, 
private clouds,
hybride clouds 
 community clouds.

Slide 30 - Tekstslide

Volgende les
1.8 Netwerk-security

Slide 31 - Tekstslide