H2 par. 4 De Gouden Eeuw

Memo havo/atheneum 2
H2. De tijd van regenten en vorsten
par. 2.4 De Gouden Eeuw
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Memo havo/atheneum 2
H2. De tijd van regenten en vorsten
par. 2.4 De Gouden Eeuw

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

  • Ken je de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 2 - Tekstslide

Arm en rijk in de Gouden eeuw
  • De Gouden Eeuw is de bloeiperiode van de Republiek tussen 1588 en 1672. 
  • In 1588 werd de Republiek onafhankelijk.  
  •  Holland (met de stad Amsterdam) werd het middelpunt van de wereldhandel. 
  • De economie bloeide, maar ook de wetenschap en kunst.

Slide 3 - Tekstslide

Arm en rijk in de Gouden eeuw
  • Er ontstond een kleine bovenlaag van zeer rijke families, rijk geworden door handel. 
  • Zij investeerden hun geld in allerlei ondernemingen om meer geld te verdienen. 

Slide 4 - Tekstslide

Arm en rijk in de Gouden eeuw
  • De rijke families hadden ook  politieke macht en bestuurden de steden en gewesten.  
  • Ze lieten mooie grachtenhuizen bouwen en schilderijen schilderen.  

Slide 5 - Tekstslide

Arm en rijk in de Gouden eeuw
  • Onder de groep van rijke mensen kwam een laag met een grote groep winkeliers en ervaren ambachtslieden.  
  • Zij konden schepen bouwen en repareren. 
  • Ze konden ook luxegoederen maken van grondstoffen.  
  • Ze verdienden veel geld en bezaten grote winkelpanden 

Slide 6 - Tekstslide

Arm en rijk in de Gouden eeuw
  • De 3e sociale laag bestond uit loonarbeiders en hard moesten werken voor hun baas. 
  • Laadden en losten schepen of werkten voor winkeliers.  
 
  • Onderaan kwam de sociale laag van de armen. 
  • Dit waren mensen zonder vast werk, ouderen en zieken.  
  • Zij leefden vooral van liefdadigheid van de kerk en de rijken. 

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde?
timer
0:20
A
Loonarbeiders - rijke families- armen - winkeliers/ambachtslieden
B
Rijke families- winkeliers/ambachtslieden-armen - loonarbeiders
C
Rijke families- winkeliers/ambachtslieden- - loonarbeiders - armen
D
Winkeliers/ambachtslieden- rijke families-loonarbeiders - armen

Slide 8 - Quizvraag

Welke eeuw kennen we ook als de Gouden Eeuw?
timer
0:20
A
18e eeuw
B
16e eeuw
C
17e eeuw
D
20e eeuw

Slide 9 - Quizvraag

Kunst en wetenschap
  • Door de welvaart werd er veel geld uitgegeven aan schilderkunst. 
  • Vooral schilderijen van landschappen, stadgezichten of portretten om het huis te versieren.  


Slide 10 - Tekstslide

Kunst en wetenschap
  • Uit die tijd komt ook de Nachtwacht van Rembrandt van Rijn. 
  • Dit is een schuttersstuk: een portret van schutters die een stad moesten verdedigen.  

Slide 11 - Tekstslide

Kunst en wetenschap
  • Jan Steen is ook beroemd uit de Gouden Eeuw. 
  • Hij schilderde vooral het dagelijkse leven van gewone mensen.  
 

Slide 12 - Tekstslide

Kunst en wetenschap
  • Ook de wetenschap kwam tot bloei in de Gouden eeuw.  
  • Er werden veel ontdekkingen gedaan, waardoor we van een wetenschappelijke revolutie kunnen spreken.  
  • Een aantal beroemde wetenschappers van die tijd kwamen uit de Republiek, namelijk:

Slide 13 - Tekstslide

Christiaan Huygens
  • Was erg goed in het slijpen van lenzen en bouwde een telescoop om de sterren te kunnen bestuderen.  
  • Ook het slingeruurwerk is door hem bedacht: belangrijk om de tijd en locatie op zee te kunnen bepalen.  

Slide 14 - Tekstslide

Anthonie van Leeuwenhoek
  • Bestudeerde de natuur en het menselijk lichaam. 
  • Hij bouwde de eerste microscoop en ontdekte zo bacteriën en rode bloedcellen.  

Slide 15 - Tekstslide

Kunst en wetenschap
  • De bloei van de handel heeft de wetenschappelijke revolutie gestimuleerd. 
  • Voor de handel was het belangrijk dat schepen hun locatie wisten om zo de beste route te vinden. 
  • De schepen namen ook dieren en planten uit verre landen mee: bestudeerd op de pas gebouwde universiteiten.  

Slide 16 - Tekstslide

Verdraagzaamheid
  • Na de Opstand was het protestante (calvinistische) geloof het belangrijkst in de Republiek.  
  • Het bestuur van het land betaalde zelfs voor een vertaling van de Bijbel van het Latijn naar het Nederlands. 
  • Deze Statenbijbel was bedoeld voor de calvinistische kerk. 
  • Mensen met andere geloven (katholiek, joods) werden niet vervolgd. 
  • Men accepteerde dat niet iedereen hetzelfde geloof had.  
  • Dit noemen we verdraagzaamheid.  

Slide 17 - Tekstslide

Verdraagzaamheid
  • De kunst en wetenschap had ook voordeel van deze verdraagzaamheid.  
  • Er was namelijk zo ook ruimte voor andere ideeën over de wereld en natuur. 
  • Wetenschappers gingen op zoek naar logische verklaringen. 


Slide 18 - Tekstslide

Spinoza
  • Nederlandse filosoof
  • God kan geen wonderen verrichten. 
  • Hij twijfelde ook aan verhalen uit de Bijbel.  
  • Hij kwam op voor de vrijheid van meningsuiting.  

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Klaar met deze Lesson-Up?
- Maak tenslotte de Test Jezelf van 2.4
Klaar?
- Oefen met flitskaarten
- Verder met ander vak
- Bekijk de filmpjes..

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video