Prodemos - grondwet 1848

2.3 Een verandering in 1 nacht

1815  -  1848
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.3 Een verandering in 1 nacht

1815  -  1848

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het eind van deze les weet je  het verschil tussen de grondwet van 1813 en de grondwet van 1848.

Slide 2 - Tekstslide

hoe bereiken we dat doel?
*in lesson up vragen beantwoorden
*weet je het verschil tussen 1813 en 1848 

Slide 3 - Tekstslide

De Grondwet van 1848

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Let goed op tijdens het volgende filmpje, je krijgt zo een aantal kijkvragen.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

1. In welk jaar werd Willem II koning?

Slide 8 - Open vraag

2. In 1844 luisterde men vol verwachting naar de troonrede van de nieuwe koning. Is koning Willem II op dat moment van plan om zijn macht uit handen te geven?

Slide 9 - Open vraag

3. Welke kamerleden zijn vooral teleurgesteld na deze troonrede?

Slide 10 - Open vraag

4. Welk kamerlid doet direct een poging om een wet te maken waarin geregeld wordt dat de koning minder macht krijgt?

Slide 11 - Open vraag

5. Krijgt dit voorstel een meerderheid?

Slide 12 - Open vraag

6. Hoe kan het dat koning Willem II in 1848 toch een commissie onder leiding van Thorbecke een nieuwe grondwet laat schrijven?

Slide 13 - Open vraag

7. In welk land wordt de koning zelfs uit zijn paleis gezet?

Slide 14 - Open vraag

8. Hoeveel tijd had Thorbecke nodig om een nieuwe grondwet te schrijven?

Slide 15 - Open vraag

9. In welk jaar sterft koning Willem II?

Slide 16 - Open vraag

10. Wie krijgen er stemrecht in de nieuwe grondwet?

Slide 17 - Open vraag

11. Wat verandert er in de grondwet van 1848?

Slide 18 - Open vraag

1848
WETGEVENDE MACHT
Parlement / Staten-Generaal:
- 2e kamer, gekozen door de bevolking (23+ en belasting betalend) , mag nu ook wetten maken en veranderen. (recht van initiatief en amendement)
- 1e kamer gekozen door de provincies, keurt wetten goed of af.
UITVOERENDE MACHT
Regering: minister, M-P en het staatshoofd. Bedenken de wetten en zien toe op de naleving ervan. Leggen verantwoording af aan het parlement
1813
WETGEVENDE MACHT
Parlement / Staten-Generaal: 1e en 2e kamer, 'gekozen'  volksvertegenwoordiging.  Keuren wetsvoorstellen goed of af.    (koning kiest de 1e kamer...) 
UITVOERENDE MACHT
Regering: minister, M-P en het staatshoofd. Bedenken de wetten en zien toe op de naleving ervan. (de koning benoemt de ministers...)

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk par. 2.3
VWO vraag 7-10
Havo 5,6,7

Slide 20 - Tekstslide