herhalen samengestelde zinnen 2e 23 maart

vandaag
Voorbereiding toets:
extra oefenen samengestelde zinnen + voegwoorden


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

vandaag
Voorbereiding toets:
extra oefenen samengestelde zinnen + voegwoorden


Slide 1 - Tekstslide

proefwerk toetsweek
1. Formuleren De Brug: blz. 250 – 253
2. Grammatica De Brug zinsdelen blz. 242 – 245 
3. Samengestelde zinnen + voegwoorden (Grammatica H5)

Slide 2 - Tekstslide

Voorbereiding toets
Samengestelde zinnen.
Je moet kunnen:

1. voegwoord herkennen in een zin
2. structuur herkennen in een zin

Slide 3 - Tekstslide

Wat is/zijn de persoonsvorm(en) in deze zin?
Vandaag heb ik lo gehad en daarom ben ik uitgeput.

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

---- 148

Slide 6 - Tekstslide

Deze meneer beweert dat een blaffende hond niet bijt.
A
HZ + HZ
B
HZ + BZ
C
BZ + HZ
D
BZ + BZ

Slide 7 - Quizvraag

Of Nederland snel uit de crisis komt, wachten we maar af.
A
HZ + HZ
B
HZ + BZ
C
BZ + HZ
D
BZ + BZ

Slide 8 - Quizvraag

Nevenschikkende voegwoorden
Nevenschikkende voegwoorden kunnen alleen twee hoofdzinnen met elkaar verbinden. (hz+hz)

Er zijn vijf nevenschikkende voegwoorden:
dus, en, maar, of, want (leer ze uit je hoofd)

Slide 9 - Tekstslide

Bijzinnen
  • In een bijzin staat de persoonsvorm niet op de eerste op tweede plaats in de zin.
  • Bijzinnen kunnen alleen in de zin staan in combinatie met een hoofdzin.
  • Een bijzin en een hoofdzin zijn met elkaar verbonden door een onderschikkend voegwoord.

Ik vind het erg vervelend dat jij altijd te laat komt.

Slide 10 - Tekstslide

Onderschikkende voegwoorden
  • Onderschikkende voegwoorden verbinden een hoofdzin en een bijzin met elkaar.
  • Onderschikkende voegwoorden kunnen aan het begin of in het midden van de zin staan.
  • Er zijn verschillende onderschikkende voegwoorden:
als -aangezien - dat - doordat - hoewel - mits - nadat - terwijl - toen - zodat - omdat  enz.

Slide 11 - Tekstslide

Onderschikkende voegwoorden
Ik vind dat spel niet leuk, omdat ik altijd verlies.

Terwijl zij aan het wachten was, keek zij rond in huis.

Je mag mee, mits jij je huiswerk af hebt.

Als de hond heel nodig moet plassen, gaat hij blaffen.

Slide 12 - Tekstslide

Noteer het voegwoord en de zinsstructuur
(kies uit hz+bz / bz+hz / hz+hz)
1. Vivian is blij met haar nieuwe puppy, want nu heeft ze altijd wat te doen.
2. Voordat ze kan ontbijten, laat ze eerst haar hondje uit.
3. Ze vond het wel erg spannend toen het hondje bij haar thuis werd gebracht.
4. Ze vertelt haar klasgenoten trots dat ze haar puppy heel veel aandacht geeft.
5. Ik heb geen idee wanneer de eindexamens beginnen. 

Slide 13 - Tekstslide

Noteer het voegwoord en de zinsstructuur
(kies uit hz + bz, bz +hz, hz + hz)
Voordat ze kan ontbijten, laat ze eerst haar hondje uit.

Slide 14 - Open vraag

Noteer het voegwoord en de zinsstructuur
(kies uit hz + bz, bz +hz, hz + hz)
Vivian is blij met haar nieuwe puppy, want nu heeft ze altijd wat te doen.

Slide 15 - Open vraag

Noteer het voegwoord en de zinsstructuur
(kies uit hz + bz, bz +hz, hz + hz)
Ze vond het wel erg spannend toen het hondje bij haar thuis werd gebracht.

Slide 16 - Open vraag

Noteer het voegwoord en de zinsstructuur
(kies uit hz + bz, bz +hz, hz + hz)
Ze vertelt haar klasgenoten trots dat ze haar puppy heel veel aandacht geeft.

Slide 17 - Open vraag

Noteer het voegwoord en de zinsstructuur
(kies uit hz + bz, bz +hz, hz + hz)
Ik heb geen idee wanneer de eindexamens beginnen.

Slide 18 - Open vraag

Bedenk een zin met deze opbouw:
bz + hz

Slide 19 - Open vraag

Ik kan een hoofd- en bijzin herkennen in een samengestelde zin.
Ja
Een beetje
Nee

Slide 20 - Poll

Rest van de les
Behoefte aan extra uitleg?
JA - doe mee

Snap je het?
Maak alvast een samenvatting van de theorie. 

Slide 21 - Tekstslide

Zodra het team compleet is, kunnen we beginnen. 

Slide 22 - Tekstslide

Ik ben mijn hele leven gebleven bij die baas, omdat ik mijn werk erg leuk vond. 

Slide 23 - Tekstslide

De weerman kan lastig voorspellen of de storm een vulkaan wordt. 

Slide 24 - Tekstslide

Ga je dit jaar op wintersport of heb je al andere plannen?

Slide 25 - Tekstslide

Toen ik zag dat hij ziek was, heb ik meteen de dokter gebeld. 

Slide 26 - Tekstslide


Omdat het hard sneeuwt, is de Fempas gesloten. 

Slide 27 - Tekstslide