Escaperoom breuken
1 / 21
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat is een breuk?
A
Een kommagetal
B
Een getal dat bestaat uit een teller en noemer
C
Procenten
D
Een geheel getal
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Wat is de teller van een breuk?
A
Een kwart van de breuk
B
Het geheel van de breuk
C
Het onderste getal van de breuk
D
Het bovenste getal van de breuk
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
In de breuk 5/8 is de teller...
A
6
B
5
C
13
D
8
Slide 10 - Quizvraag
In de breuk 5/8 is de teller...
A
6
B
5
C
13
D
8
Slide 11 - Quizvraag
7
3
1
9
In de breuk 3/9 is de teller
In de breuk 3/7 is de noemer
In de breuk 1/7 is de teller
In de breuk 1/9 is de noemer
Slide 12 - Sleepvraag
7
3
1
9
In de breuk 3/9 is de teller
In de breuk 3/7 is de noemer
In de breuk 1/7 is de teller
In de breuk 1/9 is de noemer
Slide 13 - Sleepvraag
De bovenkant van de breuk.
1/4
De onderkant van de breuk.
1/4
Dit is de noemer
Dit is de teller
Slide 14 - Sleepvraag
De bovenkant van de breuk.
1/4
De onderkant van de breuk.
1/4
Dit is de noemer
Dit is de teller
Slide 15 - Sleepvraag
Welke stuk taart is het grootst?
A
1/5
B
3/5
C
2/5
D
4/5
Slide 16 - Quizvraag
Welke stuk taart is het grootst?
A
1/5
B
3/5
C
2/5
D
4/5
Slide 17 - Quizvraag
Welke stuk taart is het grootst?
A
1/2
B
2/3
C
2/4
D
3/2
Slide 18 - Quizvraag
Welke stuk taart is het grootst?
A
1/2
B
2/3
C
2/4
D
3/2
Slide 19 - Quizvraag
Welke breuk heeft het
grootste stuk taart?
grootste stuk taart?
A
1/5
B
5/1
C
1/10
D
10/10
Slide 20 - Quizvraag
Welke breuk heeft het
grootste stuk taart?
grootste stuk taart?
A
1/5
B
5/1
C
1/10
D
10/10
