Semana 38

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansWOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Necesitas el portátil (laptop),  om de les te starten via LessonUp, la libreta y el libro.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beschrijf in een paar woorden wat je in de vorige les hebt geleerd

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Masculino / femenino
(mannelijk / vrouwelijk)
Singular / plural

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SINGULAR Y PLURAL

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woorden die op een KLINKER eindigen:



conciertos
familias
elefantes


Woorden die op een MEDEKLINKER eindigen:





hospitales
leónes
catedrales
-S
-ES

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreken over het huiswerk

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Objetivos Doelen
Después de esta clase... Nadeze les...

1...aprendo frases para presentarme /leer ik zinnen om mezelf voor te stellen
2...Je kunt van zelfstandige naamwoorden aangeven of ze mannelijk of vrouwelijk zijn en waarom.
3. aprendo a utilizar el artículo "de"  leer ik de voorzetsel  "de"

UNIDAD 2  "YO SOY"/ "Ik ben"

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke voornaamwoorden
ik
yo
jij
hij - zij - u
él - ella - usted
wij
nosotros/-as
jullie
vosotros/-as
zij meervoud - u meervoud
ellos - ellas - ustedes

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

El primer verbo/ Het eerste werkwoord



Ser  (Onregelmatig!!!!) 
= Zijn 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Werkwoord
Ser = Zijn
s
er
s
s
s
Yo
Él/ella/usted
Nosotros
Vosotros
Ellos/ellas/ustedes
oy
es
es
omos
ois
on

Slide 15 - Tekstslide

De uitgaan van de infinitief wordt vervangen door die van de Presente (tegenwoordige tijd)
SER - ZIJN
Yo Soy
Ik ben
eres
Jij bent
Él/ella/Usted es
Hij/zij/U is
Nostros/as somos
Wij zijn
Vosotros/as sóis
Jullie zijn
Ellos/ellas/Ustedes son
Zij zijn

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ana ____ (ser) de Cuba.
1. Welk persoonlijk voornaamwoord dien ik te gebruiken? 
Él/ella/usted (Ana=Zij)
2. Wat is de stam?
Ser - er = S (want je hebt net ER weggehaald). 
3. Wat is de uitgang die er dan bij komt? 
De juiste uitgang is ES, want je kijkt in het rijtje van ER, bij Él/ella/usted.
4. Wat is nu het juiste antwoord?
ES (stam+de juiste uitgang = S+ es) 
****Allen bij  deze twee persoonlijk vooenaamwoorden: (tu=jij) en (hij,zij, u= el, ella, usted) word de "S" weggehaald.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ser
Ser wordt gebruikt bij vaste eigenschappen. 
Bijv. Ik ben blond, jij bent Nederlander of zij is Daphne
Er wordt van uitgegaan dat dit eigenschappen zijn die eigenlijk niet kunnen veranderen. 

Oefen: Klik HIER om het ww SER te leren via quizlet.

Oefen: Klik  HIER om te oefenen. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat versta jij onder 'voorzetsels'?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn voorzetels?
Geef voorbeelden in het Nederlands.

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels
Het voorzetsel: de

  • De letterlijke vertaling is 'van'
  • Je gebruikt dit voorzetsel om de oorsprong  aan te geven: Soy de Holanda - Ik kom uit Nederland
  • Dit geldt ook voor materialen: La mesa es de madera - De tafel is van hout

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wat ik nog moeilijk vind is...
Wat ik vandaag heb geleerd is...
Wat ik al goed kan is...
Wat ik met de lesstof kan doen is...
Mijn leerdoel van deze les was...




Slide 27 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Feliz fin de semana

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies