4.5 Draaisymmetrie

1. Lijnsymmetrie
2. Draaisymmetrie
3. Puntsymmetrie

4. Schuifsymmetrie


De verschillende soorten van symmetrie:
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

1. Lijnsymmetrie
2. Draaisymmetrie
3. Puntsymmetrie

4. Schuifsymmetrie


De verschillende soorten van symmetrie:

Slide 1 - Tekstslide

1. Lijnsymmetrie

Slide 2 - Tekstslide

De figuren hiernaast zijn allemaal lijnsymmetrisch
Ze hebben één of meer symmetrie-assen
(spiegel-assen of vouw-assen).
1. Lijnsymmetrie

Slide 3 - Tekstslide

Draaisymmetrie

Slide 4 - Tekstslide

De figuren hiernaast zijn 
ook draaisymmetrisch 
(rotatiesymmetrisch).

Een figuur kan draaisymmetrisch zijn als het hetzelfde is bij een bepaalde draaiing.  De kleinste draaihoek (360 : het aantal assen) moet tussen de 0° en de 360° graden liggen. 
 

2. Draaisymmetrie

Slide 5 - Tekstslide

2. Draaisymmetrie

Slide 6 - Tekstslide

Draaisymmetrie
Een figuur is draaisymmetrisch als je het rondom een draaipunt kunt draaien en het weer precies op zichzelf past.


Slide 7 - Tekstslide

Is dit figuur Draaisymmetrisch?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
90 graden
B
60 graden
C
72 graden
D
36 graden

Slide 9 - Quizvraag

Draaisymmetrie
Draaisymmetrie -> draaipunt
In 3 stappen ben je helemaal rond ->
kleinste draaihoek = 360 / 3 = 120o

Slide 10 - Tekstslide

Draaisymmetrie
Draaisymmetrie -> draaipunt
In 3 stappen ben je helemaal rond ->
kleinste draaihoek = 360 / 3 = 120o

Slide 11 - Tekstslide

De bloem is na 6 stapjes helemaal rond:
De kleinste draaihoek is 360 : 6 = 60 graden.

Het molentje is in 4 stapjes helemaal rond.
De kleinste draaihoek is 360 : 4 = 90 graden.

Slide 12 - Tekstslide

Draaisymmetrie
Kleinste draaihoek berekenen: 

360 : aantal hoeken

dus
360 : 5 = 72º

Slide 13 - Tekstslide

In hoeveel stappen kunnen de wieken 1 rondje draaien (de wieken moeten na elke stap op elkaar passen)?
A
1 stap
B
2 stappen
C
3 stappen
D
4 stappen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek van dit figuur?
A
45 graden
B
60 graden
C
90 graden
D
120 graden

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel graden is de kleinste draaihoek?

Slide 16 - Open vraag

3. Puntsymmetrie

Slide 17 - Tekstslide

Het figuur hiernaast is 
naast draaisymmetrisch,
ook puntsymmetrisch

Er bestaat ook een speciale vorm van draaisymmetrie, namelijk puntsymmetrie. Een figuur is puntsymmetrisch als het mogelijk is dat (360°: 2 =) 180° een draaihoek is. 

3. Puntsymmetrie

Slide 18 - Tekstslide

Puntsymmetrie
Puntsymmetrie -> je spiegelt een
figuur in 1 punt.


Slide 19 - Tekstslide

1. Lijnsymmetrie
2. Draaisymmetrie
3. Puntsymmetrie




De verschillende soorten van symmetrie zijn:

Slide 20 - Tekstslide

Welke symmetrie vorm
zie je hier ?

A
LIJN
B
DRAAI
C
SCHUIF
D
PUNT

Slide 21 - Quizvraag

Welke symmetrie vorm
of vormen zie je hier ?

A
LIJN
B
LIJN + DRAAI
C
DRAAI
D
DRAAI + PUNT

Slide 22 - Quizvraag

Welke symmetrie vorm
of vormen zie je hier ?

A
LIJN
B
LIJN + DRAAI
C
DRAAI
D
DRAAI + PUNT

Slide 23 - Quizvraag

Sleep de plaatjes naar het juiste vakje!
DRAAI
LIJN + 
DRAAI
DRAAI
PUNT
LIJN + 
DRAAI 
+ PUNT
LIJN
DRAAI 
+ PUNT

Slide 24 - Sleepvraag

Werkschema puntspiegeling (opgave 19)
1. spiegel elke hoek van een figuur( bijv. een driehoek) in het spiegelpunt.

Slide 25 - Tekstslide

Werkschema puntspiegeling
2. Verbind alle gespiegelde punten met elkaar.

Vergeet niet alle "tekentjes"!

Slide 26 - Tekstslide

Zelfstandig aan het werk

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat?
Weektaak 10
Hoe?
Individueel of met buurman/buurvrouw
Hulp?
- Buurman/buurvrouw
- Theorie in boek
- Docent
Klaar?
Nakijken weektaak 10

Slide 28 - Tekstslide