FO kwaliteitszorg lesweek 7

Kwaliteitszorg 
Lesweek 2/Dinsdag
Caroline Willemse 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Kwaliteitszorg 
Lesweek 2/Dinsdag
Caroline Willemse 

Slide 1 - Tekstslide

Programma 
  • Rondje hoe gaat het en bijzonderheden
  • Theorie samen kort doorlopen (luisteren + filmpjes en websites)
  • Opdracht over formatieve toets kwaliteitszorg
  • Werken aan kwaliteitszorg



Slide 2 - Tekstslide

WAT BETEKENT KWALITEIT VOOR JOU ?
Welke woorden associeer je onmiddellijk met de term kwaliteit? Hoe zou jij de term ‘kwaliteit’ definiëren?

Slide 3 - Open vraag

Kwaliteit is niet voor iedereen hetzelfde 
Vraag aan een gezin wat voor hun goede kwaliteit is voor de kinderopvang:

  • Vader; Makkelijk bereikbaar, flexibel, ruime openingstijden, warm eten. 
  • Moeder; Aardige leidsters/onderwijzers, Schoon, gezonde voeding ..
  • Kind; Veel vriendjes, veel speelgoed, toffe docent die geen straf geeft, buitenspeelterrein waar ik kan voetballen, enz

Kwaliteitsbeleving afhankelijk van:
  • Persoonlijke voorkeur en smaak
  • Tijdsgeest
  • Situaties en levensomstandigheden

Slide 4 - Tekstslide

Definitie kwaliteit
Kwaliteit is de mate waarin een dienst, artikel of organisatie voldoet aan iemands verwachtingen.


Kwaliteit wordt gekoppeld aan kwaliteitseisen = voorwaarde die wordt verbonden aan kwaliteit:
  • Subjectieve kwaliteitseisen (persoonlijk van aard) Iedereen verstaat er iets anders onder. Dat is lastig, want hoe kun jij in je werk nu kwaliteit leveren, als iedereen er anders over denkt?
  • Objectieve kwaliteitseisen (gericht op feiten).  Dit houdt in dat je kwaliteit moet kunnen meten. Dat kan  als je van tevoren vastlegt, op papier, wat wel kwaliteit is en wat geen kwaliteit is. 

Slide 5 - Tekstslide

Kwaliteitszorg; H9 
Kwaliteitsniveau’s:
  • Micro (op de werkvloer, bv onderlinge samenwerking)
  • Meso (voor de hele organisatie, bv veiligheidsbeleid)
  • Macro (voor de hele sector, bv wettelijke kaders en controle)
Kwaliteitsvoorwaarden (nodig om jouw werk goed te kunnen doen)
  • Materiële kwaliteitsvoorwaarden (oa. Apperatuur en gebouw)
  • Immateriële kwaliteitsvoorwaarden (contact collega’s, leidinggevenden, arbeidsvoorwaarden, afwisseling, groei, taakverdeling, serieus nemen, eigen inbreng)


Slide 6 - Tekstslide

Kwaliteit in de praktijk 
Het is lastig om te bepalen wat in het pedagogisch werk/ en op school  nu precies onder kwaliteit wordt verstaan. Je kunt zeggen dat kwaliteit (in het pedagogisch werk )te maken heeft met wat er van jou wordt verwacht. Cliënten, directie en overheid hebben verwachtingen van jou als pedagogisch werker.


Voorbeelden van verwachtingen gaan over:
  • Interactievaardigheden
  • Contact met ouders
  • Omgeving
  • Randvoorwaarden

Slide 7 - Tekstslide

Kwaliteit in de praktijk 

Pedagogische kwaliteit bestaat uit twee pijlers: 
structurele kwaliteit en proceskwaliteit.  

Structurele kwaliteit: 
  • het aantal vierkante meters van de binnen- en buitenruimte
  • veiligheid
  • hygiëne
  • groepssamenstelling en –grootte (stabiliteit)
  • het aantal kinderen in verhouding tot het aantal pedagogisch medewerker/ docenten(beroepskracht-kindratio)
  • opleidingsniveau van de docenten/pedagogisch medewerkers
  • pedagogisch/ schoolbeleid
  • het spel/ school materiaal.boeken 

Per opvangsoort gelden andere eisen voor deze structurele kwaliteit.




Slide 8 - Tekstslide

Kwaliteit  in de praktijk 
Proceskwaliteit is de kwaliteit van de ervaringen die kinderen opdoen in hun interacties met de sociale en materiële omgeving.  Het gaat bijvoorbeeld om:
- het contact met leeftijdgenootjes
- de groepsruimte/materiaal  die ontwikkeling van het kind stimuleert. 

Deze kwaliteit is moeilijk te waarborgen via regels en wetten, maar vereist een kritische blik en continue scholing van pedagogisch medewerkers.

Ook de omgang tussen ouder en opvang is van invloed op de (pedagogische) kwaliteit. 
Ouders en kinderopvangorganisaties zijn partners in opvoeding. Regelmatig uitwisselen van informatie tussen de ouders en de pedagogisch medewerkers heeft een positieve invloed op het welbevinden van het kind in de kinderopvang (voelt het kind zich prettig?). Een goede uitwisseling zorgt op zichzelf dus al voor een betere kwaliteit van de opvang!

Slide 9 - Tekstslide

Kwaliteitszorg is verplicht 
Overheid stelt eisen aan kwaliteit van de organisatie
Wet Kinderopvang (Wko) (https://wetten.overheid.nl/BWBR0017017/2020-01-01)
Toezicht door de GGD op kwaliteitseisen in Wko. Zie ook video  https://www.youtube.com/watch?v=Cf7aquhUvY https://www.dienstgezondheidjeugd.nl/images/downloads/publie k/inspecties/Brochure_toezicht_kinderopvang.pdf
Wet Innovatie kwaliteit en kinderopvang (Wet IKK) ter verbetering van de kwaliteit (https://www.veranderingenkinderopvang.nl/kwaliteit/wet-ikk/ikk-voor-medewerkers) zie ook video.
- Kwaliteitverbetering om organisatie beter in de markt te zetten, beter te voldoen aan wensen ouders en het is ook een persoonlijke behoefte van medewerkers



Slide 10 - Tekstslide

Voor een belangrijk deel zijn de kwaliteiten die er van je verwacht worden omschreven en vastgelegd.
  • Je werkt binnen de grenzen van het beroep
  • Je werkt binnen jouw functieomschrijving
  • Je werkt volgens de beroepscode https://www.fnv.nl/getmedia/887b63ae-0491-45e1-915c-68f4b3a71fe7/Beroepscode-kinderopvang-v04-06-20.pdf)
  • Je werkt volgens de Cao (https://www.kinderopvang-werkt.nl/cao-kinderopvang/actuele-cao)
  • Je werkt volgens de regels van de wet, bijvoorbeld:
  1. VIEROGENPRINCIPE (https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/kinderopvang/veiligheid-kinderopvang-verbeteren)
  2. MELDCODE HUISELIJK GEWELD
  3. AVG Wet
  4. WET IKK
  5. WKO
  6. Arbowet

Slide 11 - Tekstslide

Formatieve toets kwaliteitszorg: lesopdracht

Slide 12 - Tekstslide