7-8 Themales Natuurbrand

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BrandweerVeiligheid+1BasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Introductie

Natuurbranden komen steeds vaker voor. Ook in Nederland. Hoe kan dat? Wat kunnen we er tegen doen? Bekijk de filmpjes, maak de quize vragen en ga aan de slag met de verschillende doe opdrachten.

Instructies

Voorbereiding:
Deze docentenhandleiding geeft een uitgebreide toelichting op de lesstof en lesideeën. Handig om van te voren door te nemen.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weet jij hoe een natuurbrand ontstaat?

Slide 2 - Open vraag

Hoe ontstaan natuurbranden?

  • Door blikseminslag
  • Menselijke activiteiten zoals:- roken, bbq-en, kampvuur of vuurkorf, uitlaat auto, weggooien glas, fikkie stoken
  • Natuurlijke omstandigheden zoals droogte en wind.
Dat we steeds vaker horen en lezen over natuurbrand komt ook door de
klimaatverandering. Die is echt en maken we op dit moment mee. De aarde warmt namelijk op en hierdoor verandert ons klimaat.
Het is nu wereldwijd gemiddeld ruim 1 graad warmer dan in de periode 1850 - 1900.
De gevolgen voor de natuur en de nadelen van klimaatverandering kun je nu al zien.
Bij verdere opwarming zullen de gevolgen ernstiger worden.

Hoe zit dit precies en wat kun je zelf doen aan dit probleem?
We gaan kijken naar de nieuwsuitzending van mei 2023.
0

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel water nodig is om de natuurbrand te blussen
Welke soort beplanting aanwezig is rondom het meetstation 
Hoeveel brandweervoertuigen moeten uitrukken
Luchtvochtigheid
Temperatuur
windrichting en windsterkte
Dit meten weerstations

Slide 4 - Sleepvraag

In het filmpje heb je gezien dat er metingen worden gedaan met zogenaamde weerstations.

Wat meten de weerstations?
Sleep de juiste antwoorden naar het vak.

Afhankelijk van de kans op het ontstaan van een natuurbrand kennen we in Nederland verschillende fases.

Fase 1
Natuurbeheerders en brandweer zijn altijd voorbereid op een natuurbrand. Zij hebben in deze fase (nog) geen extra maatregelen getroffen. Wel geldt altijd dat voorzichtigheid met vuur in de natuur geboden is.

Fase 2
Het is al langere tijd droog in de natuur. Het risico dat een natuurbrand ontstaat is groter. Een natuurbrand kan zich in droge periodes snel en onvoorspelbaar ontwikkelen, zeker bij harde wind. 
Terreineigenaren, natuurbeheerders en hulpdiensten zijn in deze periode extra alert. Maar we vragen ook jouw hulp om de gevolgen van natuurbrand te voorkomen of te beperken.

Natuurlijk kun je nog steeds de natuur ingaan. Maar wees extra alert, gebruik het gezonde verstand en meld vooral in deze fase verdachte zaken meteen via 112.

Fase 1 en fase 2
Wat is het verschil tussen fase 1 en fase 2?
Natuurbeheerders en brandweer zijn altijd voorbereid op een natuurbrand. Zij hebben in fase 1 (nog) geen extra maatregelen getroffen. Wel geldt altijd dat voorzichtigheid met vuur in de natuur geboden is.
Fase 2 ontstaat wanneer het al langere tijd droog is in de natuur. Het risico dat een natuurbrand ontstaat is groter. Een natuurbrand kan zich in droge periodes snel en onvoorspelbaar ontwikkelen, zeker bij harde wind. Terreineigenaren, natuurbeheerders en hulpdiensten zijn in deze periode extra alert, maar vragen ook uw medewerking om de gevolgen van natuurbrand te voorkomen of te beperken.
Op dit moment geldt voor de meeste regio’s fase 2.

Slide 5 - Tekstslide

foto van kleuren:
Wat heb je nodig voor het ontstaan van vuur?
A
Harde wind, dennenbomen en droogte
B
Warmte, brandstof en zuurstof
C
Hoge temperatuur, harde wind en de mens
D
Bliksem, hoge temperatuur en droogte

Slide 6 - Quizvraag

Wat zijn de drie factoren die een natuurbrand veroorzaken?

Het juiste antwoord is B, warmte, brandstof en zuurstof.

  • Een brandstof is iets wat kan branden. Sommige dingen branden sneller dan andere dingen. Kleine takjes en droog gras branden makkelijker dan een dikke boomstam. 
  • Zuurstof zit in de lucht. Buiten in de natuur is dat altijd aanwezig.
  • Warmte: Bij een bepaalde temperatuur kunnen stoffen gaan branden.
Met deze drie onderdelen kan vuur ontstaan. Wij noemen dit de branddriehoek.

Is één van de drie zijden niet aanwezig, kan er geen vuur ontstaan.

Je spreekt van een brand als er vuur is op een plek waar dit niet gewenst is.

In de andere antwoorden A, C en D staan de ingrediënten waarmee je in een bepaalde combinatie betrokken zijn bij de natuurbrand.

 
Hoe kun jij er voor zorgen dat er géén natuurbrand komt?

Slide 7 - Woordweb


  • Niet bbq- en 
  • Geen kampvuur of vuurkorf 
  • Geen vuur maken

  • Geen wensballonnen oplaten
  • Niet roken
  • Geen uitlaat van de auto in het gras

  • Geen glas achterlaten
  • Geen (plastic) flesjes met water weggooien
Achtergelaten glaswerk en flesjes met water kunnen brand veroorzaken. Wanneer het zonlicht door deze voorwerpen schijnt, wordt een brandpunt veroorzaakt.  Net als bij een vergrootglas.
Je bent met een aantal klasgenootjes in het bos. Eén van hen stelt voor een kampvuur te maken. Maar het is erg droog in de natuur. Hoe reageer jij?
Je zegt hardop dat het veel te gevaarlijk is.
Leuk! je gaat direct op zoek naar kleine takjes.
Je twijfelt en wacht af wat de rest zegt.
Je denkt dat het geen goed plan is, maar zegt niets
Je doet mee en geeft tips voor een veilige vuurplek.

Slide 8 - Poll

Als je in een groep bent, reageer je misschien wel anders dan wanneer je alleen zou zijn.

Misschien vind je het lastig om jouw mening of idee hardop te zeggen. Of misschien wil je geen spelbederver zijn. 

Maar bedenk in een groep altijd wat het gevolg kan zijn van jouw keuze. 
  • Weet wat jij belangrijk vindt!
  • Wees zelfverzekerd!
  • Zoek positieve vrienden. 
  • Leer over de gevolgen van de acties.
  • Zoek ondersteuning van een volwassene.
Grondvuur
Vliegvuur
Kroonvuur
Loopvuur

Slide 9 - Sleepvraag

Op deze tekening zie je hoe een brand zich door de natuur verspreid.

De wijze waarop de verspreiding plaatsvindt hebben we een naam gegeven.
Zo kennen we bijvoorbeeld loopvuur, kroonvuur, grondvuur en vliegvuur.

Sleep de teksten naar de plek waar dit in beeld is gebracht.

Je ziet dat vliegvuur niet in beeld is gebracht. Bij een brand ontstaan vonken. De wind neemt deze mee door de lucht. Op een heel andere plek kan hierdoor brand ontstaan.

Een voorbeeld van een grondbrand is een brand in het veen gebied. Onder de grond verspreidt de brand zich. Dit zijn erg lastige branden om te blussen.  Je kunt hier dagenlang mee bezig zijn.

Een loopvuur verspreid zich via de grassen en planten over de grond.
Terwijl kroonvuur zich verspreid via de boomtoppen.

Wat kan de brandweer doen om een natuurbrand te stoppen?
A
Blussen met brandweerauto's en helikopters
B
Een stuk grond vrij maken van beplanting
C
Het vuur uitslaan met speciaal gereedschap
D
Alle drie de antwoorden zijn goed

Slide 10 - Quizvraag

Alle drie de antwoorden zijn goed.

Bij loopvuur kan met vuurzwepen, of een rugzak met water het vuur worden uitgeslagen of geblust.

Als het droge gras en planten van een bepaald oppervlak wordt weggehaald, is er geen brandstof meer aanwezig om te branden. Dit noemen we een 'stoplijn'.

Soms worden naast de speciale natuurbrandvoertuigen van de brandweer ook helikopters ingezet. Zeker als de branden groter zijn.

De brandweer werkt hierbij ook samen met defensie.

We kijken nu naar een filmpje

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat te doen bij brand
Zie je een brand ontstaan? Blijf kalm, bel 112 en geef de locatie van de natuurbrand door. Probeer een grote brand niet zelf te blussen. Verlaat de plek in de richting van de openbare weg of de bebouwde kom. Loop niet voor de brand uit, blijf uit de rook en loop altijd haaks op de rookwolk.
Het doorgeven van je locatie kan in de natuur een uitdaging zijn, gebruik daarom de 112-app die geeft gelijk je locatie door aan de meldkamer.

Slide 12 - Tekstslide

112 app: Mensen die niet goed kunnen horen en/of spreken, kunnen sinds 12 januari 2022 via de 112NL app de meldkamer bereiken. Ook voor mensen die de Nederlandse of Engelse taal niet beheersen is de app geschikt. Wie de app downloadt, kan daarin persoonlijke kenmerken aangeven. Deze kenmerken worden dan bij een melding meegestuurd aan de meldkamer, zodat de centralisten beter en sneller kunnen helpen.
Je loopt in de natuur. Je ziet brand. Wat doe je?
A
Probeer de brand te blussen
B
C
Blijf uit de rook en bel of app 112.

Slide 13 - Quizvraag

Zie je een brand ontstaan? 
  • Blijf kalm, bel 112 en geef de locatie van de natuurbrand door. 
  • Probeer een grote brand niet zelf te blussen. 
  • Verlaat de plek in de richting van de openbare weg of de bebouwde kom. 
  • Loop niet voor de brand uit, blijf uit de rook en loop altijd haaks op de rookwolk.
Het doorgeven van je locatie kan in de natuur een uitdaging zijn, gebruik daarom de 112-app die geeft gelijk je locatie door aan de meldkamer.

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Gevolgen wereldwijd
De stijging van de temperatuur op aarde heeft wereldwijd gevolgen:
Meer overstromingen doordat de zeespiegel stijgt. Vooral dichtbevolkte kustgebieden en rivierdelta’s in ontwikkelingslanden zullen hier mee te maken krijgen.
Voedseltekorten in gebieden waar het droger wordt, met als gevolg honger en ondervoeding.
Tekort aan drinkwater en water voor irrigatie in gebieden waar het droger wordt.
Afname van de biodiversiteit (het aantal verschillende soorten) doordat dieren- en plantensoorten uitsterven. Dat heeft bijvoorbeeld ook negatieve gevolgen voor de visserij.
De oceanen verzuren. Koraalriffen lopen daardoor risico om af te sterven. Koraal is een belangrijk leefgebied voor vissen en planten.
Er komen meer bosbranden en meer woestijnen.
Er is kans op meer en langere hittegolven. Dat is vooral een risico voor ouderen en andere kwetsbare groepen.

Slide 18 - Tekstslide

De zomers worden juist droger en heter. Er zijn meer zomerse en tropische dagen. Dit heeft gevolgen voor de natuur, de landbouw en de gezondheid van mensen (hittestress).


Slide 19 - Tekstslide

Wat kun je zelf doen om het klimaat te veranderen: themaklappersvragen
https://www.milieucentraal.nl/klimaat-en-aarde/klimaatverandering/klimaatklappers/  


Slide 20 - Tekstslide

Droogte: meer natuurbranden, door temperatuursstijging.:
Temperatuur gaat omhoog, daardoor meer droogte en grotere kans op natuurbranden. 
- natuurbranden door klimaatverandering
Oorzaak: de mens> voorkom door waterflesjes of glas .niet bbqén, niet roken, auto met hete uitlaat, vuurkorven, kampvuur
spelen met lucifers, wensballonnen,
blikseminslag

Wat te doen bij: (animatie van wat te doen.)
blijf uit de rook
- ga naar fietspad of weg belt 112

Wanneer is er kans op bosbrand
Code geel, oranje, rood> wat betekent dat. 


Slide 21 - Tekstslide

Waar werkt de brandweer mee samen tijdens natuurbrand> de boswachter van staatbosbeheer; boeren; gemeente; rijkswaterstaat;

Vegetatie heeft invloed op verspreiding van brand> loofbomen sparren ed.
Een variatie helpt ervoor te zorgen dat minder snel verspreiding

> stoplijnen maken in de natuur
> schapen grazen grassen (pijpestro) weg.
>loopvuur, kroonvuur

Wat kan jij doen om Voorkomen van brand;
Wat kan jij doen bij brand;
Wat doet de brandweer + partners.

Wat is schadelijker? Een brand die ondergronds verspreid of juist bovengronds?

Natuurbrand gevaar voor jou op vakantie.
Geen flesjes, geen glas, geen sigaretten.
Geen uitlaat auto. geen bbq, geen kampvuur, vuurkorf, wensballon, fakkels

tekening vuur in bos onderbouw en bovenbouw.
Blijf uit de rook (infographic Drenthe)

Slide 22 - Tekstslide

Meer risico op natuurbranden, hoe gaat de brandweer daar mee om?
08 juni 2023
Door regio: Landelijk
Het risico op natuurbranden is de afgelopen weken toegenomen. Afgelopen weekend woedde er onder andere een brand in Nationaal Park De Maasduinen bij het Noord-Limburgse dorp Bergen, waarbij zo’n vijf hectare verloren ging. Wat betekent dit verhoogde risico voor de rest van de zomer, hoe bestrijdt de brandweer natuurbranden en wat kan jij doen? Dit zijn zeven vragen en antwoorden over de bestrijding van natuurbranden.
Is het opvallend dat er nu al veel risico is op natuurbrand?
Vorig jaar was het vroege voorjaar erg droog en hadden we eerder in het seizoen te maken met natuurbranden. Dit jaar was het voorjaar veel natter en is het risico in de loop van mei toegenomen. Ieder jaar is dus anders.
Door het oplopen van de temperatuur, de stabiele (noorden)wind en geen neerslag drogen de vegetatie en de brandstoffen die op de bodem liggen in natuurgebieden op en is de kans op een snelle uitbreiding van een natuurbrand aanwezig. Er zijn nu zo’n vijf tot tien meldingen per dag, maar dit kan erg variëren.
Hoe is de brandweer voorbereid op natuurbranden?
Een natuurbrand is uitdagend om te bestrijden. Het zijn bijvoorbeeld vaak lastig te bereiken plekken en er kan veel brandstof aanwezig zijn, waardoor het vuur zich kan uitbreiden. De brandweer is daarom speciaal voorbereid op het bestrijden en beheersen van natuurbranden. De meeste natuurbranden worden bestreden door de lokale brandweerkorpsen ondersteund door onder andere speciale terreinvaardige voertuigen, handcrews en helikopters en drones.
Speciale teams in het natuurgebied
Er zijn twee handcrews die in heel Nederland ingezet kunnen worden: eentje vanuit de veiligheidsregio’s IJsselland en Twente en een handcrew vanuit de veiligheidsregio’s Midden- en West-Brabant, Brabant-Noord, Brabant Zuid-Oost en Limburg-Noord.
De hoofdtaak van de handcrew is het weghalen van brandstof. Dit gebeurt te voet met handgereedschap, daarom kunnen deze brandweermensen op alle plekken komen die voor voertuigen onbereikbaar zijn.
In de avond- en nachtperiode, als de wind is gaan liggen, sporen ze ondergrondse brandjes, ook wel hotspots, op en maken die uit. Het team kan ook stoplijnen maken, wat een smalle strook is zonder brandbare vegetatie. Deze ‘lijn’ kan aangesterkt worden door water of andere middelen om verder de vegetatie weg te halen. Hierdoor kan de brand er niet overheen. Het team beschikt over speciale kleding.
Beide teams kunnen elkaar assisteren als dat nodig is. Dat gebeurde afgelopen weekend nog bij een brand in Nationaal Park De Maasduinen bij het Noord-Limburgse dorp Bergen.
Brandbestrijding vanuit de lucht
Fire Bucket Operations (FBO) gaat om het bestrijden van brand met een zogeheten ‘Fire Bucket’. Dit is een grote waterzak die, vanonder een helikopter, vanuit de lucht boven de brand wordt leeggegooid.
Het bijzondere aan deze vorm van brandbestrijding is dat de brandweer hierbij militaire hulp krijgt.
Hoe wordt bepaald hoe groot het risico is?
Dagelijks monitoren de veiligheidsregio’s het natuurbrandrisico. Dit doen ze bijvoorbeeld op basis van meetstations in de natuur. Deze meten onder andere de luchtvochtigheid, windsnelheid, neerslag, temperatuur en brandstofvochtigheid. Ook hebben veiligheidsregio’s contact met meteorologen voor de weerberichten en contact met de natuurbeheerders, en ondersteunt het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) de Veiligheidsregio’s om het landelijke beeld van natuurbrandrisico te duiden. Op basis van al deze bronnen wordt besloten of het risiconiveau moet worden aangepast en of er vanuit de brandweer nog maatregelen moeten worden genomen. Denk bij dat laatste aan de inzet van luchtsurveillance om een natuurbrand snel te lokaliseren en het direct alarmeren van extra brandweervoertuigen bij een melding van een natuurbrand. Daarmee is er direct veel slagkracht ter plaatse om de brand zo snel mogelijk onder controle te krijgen.
Betekent de droogte nu dat we de rest van de zomer meer risico hebben op natuurbranden?
Dit is niet te zeggen. Natuurbrandrisico is volledig afhankelijk van de meteorologische omstandigheden, zowel de oplopende droogte als de luchtvochtigheid, temperatuur en windrichting en -snelheid. Bij regelmatige neerslag zal het risico laag blijven. Nu we een langdurige periode van droogte hebben, zal het risico pas afnemen als er regelmatig neerslag valt.
Wat kan je als bewoner/bezoeker van een natuurgebied doen?
In Nederland (en in heel Europa overigens) worden bijna alle natuurbranden door de mens veroorzaakt. Een deel onbewust, een deel bewust.
Als je dichtbij een natuurgebied woont of ergens gaat wandelen of recreëren, en je benieuwd bent hoe het risico wordt ingeschat, kijk je op Dit is een externe paginawww.natuurbrandrisico.nl. Op dit moment geldt voor de meeste regio’s dat we in fase 2 zitten. Dat betekent dat we vragen of je extra bewust wil zijn:
Maak geen vuur in de natuur
Wees extra alert op verdachte situaties.
Veroorzaak niet per ongeluk een natuurbrand: gooi daarom sigaretten en glas altijd in een prullenbak of neem het mee. Denk ook aan kolen van de barbecue of opgehoopt tuinafval (broei)
Parkeer je auto (met hete katalysator) niet in hoog en droog gras.
Zie je een brand ontstaan? Blijf kalm, bel 112 en geef de locatie van de natuurbrand door. Probeer een grote brand niet zelf te blussen. Verlaat de plek in de richting van de openbare weg of de bebouwde kom. Loop niet voor de brand uit, blijf uit de rook en loop altijd haaks op de rookwolk.
Het doorgeven van je locatie kan in de natuur een uitdaging zijn, gebruik daarom de 112-app die geeft gelijk je locatie door aan de meldkamer.
Wat is het verschil tussen fase 1 en fase 2?
Natuurbeheerders en brandweer zijn altijd voorbereid op een natuurbrand. Zij hebben in fase 1 (nog) geen extra maatregelen getroffen. Wel geldt altijd dat voorzichtigheid met vuur in de natuur geboden is.
Fase 2 ontstaat wanneer het al langere tijd droog is in de natuur. Het risico dat een natuurbrand ontstaat is groter. Een natuurbrand kan zich in droge periodes snel en onvoorspelbaar ontwikkelen, zeker bij harde wind. Terreineigenaren, natuurbeheerders en hulpdiensten zijn in deze periode extra alert, maar vragen ook uw medewerking om de gevolgen van natuurbrand te voorkomen of te beperken.
Op dit moment geldt voor de meeste regio’s fase 2.
Lees hier meer over de fases: Dit is een externe paginaUitleg fases op natuurbrandrisico.nl
Het risico op natuurbranden neemt toe. Blijft dit wel beheersbaar?
Klimaatverandering zal zorgen voor een toenemend risico op onbeheersbare natuurbranden. Dit komt door langere periodes van droogte en toenemende temperaturen. Daarvoor waarschuwen deskundigen van het KNMI, de Wageningen University & Research, de Vrije Universiteit in Amsterdam, Deltares en het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV). Het versterken van de bluskracht van de brandweer voor natuurbranden is alleen niet voldoende. Het is belangrijk dat we vooraf maatregelen nemen om een snelle uitbreiding van een natuurbrand te voorkomen. Daarom werken we met overheid en onder andere de natuurorganisaties aan maatregelen die voorkomen dat een brand kan ontstaan of zich snel kan uitbreiden.
Denk aan slimme landschapsinrichting. Met natuurbeheerder werken we bijvoorbeeld aan het aanleggen van stoplijnen: dat zijn stroken waar weinig brandstof te vinden is voor het vuur. Zo kan een brand zich maar beperkt uitbreiden. En we bekijken bijvoorbeeld welke bomen en planten risicovol zijn als het om brand gaat en hoe je het landschap dan verstandiger kan inrichten.
Inleiding (5 minuten)
Begroet de leerlingen en vertel ze dat jullie het vandaag gaan hebben over natuurbranden.
Stel vragen om de voorkennis van de leerlingen te activeren:
Hebben jullie ooit gehoord van een natuurbrand?
Weet iemand hoe een natuurbrand kan ontstaan?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontstaan van een natuurbrand (10 minuten)
Leg uit dat een natuurbrand ontstaat door een combinatie van drie factoren: warmte, brandstof en zuurstof.
Bespreek mogelijke oorzaken van natuurbranden:
Blikseminslag
Menselijke activiteiten (bijv. onvoorzichtig omgaan met vuur)
Natuurlijke factoren zoals droogte en wind

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Preventie van natuurbranden (10 minuten)
Bespreek manieren waarop natuurbranden kunnen worden voorkomen:
Leerlingen moeten begrijpen dat het belangrijk is om verantwoordelijk om te gaan met vuur, zoals geen vuurtjes maken in de natuur zonder toestemming en toezicht.
Het melden van verdachte situaties, zoals rook in de natuur, aan een volwassene of de brandweer.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Handelingen bij het ontdekken van een natuurbrand (15 minuten)
Leg uit wat leerlingen moeten doen als ze een natuurbrand ontdekken:
Onthoud: veiligheid staat voorop! Ga nooit in je eentje een brand proberen te blussen.
Verlaat het gebied zo snel mogelijk en waarschuw een volwassene of bel het alarmnummer (112).
Als het veilig is, probeer dan de richting van de brand te onthouden om dit aan de hulpdiensten door te geven.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verspreiding van een natuurbrand (10 minuten)
Bespreek hoe een natuurbrand zich kan verspreiden:
Wind speelt een belangrijke rol bij het verspreiden van het vuur.
Droge vegetatie en brandbare materialen vergroten de kans op snelle verspreiding.
Het vuur kan zich ook via boomtoppen voortbewegen, wat bekend staat als een kroonvuur.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestrijding van natuurbranden (10 minuten)
Leg uit wie natuurbranden bestrijden:
Brandweerkorpsen hebben de taak om natuurbranden te bestrijden en te voorkomen dat ze zich verder verspreiden.
Soms wordt er ook samengewerkt met andere hulpdiensten en vrijwilligers.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snelheid van verspreiding en gevolgen van natuurbranden (10 minuten)
Bespreek hoe snel een natuurbrand zich kan verspreiden:
Natuurbranden kunnen zich zeer snel voortbewegen, afhankelijk van de omstandigheden zoals de wind en de hoeveelheid brandstof.
Bespreek de mogelijke gevolgen van natuurbranden:
Schade aan flora en fauna.
Verwoesting van leefgebieden

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les: Gevolgen en Consequenties van Brandstichting in de Natuur
Doel van de les: De leerlingen bewust maken van de ernstige gevolgen en de mogelijke consequenties van brandstichting in de natuur.
Inleiding (5 minuten)
Begroet de leerlingen en herinner hen eraan dat jullie het vandaag hebben over brandstichting in de natuur.
Vraag de leerlingen waarom ze denken dat brandstichting in de natuur gevaarlijk kan zijn.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen van brandstichting in de natuur (15 minuten)
Bespreek de mogelijke gevolgen van brandstichting in de natuur:
Verlies van flora en fauna: Branden kunnen hele ecosystemen vernietigen en leiden tot het verlies van planten en dieren.
Luchtvervuiling: Branden produceren grote hoeveelheden rook en giftige stoffen, wat de luchtkwaliteit negatief beïnvloedt.
Schade aan het milieu: Bodemerosie, waterverontreiniging en verstoring van natuurlijke processen kunnen het gevolg zijn van branden.
Gevaar voor mensenlevens en eigendommen: Branden kunnen zich snel verspreiden en huizen, gebouwen en andere eigendommen vernietigen. Ze vormen ook een direct gevaar voor degenen die in de buurt zijn.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Consequenties van brandstichting in de natuur (15 minuten)
Bespreek de mogelijke consequenties voor de kinderen als ze brandstichting in de natuur plegen:
Strafbare feiten: Brandstichting is een strafbaar feit waarvoor ze juridisch verantwoordelijk kunnen worden gehouden.
Juridische gevolgen: Ze kunnen worden opgeroepen voor een rechtszaak en als schuldig bevonden worden, wat kan leiden tot boetes en mogelijk zelfs jeugdstrafrechtelijke maatregelen.
Morele verantwoordelijkheid: Brandstichting in de natuur is gevaarlijk en schadelijk, en kan ernstige gevolgen hebben voor anderen en het milieu. Het is belangrijk dat ze hun verantwoordelijkheid begrijpen en leren om respectvol met de natuur om te gaan.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Discussie en reflectie (10 minuten)
Stimuleer de leerlingen om na te denken over hun keuzes en de mogelijke gevolgen ervan.
Stel vragen zoals:
Waarom denken jullie dat het belangrijk is om voorzichtig te zijn met vuur in de natuur?
Welke alternatieve activiteiten kunnen we doen om te genieten van de natuur zonder schade aan te richten?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting (5 minuten)
Herhaal het belang van verantwoordelijk gedrag in de natuur en het voorkomen van brandstichting.
Bedank de leerlingen voor hun deelname aan de les en moedig hen aan om anderen te informeren over de gevolgen van brandstichting in de natuur.
Opmerking: Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de leerlingen begrijpen dat brandstichting in de natuur gevaarlijk en onacceptabel is. Als er sprake is van gedrag dat de veiligheid van de leer

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies