Les 1: Skelet & geraamte

Skelet & Geraamte
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Skelet & Geraamte

Slide 1 - Tekstslide

Kerndoel 41

        De leerlingen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel:
Aan het einde van de les:
  1. Ik kan de belangrijkste onderdelen van het skelet benoemen
  2. Ik kan de 4 belangrijkste functies van een skelet benoemen
  3. Ik kan de functie van kraakbeen uitleggen
  4. Ik weet dat alle skeletten eigenlijk identiek zijn opgebouwd

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je over het skelet?

Slide 4 - Woordweb

Lichaam / Skelet
Je leert vandaag over:
  • Botten
  • Schedel
  • Wervelkolom
  • Ribbenkast

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Wat is bot?
Botten zijn gemaakt van kalk en lijm. 
Kalk zorgt voor stevigheid. 
Lijm zorgt voor buigzaamheid. 


Een baby is nog heel lenig en buigzaam. Baby's hebben veel lijm in hun botjes zitten. 
Wanneer je ouder wordt, zit er steeds minder lijm in je botten en steeds meer kalk. Hierdoor breken oudere mensen veel makkelijker hun botten als ze vallen. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Botten
Wel 206 botten en botjes verstevigen ons lichaam. Veel botten voel je zitten in je lichaam. Als je op je hoofd tikt voel je je schedel. De botjes in je handen kun je ook goed voelen. 
Botten
206 botten en botjes verstevigen ons lichaam. Veel botten voel je zitten in je lichaam. Als je op je hoofd tikt, voel je je schedel. De botjes in je handen kun je ook goed voelen. 

Slide 9 - Tekstslide

Kraakbeen
Kraakbeen
Bot met veel lijm heet kraakbeen. Kraakbeen zit op plekken waar je bot een beetje buigzaam moet zijn.

Slide 10 - Tekstslide

De gewrichtskogel
Deze wordt ook wel gewrichtskop genoemd en beweegt in de gewrichtskom. 
Als je bijvoorbeeld je schouder uit de komt hebt dan betekent dit dat de gewrichtskogel van je opperarmbeen niet meer in de kom zit. 
Gewrichtskapsel
Deze worden ook wel gewrichtsbanden genoemd en zorgen er voor dat het gewricht bij elkaar blijft. 
Als je bijvoorbeeld je schouder uit de kom hebt zijn je gewrichtsbanden opgerekt. 
Kraakbeen
Het kraakbeen zorgt er voor dat de botten minder snel slijten. 
Kraakbeen is wat zachter dan botweefsel. 
gewrichtssmeer
Tussen het kraakbeen van de kop en de kom van het gewricht zit gewrichtssmeer. Dit zorgt er voor dat de botten soepel over elkaar heen glijden. 
de gewrichtskom
Samen met de gewrichtskop of gewrichtskogel vormt de kom het gewricht. Dit zorgt er voor dat de botten kunnen bewegen ten opzichte van elkaar.

Slide 11 - Tekstslide

De vorm van de gewrichtskop en de gewrichtskom bepalen welke beweging gemaakt kan worden. 
Knie gewricht
Dit is een scharnier gewricht. Net als een deur kan de knie slechts 1 kant op.
Heupgewricht
Dit is een kogelgewricht. Een kogel is rond en kan dus zo goed als alle kanten op bewegen. 

Slide 12 - Tekstslide

Botten groeien tot je volwassen bent. 
Groei
Als het belangrijk is voor je gezondheid om vast te stellen hoe lang je ongeveer zult worden, maken artsen weleens een foto van je handen. Dan kunnen ze zien hoeveel groeiruimte er nog in je zit. En hoe groot je dan waarschijnlijk zult worden. 
Wist je dat...
* de helft van je botten in je handen en je voeten zit.
* het skelet van een volwassen mens wel 10 kilo weegt. 
* je allerkleinste botje in je oor zit.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit ongeveer uit...?
A
502 botten
B
206 botten
C
351 botten
D
150 botten

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

Ken je alle onderdelen van het skelet?
Je borstkas bestaat uit: ribben, borstbeen, borstwervels

Slide 17 - Tekstslide

Borstkas
  • borstbeen
  • 12 borstwervels
  • 12 paar (24) ribben, waarvan 2 paar (4) zwevende ribben (zitten niet vast aan borstbeen)

Slide 18 - Tekstslide

Schoudergordel

* Schouderbladen


* Sleutelbeenderen



Slide 19 - Tekstslide

Bekkengordel

* Heupbeenderen


* Heiligbeen



Slide 20 - Tekstslide

Handwortelbeentjes

Slide 21 - Tekstslide

Vingerkootjes
3 per vinger
2 per duim

Slide 22 - Tekstslide

Middenhandsbeentjes

Slide 23 - Tekstslide

Teenkootjes

Het hielbeen hoort bij de voetwortel-beentjes


Teenkootjes:
3 per teen
2 in de grote teen

Slide 24 - Tekstslide

Ledematen: armen en benen 





Bij de pols zit de ellepijp aan de kant van de pink
Ellepijp is meestal dunner en langer dan spaakbeen 

Slide 25 - Tekstslide

Er is een foto van Dominique haar arm gemaakt.

Sleep naar de botten die je ziet op de röntgenfoto:
Extra hulpje, het skelet
Spaakbeen
Opperarmbeen
Ellepijp



middenhands
beentjes



handwortel
beentjes
vingerkootjes

Slide 26 - Sleepvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

4 taken van het skelet

  • Stevigheid geven
  • Vorm geven
  • Organen beschermen
  • Beweging mogelijk maken

Slide 29 - Tekstslide

Kraakbeen tussen borstbeen en begin ribben
Tussen de harde wervels zitten kraakbeenschijven 

Slide 30 - Tekstslide

Het skelet van baby’s is buigzaam door veel kraakbeen met lijmstof.

Slide 31 - Tekstslide

Waardoor zijn botten soms buigzaam?

Harde botten zijn van been. Dat bevat kalk en weinig lijmstof.
Buigzame botten zijn van kraakbeen. Dat bevat veel lijmstof en weinig kalk.
Kalk maakt een bot stevig.
Lijmstof maakt een bot buigzaam.
Het skelet van baby’s is buigzaam door veel kraakbeen met lijmstof.
Als je ouder wordt, verandert kraakbeen in been.
Het skelet van ouderen bestaat uit botten van been met maar weinig lijmstof. Daardoor zijn hun botten breekbaar.






Slide 32 - Tekstslide

Kraakbeen

Kraakbeen bevat veel lijmstof en weinig kalk. Hierdoor is het buigzaam.      

Slide 33 - Tekstslide

Hoe zie je er van binnen uit? 
Zoogdieren
Alle zoogdieren hebben een skelet. Mensen zijn ook zoogdieren. Je skelet geeft stevigheid en vorm aan je lichaam. 
Skelet
We verdelen het skelet in: 
  • de schedel
  • de wervelkolom 
  • de ribbenboog 
  • de schouders en het bekken 
  • de ledematen

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Het skelet
Het skelet
Al onze 206 botjes samen vormen ons skelet. Het is het deel van je lichaam dat het langst overblijft als je overlijdt. 
Gewervelden
Dieren en mensen met een skelet noemen we gewervelden. Alle gewervleden hebben namelijk een wervelkolom
Tent
Je lichaam krijgt vorm en stevigheid door je skelet. Het is een soort frame, net als bij een tent. Het houdt alles in je lichaam op zijn plaats en beschermt de organen.

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Wervelkolom
Je wervelkolom is een serie botten van onderkant hoofd tot stuitje. Dit is de kapstok waar alles op of aan wordt gehangen. Schedel, ledematen, armen en benen. 
Botjes
De wervelkolom bestaat uit allemaal losse botjes. Dit noemen we de wervels
Bewegen
De wervelkolom helpt mee zodat je kunt staan en bewegen

Slide 38 - Tekstslide

Ribbenkast
De ribbenkast is een buigzame, veerkrachtige kooi van ribben die je hart, longen en belangrijke bloedvaten beschermt. 
Ribbenkast
De ribbenkast is een buigzame, veerkrachtige kooi van ribben die je hart, longen en belangrijke bloedvaten beschermt. 

Slide 39 - Tekstslide

Welke 2 stoffen vormen je botten?
A
Goud en Zilver
B
Kalk en Lijmstof
C
Gel en haarlak
D
Krijt en water

Slide 40 - Quizvraag

Wat kun je niet zonder geraamte?
A
Staan
B
Leren
C
Eten
D
Luisteren

Slide 41 - Quizvraag

Wat beschermen de botten?
A
Je huid
B
Kwetsbare organen
C
Ribben

Slide 42 - Quizvraag

Hoe noemen we de ruimte tussen onze schedel en hersenen?

Slide 43 - Open vraag

Deel maar in!
Wervelkolom
Kraakbeen
Botten
Schedel
Borstkast

Slide 44 - Sleepvraag

Maak een foto van je ingevulde werkblad (achterkant) en stuur deze in

Slide 45 - Open vraag

Maak een foto van je ingevulde werkblad (skelettekening) en stuur deze in

Slide 46 - Open vraag