Insulae H2 Toets voorbereiding

H2: Toetsvoorbereiding
Benodigheden
- Werkboek
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H2: Toetsvoorbereiding
Benodigheden
- Werkboek
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Tekstslide

Doel:
Voorbereiden op de toets van H2

Slide 2 - Tekstslide

Na de oefentoets wil ik vandaag graag antwoord op de volgende 3 vragen?

Slide 3 - Open vraag

Keuze:
Keuze 1:

Zelfstandig in stilte bezig met voorbereiden toets:

  • Locus (dichtheid, grootheden, eenheden) 
  • Leerdoelen en begrippen uitwerken en oefenen
  • Maken extra opgaves paragrafen 2.1 t/m 2.7 
Keuze 2: 

  • Volgen uitleg aan de hand van vragen leerlingen  

Slide 4 - Tekstslide

Dichtheid is een stof eigenschap
Dichtheid vertelt hoe zwaar 
1 cm3 van een stof is. 

Slide 5 - Tekstslide


Wat is de afkorting van eenheid van de dichtheid?

Slide 6 - Open vraag

Welke twee grootheden heb je nodig om de dichtheid te berekenen?

Slide 7 - Woordweb

Stap 1: Gevraagd
Stap 2: Gegevens
Stap 3: Formule
Stap 4: Berekening
Stap 5: Antwoord
Berekening: gebruik deze stappen!

Slide 8 - Tekstslide

Berekening uitvoeren

Slide 9 - Tekstslide

Je hebt een "goud" blokje gevonden van 40 gram en het volume is 4,58 cm3. Bereken de dichtheid van dit blokje.

Voorbeeld - 

Slide 10 - Tekstslide


 Je hebt een flesje gevonden met daarin 6 cm3 van een onbekende vloeistof. De massa van de vloeistof is 6,18 gram. Bereken de dichtheid van deze stof.
timer
4:00

Slide 11 - Open vraag

Dichtheid van water is 1,0 g/cm3.
Is dichtheid van een stof kleiner die van water dan drijft het.
1
2
3
Is dichtheid van een stof groter die van water dan zinkt het.
Is dichtheid van een stof gelijk aan die van water dan zweeft het.

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeldopgave 4 
Een stof heeft een volume van 26 cm3 en een dichtheid van 0,76 g/cm3.
Bereken de massa van deze stof.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeldopgave 4 
Een stof heeft een volume van 26 cm3 
en een dichtheid van 0,76 g/cm3.
1. Gevraagd = de massa
2. volume is 26 cm3 en dichtheid = 0,76 g/cm3
3. massa = dichtheid x volume
4. massa = 0,76 x 26 
5. massa = 19,76 gram

Slide 14 - Tekstslide


Een stof heeft een massa van 100 g en een dichtheid van 3,16 g/cm3. Bereken het volume van deze stof.


Slide 15 - Open vraag

Eenheid van dichtheid is g / cm3
Dus massa moet in gram
en volume in cm3 
Als in andere eenheid staat moet je dus eerst omrekenen!
Eenheden moeten zelfde zijn!

Slide 16 - Tekstslide


Een blok kwarts heeft een massa van 
5 kilogram. Bereken het volume van deze stof.

Slide 17 - Open vraag

Symboolformule
Woordformule
dichtheid=volumemassa
p=Vm

Slide 18 - Tekstslide


Chloor is een giftig gas. Bij een fout in een zwembad komt 0,9 dm3 van dit gas vrij. Bereken de massa van dit gas. 
timer
4:00

Slide 19 - Open vraag