CKV 'Feit & Fictie' in de fotografie inleiding




Feit&Fictie 
Culturele Kunstzinnige Vorming
in de fotografie 1
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
CKVCulturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

Aan het einde van deze les kun je de kunstdiscipline 'fotografie' onderzoeken en bespreken aan de hand van de de dimensie 'Feit & Fictie'. Je weet wat de kenmerken zijn van geënsceneerde fotografie en geregistreerde fotografie en kunt dit toepassen in je eigen werk.

Onderdelen in deze les




Feit&Fictie 
Culturele Kunstzinnige Vorming
in de fotografie 1

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de kunstdiscipline 'fotografie' onderzoeken en bespreken aan de hand van de de dimensie 'Feit & Fictie'.

Je weet wat de kenmerken zijn van geënsceneerde fotografie en geregistreerde fotografie en kunt dit toepassen in je eigen werk.


Slide 2 - Tekstslide

Feit & Fictie
Dagelijks worden we overspoeld met beelden, reclames en andere media die gemanipuleerd of geïdealiseerd zijn. We denken er niet eens meer over na. Bijna alles om ons heen is mooier gemaakt om ons te laten denken dat we producten moeten kopen, ons op een bepaalde manier moeten gedragen of om ons er bewust van te maken dat we niet voldoen aan de norm. 

Slide 3 - Tekstslide

Op welke manier doen we hier zelf ook aan mee?

Slide 4 - Woordweb





Registreren vs Ensceneren

Slide 5 - Tekstslide

Registreren 
In de ontwikkeling van de fototechniek ontstonden twee verschillende stromingen. In de eerste plaats is er de documentaire of reportagefotografie. Hierbij ligt de nadruk op het registreren van de werkelijkheid. Ook journalistieke fotografen registreren. Ze maken portretten terwijl mensen zich niet bewust zijn van het feit dat ze gefotografeerd worden. 
Beethovenstraat, door Ed van der Elsken, Amsterdam 1967

Slide 6 - Tekstslide

Ensceneren 
En in de tweede plaats de geënsceneerde fotografie: de fotograaf  legt een beeld vast, dat met zorg is gepland en voorbereid. Aan de hand van technische mogelijkheden beheersen zij het proces maximaal en sluiten ze het toeval zoveel mogelijk uit. Er ontstaat zo een nieuwe werkelijkheid met zorgvuldig gekozen objecten, figuren en achtergronden. De beelden zijn vaak bewerkt met digitale technieken.
Royal Blood, Diana, door Erwin Olaf, 2000

Slide 7 - Tekstslide

Zoek op hoe Princes Diana is gestorven en leg vervolgens uit hoe Erwin Olaf dat laat zien in deze foto?

Slide 8 - Open vraag

Manipulatie

Slide 9 - Tekstslide

Manipulatie dmv fotobewerking

Slide 10 - Tekstslide

Annegien 
Insta: Fetching_tigerss

Slide 11 - Tekstslide

Camerastandpunt
Het camerastandpunt is de plaats waar de camera staat én de hoek ervan ten aanzien van het gefotografeerde. 
We onderscheiden de volgende standpunten:

  • Kikkerperspectief, de fotograaf heeft een laag standpunt
  • Vogelvluchtperspectief, de fotograaf heeft een hoog standpunt
  • Ooghoogte, de fotograaf staat op ooghoogte

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Illusie

Slide 16 - Tekstslide

Kader
Foto's zijn begrensd door het kader. De kaderrand snijdt boven, onder, links en rechts een deel weg en benadrukt een fragment. Een kader geeft een foto een bepaald effect. 

  • Long shot: een ruime opname, mensen volledig zichtbaar en beeldvullend
  • Knee shot: een persoon gezien vanaf de knie
  • Medium shot: van het hoofd tot het middel.
  • Medium close-up: van het hoofd tot aan de schouders of de borstkas
  • Close-up: enkel een deel van de persoon is zichtbaar
  • Big close-up: een detail

Slide 17 - Tekstslide

medium 
shot
long shot
close-up
big 
close-up
medium 
close-up
knee shot

Slide 18 - Sleepvraag

Nu jij!
Zoek een foto die indruk op je maakt. Plaats de foto in het Word document en beantwoord de vragen: 
  • Is het een geënsceneerde, geregistreerde of gemanipuleerde foto? 
  • Waaraan zie je dat? 
  • Welk standpunt is er gebruikt?
  • Welk kader is er gebruikt? 
  • Waarom spreekt deze foto je zo aan? 


Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 6
  • Lees de informatie over de fotografen in je reader op pag 19.   Beantwoord daarna de vragen.   

  • Koen Hauser: computerbewerking
  • Celine van Balen: portretfotografie
  • Merlijn Doomernik: portret 


Slide 20 - Tekstslide