Hoofdstuk 2 - Cellen

Hoofdstuk 2 
Cellen
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 44 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 
Cellen

Slide 1 - Tekstslide

2.1
1. Je herkent emergente eigenschappen
2. Je herkent de biologische organisatieniveaus
3. Je benoemt de functies van het celmembraan, het cytoplasma, het celskelet en de organellen van een dierlijke cel

Slide 2 - Tekstslide

Cel organellen
Wat is de functie van de volgende celorganellen
in een dierlijke cel:

Celmembraan, cytoplasma, celskelet, celkern, endoplasmatisch reticulum, golgi systeem, ribosomen, mitochondriën, lysosoom

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Celmembraan

Slide 6 - Tekstslide

2.2
4. Je vergelijkt de bouw van DNA met RNA
5. Je vertaalt de code van een stukje DNA via RNA naar aminozuren en andersom
6. Je voorspelt de gevolgen van verschillende typen mutaties in het DNA
7. Je beschrijft de stappen van de celcyclus
8. Je beschrijft hoe cellen met hetzelfde DNA kunnen verschillen in vorm en functie

Slide 7 - Tekstslide

Eiwit
  • Bouwstof, afweerstof, enzym, transportmiddel, hormoon
  • Bloedgroep, spierkracht, afweer, vertering, karakter

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

2.3
1. Je beschrijft de bouw van een chromosoom
2. Je beschrijft de stappen van de mitose
3. Je legt uit welke mechanismen verstoord zijn bij ongecontroleerde celgroei en benoemt het verschil tussen een tumor en kanker

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

S-fase
  • 1 DNA molecuul (1 chromosoom, 1 chromatide) wordt 2 DNA moleculen (1 chromosoom, 2 chromatiden)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Controle
  • Regelgenen remmen of stimuleren processen zoals de celdeling
  • Controlepunten in celcyclus
  • Gecontroleerde celdood bij onherstelbare fout

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

2.4
12. Je beschrijft hoe mensen via biotechnologie nuttige producten kunnen maken
13. Je legt uit hoe mensen stamcelkweek gebruiken voor medische toepassingen
14. Je legt uit dat transplantaties met niet-lichaamseigen weefsels of organen tot afstoting kunnen leiden

Slide 29 - Tekstslide

Plasmide = ringvormig DNA
Plasmide = ringvormig DNA

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

2.5
15. Je benoemt de verschillen en overeenkomsten tussen bacteriën en schimmelcellen
16. Je benoemt de functies van de onderdelen van een plantaardige cel
17. Je benoemt op celniveau de eigenschappen van planten, dieren, schimmels en bacteriën

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Bacterie cel

Slide 36 - Tekstslide

Schimmel cel

Slide 37 - Tekstslide

Planten cel

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Slide 43 - Link

Slide 44 - Link