3.2 Samenleving en cultuur

Wat weet je nog van de vorige les?
1 / 31
volgende
Slide 1: Woordweb
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 1 - Woordweb

Rome was eerst een....
A
republiek
B
keizerrijk
C
koninkrijk
D
dictatuur

Slide 2 - Quizvraag

Wie waren het machtigst tijdens de republiek?

Slide 3 - Open vraag

Wie werd de eerst keizer? Hij zorgde ook voor de Pax Romana.
A
Julius Caesar
B
Octavianus
C
Nero
D
Constantijn

Slide 4 - Quizvraag

Leerdoelen
  • Hoe en waardoor de Romeinse economie bloeide
  • Welke sociale verschillen er waren in het Romeinse rijk
  • Hoe de machthebbers omgingen met het volk
  • Welke plaats slaven hadden in de Romeinse samenleving

Slide 5 - Tekstslide

Economische bloei in het Romeinse rijk
Op de volgende dia zie je Pompeï.
Pompeï werd verwoest door een vulkaanuitbarsting.
Alles is heel goed bewaard gebleven onder de gestolde lava.
De huizen zagen eruit of de bewoners elk moment konden terugkomen.
Daardoor weten we veel over het Romeinse rijk.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Economische bloei in het Romeinse rijk
  • Romeinse rijk --> Landbouwstedelijke samenleving.
  • Veel productie in landbouw en nijvherheid.
  • Goede handel in het Romeinse rijk, ook met de verre gebieden.
  • Economie profiteerde van de Romeinse vrede (Pax Romana) en de goede wegen.
  • De Romeinse munten waren in het gehele rijk betaalmiddel

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Landbouwstedelijke samenleving
  • Meeste inwoners woonden op het platteland.
  • Maar er waren meer dan duizend steden in het gehele rijk.
  • Rome was op een bepaald moment een stad met meer dan 1 miljoen inwoners.
  • Boeren op het platteland zorgden voor voedsel in de stad.
  • Ook werden er veel handelsgoederen vervoerd over de Middellandse Zee.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Rijkdom en armoede
  • Grote sociale verschillen in het rijk (arm en rijk)
  • Kleine groep was rijk (bovenlaag), de elite.
  • Meeste mensen hadden minder geld.
  • Veel arme boeren verkochten grond aan rijke landeigenaren
  • Boeren trokken naar Rome
  • Zij waren arm (het proletariaat)

Slide 13 - Tekstslide

Romeinse flat

Slide 14 - Tekstslide

Latifunda
Groot
Landbouwbedrijf

Slide 15 - Tekstslide

Brood en spelen
  • Romeinse keizers deelde graan uit om opstanden te voorkomen (volk rustig houden) en populair te blijven.
  • Paardenwedstrijden en gladiatorengevechten voor vermaak.
  • Amfitheaters voor toneelspelen

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Veel slaven
  • Romeinse rijk --> veel slaven
  • Grote veroveringen --> krijgsgevangen werden slaaf
  • 1/10 slaaf in Romeinse rijk 1/3 in Rome
  • Slaven werden vaak slecht behandeld
  • Slavenopstanden werden meedogenloos neergeslagen

Slide 23 - Tekstslide

Veel slaven
Sommige slaven werden leraren of boekhouder, zij waren goed opgeleid. Sommige slaven konden zelfs geld verdienen en zich vrijkopen

Slide 24 - Tekstslide

Lees het verhaal van Spartacus.
Waarom was zijn slavenopstand een bedreiging voor Rome?

Slide 25 - Open vraag

Waarom was de Pax Romana goed voor de handel?

Slide 26 - Open vraag

Noem naast de Pax Romana nog een reden waarom de handel goed ging.

Slide 27 - Open vraag

Vergelijking EU en het Romeinse rijk
Hoewel de EU en het Romeinse rijk grote verschillen hebben, zijn er ook overeenkomsten als je naar de handel kijkt.
De volgende dia heeft daar een vraag over.

Slide 28 - Tekstslide

De handel in de EU gaat over het algemeen goed. Noem een overeenkomst met het Romeinse rijk waarom de handel in de EU goed gaat

Slide 29 - Open vraag

Wat heb je geleerd over de Romeinse samenleving

Slide 30 - Woordweb

Vragenuurtje
Kom je moeilijke woorden tegen, of opdrachten die je niet begrijpt.

Schrijf het op, zodat je het kunt vragen tijdens het vragenuurtje online.

Slide 31 - Tekstslide