H7 Beleggen week 4 vwo 4 beco

Welkom 4 V Beco!
Week 4
Programma deze week: toets informatie (volgende week woensdag bespreken), programma dit blok bespreken, start H7 Beleggen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom 4 V Beco!
Week 4
Programma deze week: toets informatie (volgende week woensdag bespreken), programma dit blok bespreken, start H7 Beleggen

Slide 1 - Tekstslide

Programma dit blok
H7 Beleggen, H8 Keuzes bij samenleven, erven en schenken (Lesbrief Fin. Zelfredzaamheid)
H1 Oprichting van De kast (Lesbrief bedrijf starten)

Slide 2 - Tekstslide

Stel, je hebt 10 000 spaargeld over. Op de bank zetten? Of wat zou je er dan mee willen doen?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Deze week:
H7 Beleggen: 
Beleggen in aandelen/obligaties (paragraaf 1 en 2) 
Maken van opgaves 7.1 t/m 7.4 en 7.5 t/m 7.8)

Slide 5 - Tekstslide

Beleggen
Sparen: nu consumptie opofferen voor consumptie in de toekomst.
Je kunt thuis spaargeld bewaren, op een spaarrekening zetten, of je kunt geld beleggen
Beleggen= investeren van geld in obligaties, aandelen, onroerend goed, goud etc., met als doel er in de toekomst financieel voordeel mee te doen. 

Slide 6 - Tekstslide

Beleggen
Doel: vergroten van vermogen/bezit.


Spaarrekening
Beleggen
Risico
klein/groot
klein/groot
Rendement
lager/hoger
lager/hoger
Kosten
lager/hoger
lager/hoger

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Aandelen
Een aandeel is een bewijs van deelname in het Eigen Vermogen van een BV of NV. Je wordt eigenaar. 

Nominale waarde is het bedrag dat op het aandeel staat. Dit is meestal niet wat je betaalt (beurskoers)

Slide 10 - Tekstslide

Obligatie deel 1
Dit is een stukje van een 'grote' lening: de 
obligatielening. 
Koerswaarde van obligatie  (beurskoers/bedrag dat je betaalt bij aankoop) = nominale waarde x beurskoers van obligatie. 

Obligatie met nominale waarde van 1000 euro en koers van 96% koop je dan voor.....
 enkelvoudig. 

Slide 11 - Tekstslide

Obligatie deel 2
Couponrente = vast rentepercentage over de nominale waarde van de obligatie. *(bedrag dat je krijgt als vaste rentevergoeding elk jaar).

Ook krijg je aan het einde van de looptijd de nominale waarde (100%)  van de obligatie terug. 

De overheid gebruikt obligaties om tekorten te financieren. Wat bedoel ik hiermee?

Slide 12 - Tekstslide

Aandeel vs obligatie

Slide 13 - Tekstslide

Obligatie marktrente/couponrente

marktrente: de op een bepaald moment geldende actuele rente. (stel 5%)
couponrente: wat een obligatie oplevert. (stel 4%)
Deze obligatie heeft een koerswaarde die lager is dan de nominale waarde (koers beneden pari); levert minder op dan actuele rente. 

pari = nominale waarde is gelijk aan koerswaarde. 
a pari = nominale waarde is hoger dan de nominale waarde.

Slide 14 - Tekstslide

Beleggingsfondsen
Je kunt ook beleggen in een beleggingsfonds. 

Zo'n fonds verzamelt de inleg van een groot aantal beleggers en belegt die gelden in aandelen, obligaties en of andere waarden.
Spreiding is groot, risico's kunnen worden opgevangen. 

Hiervoor vraagt het beleggingsfonds wel transactiekosten en kosten voor beheer/administratie. Zo'n 1,75% van de inleg; dat ten koste gaat van rendement. 

Slide 15 - Tekstslide

Maken 7.2 t/m 7.5, 7.9 en D toets 1 t/m 3.

Kom je er niet uit? Lees eerst paragraaf 7.1 door. Lukt het dan nog niet? Overleg fluisterend met buurman/buurvrouw.
Succes!
Dit is tevens huiswerk voor volgende week!

Morgen; (voorlopige) toets bespreken.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide