2hv_lezen h3 opdracht 4

Proefwerkweek
Leerstof = Begrijpend Lezen H3 & H4
Zie Magister 3 maart voor overzicht signaalwoorden

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Proefwerkweek
Leerstof = Begrijpend Lezen H3 & H4
Zie Magister 3 maart voor overzicht signaalwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Blz. 76-77
Samen lezen:
"Kassa: vloggen over cola!"

Slide 2 - Tekstslide


Wat is het onderwerp?
A
Reclame maken via vlogs
B
Vlogger Laura Ponticorvo
C
Jongeren vinden vloggers betrouwbaar
D
Vloggen over Dr. Pepper

Slide 3 - Quizvraag

Welke influencer heeft jou weleens op het idee gebracht om iets te kopen?

Slide 4 - Open vraag

Uit welke alinea('s) bestaat de inleiding?
A
1
B
1 en 2
C
1 t/m 3
D
1 t/m 4

Slide 5 - Quizvraag

Met behulp waarvan trekt de auteur in alinea 1 de aandacht van de lezer?
A
Anekdote (grappig verhaaltje)
B
Bijzondere situatie
C
Historisch feit
D
Voorbeeld

Slide 6 - Quizvraag

Aan het einde van alinea 3 staan 3 vragen. Waar wordt de eerste vraag (Waarom maken vloggers sluikreclame?) beantwoord?
A
Alinea 4
B
Alinea 5-7
C
Alinea 8-9

Slide 7 - Quizvraag

Waar wordt de tweede vraag (Waarom werkt het?) beantwoord?
A
Alinea 4
B
Alinea 5-7
C
Alinea 8-9

Slide 8 - Quizvraag

In alinea 3 staat: 'De toezichthouder wil sluikreclame aanpakken.'
Wat wordt bedoeld met 'aanpakken'?
A
opvangen
B
verbeteren
C
verbieden
D
ontwikkelen

Slide 9 - Quizvraag

In alinea 4 staat een doel-middelverband. Noteer het doel en het middel.

Slide 10 - Open vraag

Alinea 7: 'Sluikreclame werkt, omdat het "verdedigingsmechanisme" dan niet aanstaat.'
Wat bedoelt de schrijfster hiermee?
A
De kijker vindt sluikreclame fijn en zal dan eerder kopen.
B
De kijker zal niet snel een klacht indienen vanwege sluikreclame.
C
De kijker weet heel goed dat het reclame is en daarom is hij niet over te halen.
D
De kijker heeft niet door dat het reclame is en wordt dan makkelijker beïnvloed.

Slide 11 - Quizvraag

Welk signaalwoord voor een vergelijkend verband zie jij in alinea 8?

Slide 12 - Open vraag

Geeft de slotalinea (9) een samenvatting van de tekst?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide