H18+19 BOA

Bij ambtsdwang is er sprake van bedreiging met geweld of bedreiging met een feitelijkheid of wordt er gebruik gemaakt van geweld of een feitelijkheid. Hiermee wordt de ambtenaar gedwongen een voorgenomen ambtshandeling niet uit te voeren.
A
Juist.
B
Onjuist.
1 / 23
volgende
Slide 1: Quizvraag
Handhaver toezicht en veiligheidMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bij ambtsdwang is er sprake van bedreiging met geweld of bedreiging met een feitelijkheid of wordt er gebruik gemaakt van geweld of een feitelijkheid. Hiermee wordt de ambtenaar gedwongen een voorgenomen ambtshandeling niet uit te voeren.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 1 - Quizvraag

Bij wederspannigheid is er sprake van verzet tegen een al handelende ambtenaar. Dit verzet kan worden gepleegd door bedreiging met geweld of bedreiging met een feitelijkheid of er wordt daadwerkelijk gebruik gemaakt van geweld of een feitelijkheid
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 2 - Quizvraag

Wederspannigheid kan alleen gepleegd worden tegen de rechtmatig handelende ambtenaar.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 3 - Quizvraag

Wederspannigheid kan ook gepleegd worden tegen een ambtenaar die onrechtmatig handelt.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 4 - Quizvraag

Als iemand een BOA dwingt tot het uitvoeren van een ambtshandeling door hem te bedreigen met geweld, maakt het NIET uit of deze gedwongen ambtshandeling rechtmatig of onrechtmatig is.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 5 - Quizvraag

Jolan staat wild te plassen. Dan ziet hij een BOA aan komen lopen. Voordat de BOA ook maar iets kan zeggen, zegt Jolan tegen de BOA: "als je me niet met rust laat, sla ik je kop van je romp af. Hier is sprake van wederspannigheid.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 6 - Quizvraag

Hamed is aan het collecteren. Als een BOA dit ziet, vraagt hij of Hamed hiervoor een vergunning heeft. Hamed heeft dit niet. De BOA wil Hamed nu staande houden om hem een bekeuring te geven. Hamed wil weglopen. De BOA zegt dat Hamed is staande gehouden. Hamed blijft doorlopen. De BOA pakt Hamed nu vast. Hamed slaat de BOA recht in het gezicht. Hier is sprake van ambtsdwang.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 7 - Quizvraag

Johan is politieagent en ziet dat Peter een ander een paar keer hard in het gezicht slaat. Johan zegt tegen Peter dat hij is aangehouden. Hij neemt Peter vervolgens mee naar de politieauto. Peter slaat Johan nu hard op zijn neus. Hier is sprake van wederspannigheid.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 8 - Quizvraag

Johan is politieagent en ziet dat Peter een ander een paar keer hard in het gezicht slaat. Johan loopt naar Peter toe. Voordat hij bij Peter is, bemoeit een vriend van Peter zich ermee. Deze vriend is erg breed en gaat dreigend voor Johan staan. Hij zegt daarbij dat Johan heel goed moet nadenken voordat hij wat wil gaan doen en kijkt hem dreigend aan. Hier is sprake van ambtsdwang
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 9 - Quizvraag

Hamid staat wild te plassen. Hij ziet een BOA aan komen lopen. Deze BOA zegt dat hij hiervoor een bekeuring krijgt en pakt zijn bonnenboekje. Hamid pakt het bonnenboekje af en gooit deze in de sloot. Hier is sprake van belemmering artikel 184 Sr.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 10 - Quizvraag

Tijdens een achtervolging van een winkeldief ziet de politieagent dat hij de gestolen spullen bij iemand over de heg in een tuin gooit. De politieagent belt nu bij de woning aan en vraagt de bewoner of hij deze spullen aan hem wil overhandigen. Deze weigert dit. De politieagent vordert de bewoner nu de spullen alsnog uit te leveren. De bewoner weigert. Dit is strafbaar voor het niet opvolgen van een bevoegd gegeven ambtelijk bevel.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 11 - Quizvraag

Twee politieagenten houden een verdachte aan wegens mishandeling. Dan begint iemand zich ermee te bemoeien. Deze begint te schreeuwen. De politieagenten zien dat dit geschreeuw de aandacht trekt van omstanders die nu ook hun kant op komen lopen. De politieagenten vorderen de man zich te verwijderen. Deze voldoet hier niet aan. Welk strafbaar feit wordt nu door de persoon gepleegd?
A
Ambtsdwang (179 Sr.).
B
Wederspannigheid (180 Sr.).
C
Ambtelijk bevel/belemmeren (184 Sr.)
D
Opschudding veroorzaken (185 Sr.).

Slide 12 - Quizvraag

Eenvoudige belediging is een klachtmisdrijf.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 13 - Quizvraag

Bij belediging hoeft degene die beledigd wordt niet aanwezig te zijn als deze belediging in het openbaar gebeurt.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 14 - Quizvraag

Als een belediging niet in het openbaar gebeurt moet de beledigde wel bij de belediging aanwezig zijn.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 15 - Quizvraag

Een belediging kan ook plaatsvinden door het verspreiden van beledigende afbeeldingen.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 16 - Quizvraag

Een belediging kan ook plaatsvinden door het opsteken van een middelvinger.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 17 - Quizvraag

Jozea is BOA. Zij is niet in uniform en gaat privé naar een café. Daar ziet zij Larek zitten die zij gisteren een bekeuring heeft gegeven voor openbare dronkenschap. Larek herkent haar ook en zegt: "vuile stinkhoer, corrupte Nazi met je vuile bekeuringen". Hier is sprake van eenvoudige belediging. Dit is een klachtdelict.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 18 - Quizvraag

Jozea is BOA. Zij is niet in uniform en gaat privé naar een café. Daar ziet zij Larek zitten die zij gisteren een bekeuring heeft gegeven voor openbare dronkenschap terwijl Larek helemaal niet dronken was. Dit wist Jozea ook, maar zij mag Larek niet. Larek herkent haar ook en zegt: "vuile stinkhoer, corrupte Nazi met je vuile bekeuringen". Hier is sprake van belediging van een ambtenaar.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 19 - Quizvraag

In een proces-verbaal moeten alle bestanddelen van het ontdekte strafbare feit worden beschreven. Daarnaast moeten alle opsporingshandelingen worden beschreven inclusief de toegepaste bevoegdheden/dwangmiddelen. Tevens worden alle bevindingen uit het onderzoek hierin beschreven.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 20 - Quizvraag

Welke van de onderstaande zaken is GEEN wettig bewijsmiddel?
A
Proces-verbaal van de opsporingsambtenaar.
B
Eigen waarnemingen rechter.
C
Verklaring getuige-deskundige.
D
A, B en C zijn allemaal wettige bewijsmiddelen.

Slide 21 - Quizvraag

Als de verdachte het misdrijf bekent, is dit voldoende bewijs om hem te kunnen veroordelen.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 22 - Quizvraag

De verklaring van één getuige kan voldoende bewijs zijn om tot een veroordeling te komen.
A
Juist.
B
Onjuist.

Slide 23 - Quizvraag