A2 5.12 Werkwoorden in samengestelde zinnen

A2 5.12 Werkwoorden in samengestelde zinnen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

A2 5.12 Werkwoorden in samengestelde zinnen

Slide 1 - Tekstslide

Katrien is ziek doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten, zodat ze vandaag niet zal kunnen optreden in Parijs.


timer
0:30
A
Samengesteld
B
Enkelvoudig
C
Geen idee
D
Dubbel

Slide 2 - Quizvraag

Katrien is ziek doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten, zodat ze vandaag niet zal kunnen optreden in Parijs.
Hoofdzin?


timer
1:00
A
Katrien is ziek
B
doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten
C
vandaag
D
zodat ze niet zal kunnen optreden in Parijs.

Slide 3 - Quizvraag

Katrien is ziek doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten, zodat ze vandaag niet zal kunnen optreden in Parijs. Hoeveel zinnen?


timer
1:00
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 4 - Quizvraag

Stap 1
Verdeel de samengestelde zin in enkelvoudige zinnen.
Katrien is ziek,| doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten,| zodat ze vandaag niet zal kunnen optreden in Parijs. 

Slide 5 - Tekstslide

Stap 2
WG of NG per EV zin:
Katrien is ziek,| doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten,| zodat ze vandaag niet zal kunnen optreden in Parijs. 

Slide 6 - Tekstslide

Stap 3
ZWW, HWW, of KWW? (zie ook paragraaf 6! blz. 216)
Katrien is ziek,| doordat ze gisteren iets verkeerds heeft gegeten,| zodat ze vandaag niet zal kunnen optreden in Parijs. 

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 1.2 a De oude vrouw vroeg of Sneeuwwitje een hapje van de appel lustte. WG/NG?

Slide 8 - Open vraag

Opdracht 1.2 b Luilekkerland lijkt mij heerlijk, omdat je daar niet hoeft te werken. WG/NG?

Slide 9 - Open vraag

Opdracht 1.2 c Emoji's lijken simpel en onschuldig, maar ze kunnen voor verwarring zorgen. NG/WG?

Slide 10 - Open vraag

Opdracht 1.3 a De oude vrouw vroeg of Sneeuwwitje een hapje van de appel lustte. zww, kww, hww?

Slide 11 - Open vraag

Opdracht 1.3 b Luilekkerland lijkt mij heerlijk, omdat je daar niet hoeft te werken. zww, hww, kww?

Slide 12 - Open vraag

Opdracht 1.3 c Emoji's lijken simpel en onschuldig, maar ze kunnen voor verwarring zorgen. zww/hww/kww?

Slide 13 - Open vraag

Ik begrijp hoe ik samengestelde zinnen kan opdelen in enkelvoudige zinnen.
A
Helemaal!
B
Helemaal niet!
C
Een beetje
D
Ik heb nog vragen...

Slide 14 - Quizvraag

Ik begrijp hoe ik zww, hww, kww kan vinden in enkelvoudige zinnen.
A
Helemaal!
B
Helemaal niet!
C
Ik heb nog vragen
D
Ik denk het wel

Slide 15 - Quizvraag

Deze vraag/vragen heb ik nog:

Slide 16 - Woordweb

Ik begrijp hoe ik zww, hww, kww kan vinden in samengestelde zinnen.
A
Helemaal!
B
Helemaal niet!
C
Ik heb nog vragen
D
Ik denk het wel

Slide 17 - Quizvraag

Deze vraag/vragen heb ik nog:

Slide 18 - Woordweb

Dit wil ik nog weten over 2VWO lesstof zinsdelen en woordsoorten:

Slide 19 - Open vraag