20240612 BU VEPL424AH niveau 4 leerjaar 1 Thema's Les 21: Voeding en bewegen en Les 22: Stress

VEPL424AH
BURGERSCHAP
Drs. David Lindenaar

Docent burgerschap, maatschappijleer en -kunde, Nederlands en LOB bij de afdelingen:
Zorg en Vavo.


1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

VEPL424AH
BURGERSCHAP
Drs. David Lindenaar

Docent burgerschap, maatschappijleer en -kunde, Nederlands en LOB bij de afdelingen:
Zorg en Vavo.


Slide 1 - Tekstslide

AFSPRAKEN 
1. Kom op tijd.

2. Neem altijd jouw spullen mee. Je neemt elke les een opgeladen laptop, boek en pen mee.

3. Telefoon in de tas, dopjes uit, smartwatch verbinding uit.

4. Jas uit, tas van tafel en niet eten in de les.

5. Voor het huiswerk krijg je een cijfer. Dit cijfer telt mee voor het eindcijfer van het vak Burgerschap.

6. Ben je er een les niet? Maak het huiswerk dan thuis. Gebruik de e-mail die ik elke les verstuur.

7. Sla geen vragen over en antwoord altijd met uitleg.

8. De eindopdracht mag je alleen maken als je huiswerk inlevert.  Geen huiswerk = geen eindopdracht.




Slide 2 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Planning VEPL424AH
Portfolio-opdracht economische dimensie: Op 08-05-2025 is de nieuwe portfolio-opdracht per e-mail naar jullie verstuurd. Deze portfolio-opdracht moet af zijn voor de laatste toetsweek.

Portfolio-opdracht vitaal burgerschap: Op 15-05-2025 is de nieuwe portfolio-opdracht per e-mail naar jullie verstuurd. Deze portfolio-opdracht moet af zijn voor de laatste toetsweek.



Slide 4 - Tekstslide

BURGERSCHAP: Thema's mbo 3-4

  
Digitaal burgerschap
Sociaal-maatschappelijke dimensie
Politiek-juridische dimensie
Economische dimensie
Vitaal burgerschap

boek te koop via de mbo webshop



Slide 5 - Tekstslide

Planning VEPL424AH


Donderdag 08-05: Les 15: Arbeid en les 16: Arbeidsmarkt 
Donderdag 15-05: Les 17: Afspraken over je werk en les 18: Grip op geld
Donderdag 22-05: Les 19: Duurzaamheid en Les 20: Kritisch consumeren
Donderdag 29-05: geen les 
Donderdag 05-06: Deadline portfolio-opdracht economische dimensie
Donderdag 12-06: Les 21: Voeding en bewegen en les 22: Stress: zelfwerktijd 
Donderdag 19-06: Les 23: Verslaving en Les 24: Seksuele gezondheid
Donderdag 03-07: Deadline portfolio-opdracht vitaal burgerschap


Slide 6 - Tekstslide

Terugblik op:

Les 19: Duurzaamheid en Les 20: Kritisch consumeren

Slide 7 - Tekstslide

Les 19: Duurzaamheid 

Slide 8 - Tekstslide

Op te grote voet

Voetafdruk: Denkbeeldig stukje aarde dat een mens nodig heeft voor alles wat hij/zij eet, koopt en doet.

Duurzaamheid: Zo leven dat er een evenwicht bestaat tussen het welzijn van mensen, de aarde en de economie, nu en in de toekomst.


 

Slide 9 - Tekstslide

De aarde warmt op
Fossiele brandstoffen: Materiaal dat miljoenen jaren geleden is ontstaan uit de samengeperste resten van planten en dieren, zoals aardolie, aardgas en steenkool.

Voetafdruk: Denkbeeldig stukje aarde dat een mens nodig heeft voor alles wat hij/zij eet, koopt en doet.

Duurzaamheid: Zo leven dat er een evenwicht bestaat tussen het welzijn van mensen, de aarde en de economie, nu en in de toekomst.

Milieuvervuiling: Verontreiniging van onze leefomgeving.


Ecosysteem: Evenwicht tussen natuurlijke elementen in een bepaald gebied én in de wereld als geheel.

Biodiversiteit: Alle verschillende soorten planten en dieren in een bepaald gebied.

 

Slide 10 - Tekstslide

People, planet, profit
People, planet, profit: 
Drie zaken – het welzijn van mensen, de aarde en de
economie – waar het om draait bij het denken over duurzaamheid.

Recyclen: Opnieuw gebruiken van materiaal uit een afgedankt product in een nieuw product.

Hergebruiken: Afgedankt product opnieuw gebruiken, al dan niet voor een ander doel.

Duurzame energie: Energie die weinig schade aanricht aan het milieu en niet op kan raken, zoals zonne-energie of windenergie.

Circulaire economie: Economie waarbij geen afval bestaat en grondstoffen  worden gerecycled en hergebruikt.
Ook wel: kringloopeconomie.

 

Slide 11 - Tekstslide

Les 20: Kritisch consumeren

Slide 12 - Tekstslide

Duurzaam produceren

Fastfashion: Goedkope kledij die consumenten slechts korte tijd dragen.

Duurzaamheid: Zo leven dat er een evenwicht bestaat tussen het welzijn van mensen, de aarde en de economie, nu en in de toekomst.

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit: Organisatie die toezicht houdt bij bedrijven en instellingen op de naleving van wetten en voorschriften over voedsel en
waren (spullen).


Slide 13 - Tekstslide

Weet wat je koopt

Keurmerk: Kwaliteitsoordeel over een product afkomstig van een betrouwbare, onafhankelijke bron.

Dierenwelzijn: Gezondheid van dieren, zowel geestelijk als lichamelijk.

Fair trade: Handel waarbij de producent zorgt voor goede arbeidsomstandigheden en een eerlijk loon.



Slide 14 - Tekstslide


Verleidingen
Deeleconomie: Economisch systeem waarin gezamenlijk gebruik van goederen en diensten centraal staat.
Consuminderen: Er bewust voor kiezen om minder producten te kopen.
Upcyclen: Vorm van recyclen waarbij het nieuwe product van hogere kwaliteit of waarde is dan het oude product.

Ken je rechten
Geschillencommissie: Instantie die beslissingen neemt over conflicten tussen
consument en verkoper.



Slide 15 - Tekstslide

Lesdoel:
Les 21: Voeding en bewegen en 
Les 22: Stress: zelfwerktijd 

Les 21: Voeding en bewegen
  • Ongezonde hap
  • Gezond bewegen
  • Schaal van vijf
  • Calorieën
  • BMI

Les 22: Stress
  • Stress
  • Gezonde spanning
  • Ongezonde (negatieve) spanning
DEZE WEEK MOET JE HET VOLGENDE AFRONDEN:

Les 21: Voeding en bewegen
Pagina: 258 -268
Opdracht: casus + 01 - 14


Les 22: Stress: zelfwerktijd 
Pagina: 269 - 280
Opdracht: casus + 01 - 15

Slide 16 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen

Slide 17 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen

https://npo.nl/start/serie/de-monitor/seizoen-2019_1/de-verleiding-van-de-ongezonde-hap/afspelen

Slide 18 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen
Je lichaam heeft onderhoud nodig
Gezonde leefstijl: Manier van leven waarbij iemand gezond en afwisselend eet, een goede nachtrust heeft en voldoende beweegt.
Weerstand: Vermogen van het lichaam om zich te beschermen tegen ziektes.

Gezond bewegen
Krachttraining: Training met een korte en krachtige inspanning, gericht op spierontwikkeling. Ook wel: anaerobe training.
Duurtraining: Training met een lage inspanning, gericht op uithoudingsvermogen en conditie. Ook wel: aerobe training.


Slide 19 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen

Slide 20 - Tekstslide

Zelfwerktijd:
Les 21: Voeding en bewegen en Les 22: Stress
Pagina 258 - 263

Maak de casus en vragen 01 - 07.

Klaar: werk dan verder.
timer
20:00
Les 21:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14


Les 22:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15


Slide 21 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen
Focus op voedsel
Obsessief gedrag: Wanneer iemand in al zijn of haar keuzes rekening houdt met een bepaald doel, zoals zo slank of zo fit mogelijk zijn.

Schijf van vijf: Richtlijnen van het Voedingscentrum voor een gezond voedingspatroon. Bestaat uit vijf productgroepen die iemand op een dag binnen moet krijgen.
Voedingsstoffen: Bruikbare bestanddelen van voedingsmiddelen.

De zorg voor gezondheid
Gezonde school: Aanpak van de overheid om het onderwijs aandacht te laten besteden aan een gezonde leefstijl van leerlingen of studenten.



Slide 22 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen
Een kilocalorie: Is de hoeveelheid energie die nodig is om één kilogram water één graad Celsius te verwarmen. Een kilocalorie is 1.000 calorieën. Een gezonde (volwassen) vrouw heeft 2.000 en een gezonde (volwassen) man heeft 2.500 calorieën nodig

BMI: body mass index: De BMI wordt berekend door het lichaamsgewicht in kilo's te delen door het kwadraat van de lengte in meters. 

Slide 23 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen BMI

Slide 24 - Tekstslide

Zelfwerktijd:
Les 21: Voeding en bewegen en Les 22: Stress
Pagina 264 - 268

Maak de casus en vragen 08 - 14.

Klaar: werk dan verder.
timer
20:00
Les 21:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14


Les 22:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15


Slide 25 - Tekstslide

Les 21: Voeding en bewegen
Javeno McClean

Slide 26 - Tekstslide

Les 22: Stress 

Slide 27 - Tekstslide

Les 22: Wat is stress? 
Stresshormonen: Stofjes die iemands lichaam aanmaakt in een spannende situatie of een
situatie die veel druk oplevert.

Adrenaline: Stresshormoon dat ervoor zorgt dat lichaam en hersenen in één keer op scherp staan. Aangemaakt in de bijnieren.

Cortisol: Stresshormoon dat ervoor zorgt dat lichaam en hersenen langere tijd meer gefocust zijn. Aangemaakt in de bijnieren.

Gezonde spanning: Wanneer stress zorgt voor focus en een betere prestatie.
Positieve stress: Spanning of druk die ervoor zorgt dat iemand beter presteert.

Ongezonde (negatieve) stress: Spanning of druk die ervoor zorgt dat iemand minder goed presteert.
Ongezonde spanning: Wanneer stress langer duurt en zorgt voor gezondheidsproblemen.

Burn-out: Langdurige ziekte waarbij lichaam en hersenen uitgeput zijn en iemand bijna nergens meer energie voor heeft.





Slide 28 - Tekstslide

Les 22: Wat is stress? 

Slide 29 - Tekstslide

Zelfwerktijd:
Les 21: Voeding en bewegen en Les 22: Stress
Pagina 270 - 275

Maak de casus en vragen 01 - 07.

Klaar: werk dan verder.
timer
20:00
Les 21:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14


Les 22:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15


Slide 30 - Tekstslide

Les 22: 
Oorzaken en gevolgen van stress 

Slide 31 - Tekstslide

Les 22: 
Oorzaken en gevolgen van stress 
Oorzaken
Prestatie maatschappij: Een samenleving waarin je persoonlijke succes en prestaties
heel belangrijk zijn.
Werkdruk: Hoeveelheid werk en verantwoordelijkheden in combinatie met de tijd die iemand daarvoor krijgt.

Gevolgen:
Overspannen: Ziek door ongezonde spanning.
Burn-out: Langdurige ziekte waarbij lichaam en hersenen uitgeput zijn en iemand bijna nergens meer energie voor heeft.



Slide 32 - Tekstslide

Zelfwerktijd:
Les 21: Voeding en bewegen en Les 22: Stress
Pagina 276 - 280

Maak de vragen 08 - 15.

Klaar: werk dan verder.
timer
20:00
Les 21:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14


Les 22:
casus
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15


Slide 33 - Tekstslide

Terugblik:
Les 21: Voeding en bewegen en 
Les 22: Stress: zelfwerktijd 

Les 21: Voeding en bewegen
  • Ongezonde hap
  • Gezond bewegen
  • Schaal van vijf
  • Calorieën
  • BMI

Les 22: Stress
  • Stress
  • Gezonde spanning
  • Ongezonde (negatieve) spanning
DEZE WEEK MOET JE HET VOLGENDE AFRONDEN:

Les 21: Voeding en bewegen
Pagina: 258 -268
Opdracht: casus + 01 - 14


Les 22: Stress: zelfwerktijd 
Pagina: 269 - 280
Opdracht: casus + 01 - 15

Slide 34 - Tekstslide