Laptop wordt NIET gebruikt (tenzij anders afgesproken)
Tijdens de uitleg stil
Na de uitleg werken aan opdrachten
Huiswerkcontroles -> willekeurig
Boek/schrift niet mee, huiswerk niet af, verwijdering -> Vrijdag 15:30 - 16:00 nakomen
Slide 3 - Tekstslide
Planning
Woensdag - 5.3: Het zenuwstelsel (deel 1)
Donderdag (2x) - 5.3: het zenuwstelsel (deel 2)
5.4: Reflexen en het autonome zenuwstelsel
Vrijdag - 5.5: Impulsgeleiding
Slide 4 - Tekstslide
Thema 5 - Regeling
LessonUp klas: rplzz
Online boek: 532446
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Thema 5 - Regeling
LessonUp klas: rplzz
Online boek: 532446
Slide 8 - Tekstslide
Thema 5 - Regeling
5.1 - Homeostase en regelkringen
5.2 - Het hormoonstelsel
5.3 - Het zenuwstelsel
5.4 - Reflexen en het autonome zenuwstelsel
5.5 - Impulsgeleiding
5.6 - Spieren en beweging
Slide 9 - Tekstslide
5.3 - Het zenuwstelsel
Bladzijde 26
BiNaS: 88
Slide 10 - Tekstslide
Doelen van deze paragraaf
Je kunt de bouw, functies en werking van verschillende delen van het zenuwstelsel beschrijven
Je kunt de bouw en signaalwerking van verschillende typen zenuwcellen beschrijven
Je kunt de bouw, functies en werking van de hersenen en het ruggenmerg beschrijven
Slide 11 - Tekstslide
Het zenuwstelsel
Snelle en korte communicatie
Indeling op bouw:
Centrale zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg
Perifere zenuwstelsel: zenuwen
Indeling op functie:
Animale zenuwstelsel: bewuste acties
Autonoom zenuwstelsel: onbewust
Slide 12 - Tekstslide
prikkels en impulsen
Slide 13 - Tekstslide
Prikkels en impulsen
Onder invloed van prikkels ontstaan impulsen in zintuigcellen.
Impulsen worden geleid door zenuwcellen en verwerkt in de hersenen.
Je geeft een reactie op de prikkel.
Dus: prikkel -> impuls -> reactie
Slide 14 - Tekstslide
Signaalverwerking
Zintuigcellen: vangen prikkels (signalen) op en zetten deze om in impulsen. Zenuwcellen: geleiden impulsen naar centrale zenuwstelsel Impulsen verwerkt in de hersenen.
Impulsen uit het centrale zenuwstelsel naar spieren en klieren.
- Spieren reageren op impulsen door samen te trekken of te ontspannen. - Klieren reageren op impulsen door stoffen af te scheiden (denk aan speeksel of hormonen)