Hoofdstuk 2 Paragraaf 5 Jodendom en christendom (2)



\Jodendom & christendom
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les



\Jodendom & christendom

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen voor deze les: 
  • Je kan in je eigen woorden het volgende kenmerkend aspect uitleggen:  'De ontwikkeling van het jodendom en christendom.' 
  • Je kan het ontstaan van het jodendom uitleggen. 
  • Je kan het  het ontstaan van het christendom uitleggen. 
  • Je kan de ontwikkeling van het christendom in het Romeinse rijk uitleggen. 
  • Je kan uitleggen wat monotheistische godsdienst is. 
  • Je kan het verschil tussen het jodendom en de andere polytheistische godsdiensten uitleggen. 
  • Je kan uitleggen wat de Tenach is. 
  • Je kan de 3 aartsvaders van de joden noemen. 
  • Je kan 2 oorzaken noemen van de joodse diaspora. 
  • Je kan het grote verschil tussen het jodendom en christendom uitleggen. 
  • Je kan uitleggen  wie volgens christenen, de Messias was. 
  • Je kan  de twee belangrijkste martelaren noemen van het christelijk geloof. 
  • Je kan uitleggen waar deze eerste materialaren door gestorven zijn. 
  • Je kan uitleggen waarom deze materialeren gestorven zijn. 
  • Je kan uitleggen waarom Keizer Constantijn belangrijk was voor het christendom. 
  • Je kan uitleggen wat de orthodoxe geloofsleer was. 
  • Je kan uitleggen wat het verschil tussen de Tenach en de bijbel is. 

Slide 2 - Tekstslide

Het jodendom
  • Monotheistisch geloof. 
  • Er is maar 1 god: Jahweh.
Jahweh: 
  • Almachtig
  • Goed
  • rechtvaardig.

Joden waren een speciaal volk. 

Slide 3 - Tekstslide

Het Jodendom
Het geloof werd vastgelegd in een heilig boek: De Tenach. 

In de Tenach staan: 
  • Joodse wetten
  • Joodse leefregels. 
  • Joodse geschiedenis

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

De komst van het christendom
1 n.C. In Bethlehem wordt een kind geboren. 
30 n.C. Jezus trekt predekend door het beloofde land. 
31 n.C. Jezus wordt gearresteerd en gekruisigd maar staat naar 3 dagen weer op. 
31 n.C. en 50 n.C. Jezus volgelingen prediken Jezus's boodschap in het beloofde land. 
50 n.C. Prediker Paulus stelt dat Jezus boodschap voor de gehel mensheid was bestemd. 
64 n.C. Paulus en Petrus sterven als matertelaren voor het geloof. 
313 n.C. Constantijn maakt een einde aan de vervolgingen van de Christen in het Romeinse rijk. 
380 n.C. Christendom wordt staatsgodsdienst in het Romeinse Rijk. 

Slide 6 - Tekstslide

De komst van het christendom
Christendom: Monotheistische godsdienst. 

Uit het jodendom ontstaan: De eerste Christen waren van joodse afkomst. 

Christenen geloven dat Jezus de zoon was van god. De Messias. 


Slide 7 - Tekstslide

De komst van het Christendom
De eerste Christenen werden vervolgd omdat: 
  1. Zij de keizer weigerde te vereren. 
  2. Zij de Romeinse Goden weigerden te vereren. 

Martelaren zijn de mensen die sterven voor hun geloof. 

Paulus en Peterus zijn de eerste martelaren van het christendom. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Staatsgodsdienst
380 n.C. Christendom wordt het staatsgodsdienst van het Romeinse Rijk. 

Gevolg: Andere godsdiensten worden verboden. 

Tempels worden omgebouwd naar Kerken. 

Slide 10 - Tekstslide

Staatsgodsdienst


Orthodoxe geloofsleer: Christus is zowel menselijk als godelijk. 


Slide 11 - Tekstslide

Staatsgodsdienst
De Bijbel = Tenach + Nieuwe Testament: 

  1. Vier levensbeschrijvingen van Jezus. 
  2. Oude christelijke geschriften.

Slide 12 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit: De ontwikkeling van het jodendom en christendom.

Slide 13 - Open vraag

Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen de Tenach en de Bijbel.

Slide 14 - Open vraag