4h kua p3 les 4: dans en muziek

P3 les 3 Dans en muziek
1 / 90
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 90 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 20 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

P3 les 3 Dans en muziek

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Startklaar






  • Jas uit, tas op de grond. Telefoon weg
  • Laptop dicht op tafel
  • KUA-mapje, schrift en pen op tafel 

Slide 2 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Periode 3
Cultuur van het Moderne
&
Massacultuur

Toets = eerste School Examen

Vragen moeilijker, toets langer, meer leerstof

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhaal toets P2 Massacultuur
Dinsdag 27 mei     09:10-12:40
Laptop, oortjes, pen mee
Begrippenboekje zit bij de toets

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 3: Cultuur van het moderne + massacultuur

Les film
Les film en dans
Les dans en muziek
Les muziek en theater
Di 27 mei INHAALTOETS MASSACULTUUR
Les beeldend & architectuur
Les herhalingsweek 
TOETSWEEK

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

          vandaag +
          leerdoelen
-herhaling moderne & postmoderne dans 
-Muziek:
-modernisme
-massacultuur

-Ik kan het verschil uitleggen tussen moderne en postmoderne dans.
- Ik kan een dansfragment analyseren.
-Ik kan het verschil uitleggen tussen moderne muziek en massa-muziek.
-Ik kan een muziekfragment analyseren.
-Ik kan de 4 kenmerken van muziek uit de massacultuur opnoemen en uitleggen.

Slide 6 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
vorige les: 
Postmodernisme in film
Nouvelle Vague

Neorealisme

Anime

Bollywood

Blockbuster

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken postmodernisme in film?

Slide 8 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
Postmoderne film




Tarantino over zijn films: “I steal from every single movie ever made.” 
Hoe meer films je kent, hoe meer je postmoderne films kunt waarderen. Verwijzingen werken niet als je de verwijzing niet kent.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Waarom ontstaan er niet-westerse invloeden op de filmwereld?
Geef ook een voorbeeld van nieuwe filmgenre.

Slide 10 - Open vraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
van postmoderne film naar postmoderne dans

Pak je huiswerk erbij

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

          discipline: dans
Modern


Massacultuur
Postmodern

Slide 12 - Tekstslide

Net als bij film behandelen we dans tijdens het modernisme, de massacultuur en wat postmoderne dans inhoudt.  
19e eeuw
KLASSIEK BALLET
20e eeuw
MODERNE DANS
VERNIEUWING EN VOORUITGANGSDENKEN: Breken met het verleden

Slide 13 - Tekstslide

Het academische (klassieke) ballet met zijn vaststaande pasjes en het streven naar sprookjesachtige gewichtloosheid vindt de avant-garde niet meer interessant. 
Welke kenmerken van moderne dans weet je nog?


- Manier van dansen: 
- Kostuum: 
- Onderwerpen: 


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassiek ballet tot de 19e eeuw vs. moderne dans 
Vastgelegd passenmateriaal <-> geen vastgelegd (improvisatie mogelijk,                                                                persoonlijke expressie/werken vanuit het lichaam)

Gewichtloosheid                          <-> zwaartekracht inzetten

Voorgeschreven kostuum       <-> kostuums zijn los, soms blote voeten 

Onderwerpen: verhalend          <-> universele, menselijke thema's (thematisch/abstract) 




Slide 15 - Tekstslide

Naast vernieuwing academische dans, ontstond ook een andere vorm van dans -> moderne dans. In tegenstelling tot de academische dans is moderne dans gericht op de gevoelswereld van de danser en/of choreograaf. Het lichaam is onderhevig aan zwaartekracht. De dans ontkent het gewicht van de dansers dus niet (zoals in het romantisch ballet). Er zijn geen kostuum voorschriften meer. 


          discipline: dans
Modern


Massacultuur
Postmodern

Slide 16 - Tekstslide

Net als bij film behandelen we dans tijdens het modernisme, de massacultuur en wat postmoderne dans inhoudt.  
Postmoderne dans = 
een combinatie van ballet-bewegingen + moderne dans 

Alle bewegingen mogen, het hoeft geen verhaal te hebben. Dansen om het dansen. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

       Postmoderne dans
  • Postmodern in dans heeft een wat andere betekenis dan postmodern in andere disciplines. Postmoderne dans ontstaat vroeg na de WOII

Slide 18 - Tekstslide

Je kan de afbeelding groter maken en inzoomen. 
Postmodern in dans heeft een wat andere betekenis dan postmodern in andere disciplines. Postmoderne dans ontstaat vroeg na de WOII. Tot '45 wordt de dans gedomineerd door het expressionisme. De emotie en het gevoel staan hierbij centraal en vormen de directe aanleiding tot de dans. Het klassieke ballet bestaat daarnaast met verhalende voorstellingen en een danstaal in voorgeschreven bewegingen. Na '45 wordt deze scheiding losgelaten.
De formele dans die dan ontstaat, mengt de expressionistische dans met bewegingen die uit het klassieke ballet komen. Het boeiende, spannende of fascinerende van de bewegingen en de choreografie is essentieel. Daarbij is iedere beweging toegestaan. Emotie uitdrukken of een verhaal vertellen, is daarbij veel minder belangrijk. 
Huiswerk bespreken


Kunstanalyse DANS
Pak je aantekeningen van vorige les erbij: postmoderne dans =......

Kijk naar een stukje van deze video. Dit is een voorbeeld van postmoderne dans.
https://youtu.be/W7dd9b4oaiY
1. Leg uit hoe jij ziet dat dit postmoderne dans is. Bespreek kostuum en dansbewegingen.
Bekijk minuut 24:00-25:05
https://youtu.be/I5s_i1qzWMg
2. Beschrijf de voorstelling. Doe het alsof iemand het niet kan zien, en jij moet uitleggen wat er te zien is. Minimaal 5 zinnen.
3. Gebruik je begrippenboekje. Analyseer hoe de dansers omgaan met het aspect ruimte. Schrijf je analyse op in volzinnen. Minimaal 3 zinnen.  














Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Leg uit hoe jij ziet dat dit postmoderne dans is. 
Bespreek kostuum en dansbewegingen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Beschrijf de voorstelling. Doe het alsof iemand het niet kan zien, en jij moet uitleggen wat er te zien is. Minimaal 5 zinnen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Gebruik je begrippenboekje. Analyseer hoe de dansers omgaan met het aspect ruimte. Schrijf je analyse op in volzinnen. Minimaal 3 zinnen.  

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Postmoderne dans = 
een combinatie van ballet-bewegingen + moderne dans 

Alle bewegingen mogen, 
het hoeft geen verhaal te hebben. 
Dansen om het dansen. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Muziek modernisme
 Schönberg (componist)
Russolo (componist)
Blues (stijl)
Jazz (stijl)

Slide 24 - Tekstslide

dit zijn samenvattend de belangrijkste namen of stijlen die we gaan behandelen vandaaf.
Dynamiek?Klankkleur?

Slide 25 - Tekstslide

deze twee zijn de minst logische begrippen voor leerlingen. Wat is dynamiek? simpel gezegd: het volume. Klinkt het hard, of juist zacht?
Klankkleur? een piano, stem of dwarsfluit kunnen precies dezelfde noot spelen, maar toch klinkt het anders. Een piano is helder of zacht, waar een trompet bijvoorbeeld schel klinkt. Een componist maakt hier ook een keuze in. een viool klinkt vaak zweverig,, waar een trommel vaak hol of hard kan klinken. Heeft effect op de sfeer of emotie.

19e eeuw

20e eeuw
VERNIEUWING EN VOORUITGANGSDENKEN: Breken met het verleden​

Slide 26 - Tekstslide

19e eeuw: muziek om naar te luisteren, prettig om te horen. harmonie, duidelijk ritme.
Of juist om op te dansen. 
Het was niet per se om te chockeren of om uit te proberen wat muziek allemaal kan zijn.

Modern: om emotie over te brengen, om je te laten nadenken. niet per se om op te dansen of dat prettig klinkt. Experimenteren.
t

Slide 27 - Tekstslide

dit laaat je snel zien: je zegt de belangrijkste woorden. Harmonie, afstand van toonsoorten, klinkt chaotisch. Schonberg wilde muziek als theorie op papier zien, niet hoe het echt klinkt. hij ging experimenteren wat muziek kon zijn. niet als vermaak of om op te dansen. Het ging hem om de theorie.
1

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:16
Hoor je een vast ritme? 
Kun je meetikken op de tafel met het ritme?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERVREEMDING
  • Experimenten met muziek
  • Bijvoorbeeld: Composities gebaseerd op oerklanken
  • Of de lawaaimachines van Russolo (futurisme)


Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

minuutje laten horen.
Welke instrumenten hoor je?
Of welke apparaten?
Kan je hier op dansen?
Zet je dit op om lekker te luisteren?
Hoor je harmonie?
Muziek met maatschappelijk historisch belang
Verenigde Staten
Slavernij
Afro-Amerikaanse begin van blues en jazz

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERNIEUWING EN VOORUITGANGSDENKEN / EXPRESSIE
  • Komt van de plantages waar de tot slaaf gemaakten zongen​
  • Blue=teneergeslagen/verdrietig​
  • Vaak langzaam gezongen en liefdesverdriet als thema​
  • Blue note/dirty intonation: tonen onzuiver beginnen of eindigen (ligt net onder de toon)​
  • Voorloper van de jazz, boogiewoogie(snelle blues), rhytm-and-blues, rock-’n-roll en soul.​










BLUES

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jazz!

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Jazz heeft veel stijlen!

cool jazz, big band jazz, free jazz, Afro-cuban jazz

Welke veel voorkomende kenmerken van JAZZ kun je horen?

Slide 35 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.

Slide 36 - Video

muziek moet je horen.
Herkent iemand een muzikant? Wel eens van gehoord?
Veel voorkomende kenmerken Jazz
-Vermenging van folk, blues, oorspronkelijk Afrikaanse spirituele muziek, ragtime en klassieke muziek.
-Meeslepend ritme
-syncopes
-blaas- & slaginstrumenten
-improvisatie in solo's 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Muziek in de massacultuur

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           kenmerken muziek massacultuur
schrijf op:

1. Diversiteit van genres
2. Cross-over en fusion
3. Technologische vooruitgang
4. Commerciële druk en massaconsumptie

Slide 39 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
fusion en cross over
 Samensmelting en combinatie van culturen is ‘fusion’. Bijvoorbeeld: 


Traditionele instrumenten , zoals de mbira, de kora en de sitar, vinden hun weg naar het westerse muziek en westerse instrumenten, zoals de westerse gitaren, drumcomputers en synthesizers door oosterse muzikanten worden gebruikt.
Rai, reggae en ska zijn voorbeelden van uitheemse muziek die in de westerse cultuur worden opgenomen. Rai is een muziekstijl uit Noord Afrika en Ska is een muziekstijl oorspronkelijk uit Jamaica, het wordt ook wel de Jazz van Jamaica genoemd. Hieruit voortvloeide reggae.

Met het begrip cross-over wordt een mix van stijlen bedoeld, die ontstaat door verschillende tradities met elkaar te mengen om tot een nieuw, eigen geluid te komen.



Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema's:
Muziek voor de massa (pop-muziek)
Protestliederen
Experimentele muziek 
Elektronische muziek
Cross-over / Fusion
Muziek voor vermaak

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Muziek voor de massa

JONGEREN CULTUUR 

Rock 'n roll 
Funk + Beatmuziek
Disco 
Hiphop

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

muziek betekenis
Muziek:



Veel jeugdculturen hebben hun eigen muziekstijl. Beginnend in de jaren 50 bij de rock n’ roll, waarmee de jeugd zich afzet tegen de (in hun ogen) saaie en burgerlijke generatie voor hun ouders. De muziek van de hippies is de psychedelische rock, een vrij zachte muziek met een vaak dromerig, onwerkelijke sfeer, bedoeld om de hallucinerende ervaring van drugs te benaderen.

De zwarte soulmuziek is politiek en een uiting van de strijd voor gelijke rechten. In Europa is soul veel meer een dansmuziek, die wordt opgevolgd door de disco. Disco is muziek met een prettige beat en luchtige teksten; het gaat uiteindelijk meer om het dansen. Disco is de voorloper van de house- en dancemuziek, elektronische muziek waarop het publiek uren kan dansen.

De teksten van punk, grunge, hiphop en rap zijn vaak opstandig, politiek getint en somber.






Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kenmerken 1/2
Diversiteit van genres
 De periode van 1950 tot nu heeft een explosie van muzikale genres gezien, waaronder rock-'n-roll, pop, jazz, blues, country, folk, funk, soul, hip-hop, elektronische dansmuziek (EDM), metal, en meer. Elk genre heeft zijn eigen unieke kenmerken en sub-genres ontwikkeld.

Technologische vooruitgang
De vooruitgang in opnametechnologie, instrumenten en geluidsversterking heeft een enorme invloed gehad op de muziek van deze periode. Dit omvat de ontwikkeling van de elektrische gitaar, drummachines, synthesizers, digitale opnameapparatuur en computersoftware voor muziekproductie.

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kenmerken 2/2
Cross-over en fusion
Dankzij technologische vooruitgang en globalisering zijn muzikale invloeden uit verschillende culturen en regio's over de hele wereld gemakkelijker toegankelijk geworden. Dit heeft geleid tot een verrijking van het muzikale landschap met cross-culturele fusies en samenwerkingen.

Commerciële druk en massaconsumptie
In de massacultuurperiode is muziek steeds meer een commercieel product geworden. Platenmaatschappijen begonnen zich te richten op het maximaliseren van winst door de verkoop van opnames, concertkaartjes, merchandise en andere muziek-gerelateerde producten.

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

entertainment, vermaak
maatschappelijk betrokken

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rock 'n roll kenmerken

Drums, basgitaar, elektr. gitaar, piano, zang (scherp, hikjes)

Gewaagde songteksten

Akkoorden gebaseerd op blues-schema

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

British Invasion
Britse bands in Amerikaanse hitlijsten

The Beatles - The Rolling Stones

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Funk
Voorloper disco
Ritmisch uitdagend
Beweeglijke baslijn
Syncope = accentverschuiving


Slide 52 - Tekstslide

Een syncope is een ritme waarbij een of meer tonen niet op de tel of puls vallen, waardoor een of meer normale accenten verlegd worden.
Disco
Minder ruw, meer glamourous dan FUNK

Jongeren in discotheken

Saturday Night fever

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 54 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hiphop
The Bronx, New York

Levensstijl, culturele beweging

Muziekstijl: begon als niet-commercieel


Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 57 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Protestliederen (jaren 60)

Folkmuziek
Woodstock: Bob Dylan / Jimi Hendrikx
Punk

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de jaren zestig dragen veel songteksten een boodschap uit. 
De protestsong is in deze tijd erg populair.
Protesteren kan op vele manieren: mondeling, via een pamflet of een staking, maar ook via
een lied. Hierbij kan de muziek de inhoud van de tekst ondersteunen, bijvoorbeeld door de
manier van zingen of door een bepaalde sfeer in de begeleiding.
Noem nog een functie die muziek kan hebben bij een protestsong. 

Antwoord voer je in op de volgende dia

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Functie die muziek kan hebben bij een protestsong.

Slide 60 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

antwoord
• het ‘uit één mond’ laten klinken van het protest, door het gezamenlijk zingen van de song
• het versterken van het saamhorigheidsgevoel of samen-ergens-over-eens-zijn gevoel, door het gezamenlijk zingen van de song.
• het versterken van de inhoud van de tekst, door het gebruik van meerdere media (naast tekst ook muziek).
• het makkelijker kunnen onthouden van de tekst, doordat deze op muziek is. gezet.

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk het fragment van Boudewijn de Groot. ‘Welterusten, mijnheer de president’ 
uit 1966. Het is een aanklacht tegen de betrokkenheid 
van Amerika bij de oorlog in Vietnam (1964-1973).
In dit nummer vindt een muzikale ontwikkeling plaats 
die de overdracht van de
tekst-inhoud ondersteunt.
Beschrijf twee manieren waarop deze ontwikkeling tot stand 
komt aan de hand van de
manier van zingen en/of de begeleiding. 

Slide 62 - Tekstslide

dus chrijf op:
eerst doet hij dit, dan doet hij dat.
eerst hoor je dit, dan hoor je dat.

Slide 63 - Video

Deze slide heeft geen instructies



Twee manieren waarop deze ontwikkeling tot stand
komt aan de hand van de
manier van zingen en/of de begeleiding.

Slide 64 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
• In de loop van het lied wordt er steeds luider gezongen / wordt de begeleiding steeds luider.
• De laatste twee regels worden haast sprekend gezongen.
• De laatste twee woorden worden op een sarcastische manier gezongen/uitgesproken.
• De zanger probeert te overtuigen door een steeds fellere voordracht.
• Er worden telkens meer instrumenten toegevoegd.
• De ritmesectie is steeds nadrukkelijker aanwezig.

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 66 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 67 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Woodstock '69, New York
Three days of Peace and Music

Slide 68 - Tekstslide

Santana (rechts)

Slide 69 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Punk (jaren 70)
Onvrede bij jongeren.

  1. Tegen de geknutselde popmuziek.
  2. Tegen het traditionele klassensysteem van de maatschappij.
  3. Reactie op economische teruggang Engeland.

Slide 70 - Tekstslide

 Gekoppeld aan de bij een nieuwe generatie jongeren behorende sociale onvrede, met name in het door traditioneel klassenbewustzijn en economische teruggang geteisterde Engeland, uitte deze reactie zich in muziek die, net als in 1955 en 1963 uitging van haar meest simpele vorm: rock-'n-roll.

Slide 71 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Experimentele muziek
Pyschedelische muziek (cultuur van hippies, FLOWERPOWER).

Instrumenten uit Azië, nabootsen trip, op zoek naar een betere wereld.
Opkomst synthesizer (the Beatles - Sgt. Peppers' Lonely Hearts club band).

Slide 72 - Tekstslide

https://www.youtube.com/watch?v=tg--8NDbD90&t=17s

Slide 73 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 74 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 75 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Elektronische muziek
 eind 1970/1980
- Synthpop
- New wave cultuur (brede muzieksmaak, vrij melancholisch).

Melodieus, drumcomputers en........



synthesizers

Slide 76 - Tekstslide

Synthpop of synthipop is een muziekstijl waarbij synthesizers en elektronische drums domineren.

Slide 77 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 78 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Na synthpop ontstaat....
DANCE

Slide 79 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dance
House
Techno
Eurodance
Dubstep
Hardcore
Hardstyle
etc.

Slide 80 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 81 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 82 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Muziek voor vermaak

tv programma's 
reclame 
soaps
videoclips
musicals
festivals

Slide 83 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KIJKTIP: 

Slide 84 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           kenmerken muziek massacultuur
schrijf op:

1. Diversiteit van genres
2. Cross-over en fusion
3. Technologische vooruitgang
4. Commerciële druk en massaconsumptie

Slide 85 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Thema's:
Muziek voor de massa (pop-muziek)
Protestliederen
Experimentele muziek 
Elektronische muziek
Cross-over / Fushion
Muziek voor vermaak

Slide 86 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugkijken 
op de leerdoelen
-herhaling moderne & postmoderne dans
-Muziek:
-modernisme
-massacultuur

-Ik kan het verschil uitleggen tussen moderne en postmoderne dans.
- Ik kan een dansfragment analyseren.
-Ik kan het verschil uitleggen tussen moderne muziek en massa-muziek.
-Ik kan een muziekfragment analyseren.
-Ik kan de 4 kenmerken van muziek uit de massacultuur opnoemen en uitleggen.

Slide 87 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Slide 88 - Tekstslide

om lyrics ernaast te houden als je wil, op scherm in wordbestand:

Meneer de president, welterusten
Slaap maar lekker in je mooie witte huis
Denk maar niet te veel aan al die verre kusten
Waar uw jongens zitten, eenzaam, ver van thuis
Denk vooral niet aan die zesenveertig doden
Die vergissing laatst met dat bombardement
En vergeet het vierde van die tien geboden
Die u als goed christen zeker kent
Denk maar niet aan al die jonge frontsoldaten
Eenzaam stervend in de verre tropennacht
Laat die weke pacifistenkliek maar praten
Meneer de president, slaap zacht
Droom maar van de overwinning en de zege
Droom maar van uw mooie vredesideaal
Dat nog nooit door bloedig moorden is verkregen
Droom maar dat 't u wel lukken zal dit maal
Denk maar niet aan al die mensen die verrekken
Hoeveel vrouwen, hoeveel kinderen zijn vermoord
Droom maar dat u aan 't langste eind zult trekken
En geloof van al die tegenstand geen woord
Bajonetten met bloedige gevesten
Houden ver van hier op uw bevel de wacht
Voor de glorie en de eer van 't vrije westen
Meneer de president, slaap zacht
Schrik maar niet te erg wanneer u in uw dromen
Al die schuldeloze slachtoffers ziet staan
Die daarginds bij 't gevecht zijn omgekomen
En u vragen hoe lang dit nog zo moet gaan
En u zult toch ook zo langzaamaan wel weten
Dat er mensen zijn die ziek zijn van 't geweld
Die 't bloed en de ellende niet vergeten
En voor wie nog steeds een mensenleven telt
Droom maar niet te veel van al die dooie mensen
Droom maar fijn van overwinning en van macht
Denk maar niet aan al die vredeswensen
Meneer de president, slaap zacht!

vraag
"Veel dj’s voelen zich artiesten of kunstenaars, maar dat zijn ze niet," zegt dj Armin van Buuren in een interview.

 Heeft hij gelijk? Beargumenteer je antwoord.
Voorbeelden van goede antwoorden zijn:
- Nee, want een dj gebruikt/draait muziek van anderen. Hij maakt zelf geen muziek en hij zingt ook niet. Daar hoef je niet creatief voor te zijn.
- Ja, want een goede dj neemt je mee op een muzikale reis en koppelt verschillende soorten muziek zo aan elkaar dat er iets nieuws ontstaat.



Slide 89 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 90 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies