Aoristus: uitleg pseudosigmatische aoristus

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

G2 Grieks

Aan het eind van de les ken je de uitgangen van de 

(pseudo)sigmatische aoristus

ἔλυσε

1. imperfectum
2. aoristus

πέσε

1. imperfectum 3e ev
2. aoristus 3e ev
3. praesens gebiedende wijs
4. aoristus gebiedende wijs

λυσον

1. persoonsvorm imperfectum
2. imperativus praesens
3. persoonsvorm aoristus
4. imperativus aoristus

ἐμένομεν

1. imperfectum
2. aoristus

Een thematische aoristusvorm kan met en zonder augment voorkomen

1. waar
2. onwaar

Een imperativus praesens vertaal je hetzelfde als een imperativus aoristus

1. waar
2. onwaar

Zijn de vormen (indicativus) imperfectum of aoristus?

imperfectum

aoristus

ἐλυσαμεν

ἠγγελλετε

ἐλαβον

ἐβλεψε(ν)

λυσαι

ειπομεν

ἠγαγον

νομισατε

ἀπεκτεινες

ἐπιπτες

Op de volgende dia staat de pseudo-sigmatische aoristus

Dat is een

aoristusvorm die LIJKT op de SIGMATISCHE AORISTUS,

MAAR de SIGMA IS WEGGEVALLEN.

Kun je de juiste vorm aan de juiste persoon linken?

1e ev: ik heb verdeeld

3e mv: zij hebben verdeeld

2e mv: jullie hebben verdeeld

1e mv: wij hebben verdeeld

3e ev: hij heeft verdeeld

2e ev: jij hebt verdeeld

ἐνειματε

ἐνειμαν

ἐνειμαμεν

ἐνειμε(ν)

ἐνειμας

ἐνειμα

Je hebt de uitgangen van de aoristus hopelijk goed herkend!

Dezelfde uitgangen krijg je namelijk bij de pseudo-sigmatische aoristus

Wanneer de stam eindigt op de letters m-l-n-r (molenaar), VALT DE SIGMA WEG bij de vorming van de aoristus 

Zijn de aoristi sigmatisch, pseudosigmatisch of thematisch?

sigmatisch

pseudosigmatisch

thematisch

ἐλυσαμεν

ἠγγειλατε

ἐλαβον

ἐβλεψε(ν)

μειναι

ἀπεκτεινας

ἠγαγον

νομισατε

λυσαι

ἠλθες

Hoeveel pv's staan er in de eerste zin?

Τότε δὴ ἔφηνε τοὺς ἀσκοὺς τῷ τῶν θεῶν ἡγεμόνι καὶ ἐκέλευσεν αὐτὸν νεῖμαι τοὺς ἀσκοὺς τοῖς θεοῖς καὶ τοῖς ἀνθρώποις.

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Wat is het onderwerp van de eerste zin?

Τότε δὴ ἔφηνε τοὺς ἀσκοὺς τῷ τῶν θεῶν ἡγεμόνι καὶ ἐκέλευσεν αὐτὸν νεῖμαι τοὺς ἀσκοὺς τοῖς θεοῖς καὶ τοῖς ἀνθρώποις.

1. τοὺς ἀσκοὺς
2. ἡγεμόνι
3. αὐτὸν
4. er staat geen onderwerp in deze zin

Wie wordt er bedoeld met τῷ τῶν θεῶν ἡγεμόνι (r. 13)?

3. Τότε δὴ ἔφηνε τοὺς ἀσκοὺς τῷ τῶν θεῶν ἡγεμόνι

καὶ ἐκέλευσεν αὐτὸν νεῖμαι τοὺς ἀσκοὺς τοῖς

15 θεοῖς καὶ τοῖς ἀνθρώποις.

Toen toonde hij de zakken aan de leider van de goden en beval hem de zakken onder/tussen de goden en de mensen te verdelen.

De volgende x kijken we de volgende zin na...

15. Ὁ δὲ δὴ Ζεὺς τὸν

δόλον οὐκ ἔγνω καὶ ἔνειμε τοῖς θεοῖς τὸν ἀσκὸν

τὸν τῶν σπλάγχνων μεστόν.

Huiswerk maandag 8/2

maken tekst 18 r. 15 t/m 20

kijken filmpje thematische aoristus