Herhalingsles verlichting
1 / 21
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Verlichting
Slide 2 - Woordweb
De Verlichting was van:
A
1400-1500
B
1500-1600
C
1600-1700
D
1700-1800
Slide 3 - Quizvraag
Denk na over waar de Verlichting voor stond. Wat gooiden de Verlichters onder de guillotine?
A
De ratio (het verstand)
B
Altijd luisteren naar de kerk
C
De mens is van nature goed
D
De macht van het volk
Slide 4 - Quizvraag
Wie was Hiëronymus van Alphen
A
Hij schreef de eerste imaginaire reisverhalen
B
Hij schreef de eerste kindergedichten
C
Hij schreef de eerste liefdesliedjes
D
Hij schreef de eerste briefroman
Slide 5 - Quizvraag
Wat past bij de kinderliteratuur van van Alphen?
A
educatie
B
vrije opvoeding
C
moralistisch
D
ontoegankelijk
Slide 6 - Quizvraag
Wie zijn de auteurs van 'Sara Burgerhart'?
A
Betje Wolff & Aagje Deken
B
Betje Deken & Aagje Wolff
C
Sara Burgerhart & Suzanna Hofland
D
Spilgoed-Buigzaam & Abraham Blankaart
Slide 7 - Quizvraag
Het genre van Sara Burgerhart is een...
A
Briefroman
B
Tragedie
C
Renaissancekomedie
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het vertelperspectief in de Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart
A
Auctoriaal perspectief
B
Personaal perspectief
C
Alwetend perspectief
D
(wisselend) ik-perspectief
Slide 9 - Quizvraag
Wat is een belangrijk thema in het boek Sara Burgerhart?
A
Familie en traditie
B
Oorlog en vrede
C
Vrijheid en zelfontplooiing
D
De zoektocht naar identiteit
Slide 10 - Quizvraag
Welke uitspraak over Sara Burgerhart is niet waar?
A
Sara Burgerhart is een briefroman
B
De roman werd pas jaren na het verschijnen een succes
C
De roman inspireerde schrijvers om een vrouw in de hoofdrol te nemen
D
De roman was geschikt om de verlichte ideeën uit te dragen
Slide 11 - Quizvraag
Sara Burgerhart is geschreven voor...
A
Mannen
B
Iedereen
C
Kinderen
D
Jonge vrouwen
Slide 12 - Quizvraag
De wijze les uit Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart is dat:
A
ook meisjes zich persoonlijk moeten ontwikkelen .
B
meisjes voorzichtig moeten zijn in de liefde.
C
er allerlei gevaren loerden in de 18e eeuw .
D
meisjes zich niet mogen vermaken.
Slide 13 - Quizvraag
Wat is 'De Hollandse Spectator'?
A
Een briefroman
B
Een imaginair reisverhaal
C
Een toneelstuk
D
Een tijdschrift
Slide 14 - Quizvraag
Wie schreef De Hollandse spectator?
A
J.A. Schasz
B
P. Langendijk
C
J. van Effen
D
P. Paaltjens
Slide 15 - Quizvraag
In de Hollandse spectator bestreed Justus van Effen
A
het onnodige gebruik van de Franse taal
B
het geroddel in de tijdschriften
C
de schunnige taal op het toneel
D
de onzin van de ingezonden brieven
Slide 16 - Quizvraag
De Hollandse Spectator is grotendeels gevuld met
A
poëzie
B
proza
C
essays
D
aforismen
Slide 17 - Quizvraag
Welke genre is Reize door het apenland?
A
Imaginair reisverhaal
B
Robinsonade
C
Satire
D
Utopie
Slide 18 - Quizvraag
Welke genre valt niet toe te passen op Reize door het apenland?
A
Imaginair reisverhaal
B
Robinsonade
C
Satire
D
Utopie
Slide 19 - Quizvraag
Wat is de belangrijkste moraal van Reize door het apenland?
A
Verdiep je in je vaderlandse geschiedenis
B
Zorg dat je voldoende medische kennis hebt
C
Volg niet blindelings was je politieke leider zegt
D
Vermoord je vrouw en dienstmeid niet
Slide 20 - Quizvraag
In hoeverre heb je de verlichting onder de knie?
A
25%
B
50%
C
73,45%
D
110%
