oefenen met ein-groep woorden (bezittelijk voornaamwoord

ein-groep 
de ein-groep zijn de woorden ein en kein
Met deze groep heb je al kennis gemaakt.
Maar de ein-groep is eigenlijk veel groter.
Daar horen ook de bezittelijke voornaamwoorden bij.
Bekijk de volgende uitlegvideo.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

ein-groep 
de ein-groep zijn de woorden ein en kein
Met deze groep heb je al kennis gemaakt.
Maar de ein-groep is eigenlijk veel groter.
Daar horen ook de bezittelijke voornaamwoorden bij.
Bekijk de volgende uitlegvideo.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Ich habe (zijn) ...........Lied (o) gesungen
A
sein
B
seine

Slide 3 - Quizvraag

Frau Hansen ist (een) ................Dame (v).
A
kein
B
keine
C
eine
D
ein

Slide 4 - Quizvraag

Lena ist (mijn)..................Cousine.
A
meine
B
mein

Slide 5 - Quizvraag

(onze)....................Lehrer (m) hat uns gut geholfen.
A
unsere
B
uns
C
unser

Slide 6 - Quizvraag

Ist das (jullie).......Mutter?
A
ihre
B
euere
C
euer
D
ihr

Slide 7 - Quizvraag

Das sind (onze)...............Brüder (mv)
A
uns
B
unsere
C
unser

Slide 8 - Quizvraag

Sie hat eine Cola bestellt.
Es ist (haar)...............Cola (v)
A
ihre
B
sie
C
ihr

Slide 9 - Quizvraag

Frau Klein, ist das (uw).........Sohn (m)?
A
ihr
B
Ihr
C
Sie
D
seine

Slide 10 - Quizvraag

(Jouw).............Geburtstagsparty(v) ist
wirklich toll. Wir haben (onze).......
Schuhe(mv) ausgezogen, damit wir tanzen können.

A
dein, unser
B
deine, unsere
C
dein, eure
D
ihre, unsere

Slide 11 - Quizvraag

(Zijn).... Auto (o) und (haar)...... Bus (m) stehen auf dem gleichen Parkplatz.
(hun)... Fahrzeuge(mv) sind beide blau.
A
sein, ihr, ihre
B
sein, ihr, sie
C
seine, ihre, ihr
D
sein, sie, sie

Slide 12 - Quizvraag

Mein..... schön.......Schwester heißt Anna.
A
meine, schöne
B
mein, schönen
C
meine, schönen

Slide 13 - Quizvraag

Du siehst hier unser..... groß.....Weihnachtsbaum (m).
A
en, er
B
en, es
C
en, en
D
es, es

Slide 14 - Quizvraag

Ich bin heute bei ein..... lieb.... Kind zu Besuch.
A
es, es
B
em, en
C
es, er
D
em, er

Slide 15 - Quizvraag

Gehst du heute in ein.... blöd... Stunde (v)?
A
e, er
B
es, es
C
er, en
D
e, e

Slide 16 - Quizvraag

Wir haben ihr...... toll.....Eltern (mv) heute besucht.
A
e, e
B
e, en
C
en, e
D
e, es

Slide 17 - Quizvraag