1F-H20.3 Patronen in lijndiagrammen

Startrekenen 
Hoofdstuk  20 Patronen
Les 3




1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1-4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Startrekenen 
Hoofdstuk  20 Patronen
Les 3




Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
- Leerdoelen
- Uitleg
- Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


 
* Je kunt een patroon in een lijndiagram herkennen en aflezen

Leerdoel van deze les

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: Wat zijn de kosten van de tapasboot voor 11 personen?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord:

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marie reist 3 km met de bus.
Hoeveel moet ze betalen?

A
€1,44
B
€1,32
C
€1,56
D
€1,80

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel neemt het tarief
per km toe?
A
€1,32
B
€0,10
C
€0,12
D
€0,24

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Patronen in lijndiagrammen
  • In een lijndiagram kun je soms een patroon
herkennen. 
  • Je kunt dit patroon dan uit het lijndiagram  
aflezen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave:
  1. Welk starttarief rekent de loodgieter(bij 0 uur werk)?
  2. Hoeveel kost de loodgieter bij 1 uur werk?
  3. Hoeveel kost de loodgieter per uur werk?
  4. Na 2 uur werk betaal je € 150. Waar of niet waar?
  5. Je betaalt € 210. Hoeveel uur heeft de loodgieter 
gewerkt?
   6. Hoeveel duurder wordt het als je van 1 uur naar 
2 uur gaat?

Slide 9 - Tekstslide

Loodgieter (zoals in de grafiek)
De loodgieter vraagt altijd eerst € 60 (starttarief).
Daarna komt er geld bij voor elk uur dat hij werkt.
Welk patroon herken je
in de telefoonverkoop?
A
De verkoop neemt toe (stijgen).
B
De verkoop neemt steeds sterker af
C
De verkoop neemt hetzelfde aantal af (dalen).
D
De verkoop blijft gelijk.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opgave:
  1. Hoeveel telefoons werden er in januari verkocht?
  2. In welke maand werden er ongeveer 400 telefoons 
  3. verkocht?
  4. Zijn de verkoopcijfers gestegen of gedaald tussen januari en juni?
  5. Hoeveel telefoons minder zijn er verkocht in juni dan in januari?
  6. In welke maand was de verkoop het hoogst?
  7. In welke maand was de verkoop het laagst?
  8. Hoeveel telefoons werden er per maand verkocht?
  9. Als deze daling doorgaat, hoeveel telefoons verwacht je in juli?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende vraag

Hoeveel euro kost de tuinman per uur?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Hoe?
Zelfstandig
Ik loop rond voor vragen
Blz.
Hoofdstuk 20
begint op blz. 224

Opdr.
1 t/m 11

Huiswerk voor: 28 oktober


Klaar?
Iets voor jezelf doen op je laptop, waarbij je niemand anders stoort. 


timer
20:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies