Week 40: 7B - αὐτου als pers vnw

Lekker v
Lekker van start: zet de woorden in het rode vlak op de juiste plek (zonder boeken!)
  1. ἀνδρείᾳ
  2. γαμεῖν
  3. καλῷ
  4. λύπας
  5. τὴν νῆσον
  1. Ὁ Θησεὺς αὐτὴν ..... ἐθέλει.
  2. Οἱ Ἀθηναῖοι πρὸς ..... πλέουσιν.
  3. Διὰ μεγάλας ..... τὰ τέκνα δακρύει.
  4. Ἀνέμῳ ..... λείπετε τὴν νῆσον.
  5. Μεγάλῃ ..... σῴζεις ἡμᾶς.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Lekker v
Lekker van start: zet de woorden in het rode vlak op de juiste plek (zonder boeken!)
  1. ἀνδρείᾳ
  2. γαμεῖν
  3. καλῷ
  4. λύπας
  5. τὴν νῆσον
  1. Ὁ Θησεὺς αὐτὴν ..... ἐθέλει.
  2. Οἱ Ἀθηναῖοι πρὸς ..... πλέουσιν.
  3. Διὰ μεγάλας ..... τὰ τέκνα δακρύει.
  4. Ἀνέμῳ ..... λείπετε τὴν νῆσον.
  5. Μεγάλῃ ..... σῴζεις ἡμᾶς.

Slide 1 - Tekstslide

Vorige weektaak
ob p. 74-75

Slide 2 - Tekstslide

Predicatief
ὁ Θησεὺς μόνος τὸν Μινώταυρον ζητεῖ.

μονος zegt iets over Theseus, maar ook over hoe hij handelt. Dit heet predicatief of dubbelverbonden.

Slide 3 - Tekstslide

  1. μεγάλου
  2. πολλοῦ
  3. μεγάλης   
  4. πολλῶν
  5. μαγάλῳ
  6. μεγάλου
  7. πολλούς
  8. μεγαλης
  9. μεγάλων
  10. πολλῶν 
  1. Jij bent gewijd aan de grote god.
  2. Wij verlangen veel wijn.
  3. Ik ben verantwoordelijk voor de dood van de grote koningin.
  4. Samen met veel andere vrienden gaan wij weg.
  5. Na de dood zijn wij in de grote Onderwereld.
  6. Wij varen op het grote schip.
  7. Zij gaan naar veel oorlogen.
  8. Jij gaat weg uit het grote land.
  9. Zij nemen deel aan grote gevechten.
  10. Daar krijg je veel leed.
Taaloefeningen tekst 7A

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen week 40 - na de vakantie:

  1. begrijp je het gebruik van αὐτου als persoonlijk voornaamwoord  en bijvoeglijke bepaling en kun je het verbuigen;
  2. ken je de woordjes van les 7A en 7B;
  3. weet je dat ca. 3500 jaar geleden op Thera/Akrotiri een vulkaanuitbarsting is geweest en wat het belang hiervan was voor Kreta/de regio;
  4. kun je grammaticale en inhoudelijke vragen beantwoorden over tekst 7B;
  5. weet je hoe Theseus Naxos verlaat en wat de rol van Dionysos daarbij is.

Slide 5 - Tekstslide

Leren:
1. gramm tb p 59 en 61/aant.
2. hh tb p 57
3. woordjes 7A en 7B

Lezen:
4. tb p 58 en 60
5. tekst 7B (deels in vertaling, deels zelf vertalen)
Verwerken:
1. ob p 77 taaloefeningen tekst 7B
2. -
3. Grieks ih Nederlands p 73/76 (optioneel)

4. ob p 75 Een dode vulkaan vr 1-2
5. vertalen 7b alinea 2 en 4
ob p 76 gramm. 7b: 1, 3-4, 6-7 en 9 (de rest is optioneel). ob p 77 inhoud 7b 1 tm 6

Slide 6 - Tekstslide

αὐτός, αὐτοῦ etc.

ev




mv




nom
gen
dat
acc

nom
gen
dat
acc
mann.
αὐτός
αὐτοῦ
αὐτῷ
αὐτόν

αὐτοί
αὐτῶν
αὐτοῖς
αὐτούς
vrouw.
αὐτή
αὐτῆς
αὐτῇ
αὐτήν

αὐταί
αὐτῶν
αὐταῖς
αὐτάς
onz.
αὐτό
αὐτοῦ
αὐτῷ
αὐτό

αὐτά
αὐτῶν
αὐτοῖς
αὐτά

(hij)


hem

(zij)


hen/ze

(zij)


haar

(zij)


hen/ze

(het)


het

(zij)



ze/die dingen

Slide 7 - Tekstslide

Persoonlijk voornaamwoord 3e persoon

ev




mv




nom
gen
dat
acc

nom
gen
dat
acc
mann.
αὐτός
αὐτοῦ
αὐτῷ
αὐτόν

αὐτοί
αὐτῶν
αὐτοῖς
αὐτούς
vrouw.
αὐτή
αὐτῆς
αὐτῇ
αὐτήν

αὐταί
αὐτῶν
αὐταῖς
αὐτάς
onz.
αὐτό
αὐτοῦ
αὐτῷ
αὐτό

αὐτά
αὐτῶν
αὐτοῖς
αὐτά

(hij)


hem

(zij)


hen/ze

(zij)


haar

(zij)


hen/ze

(het)


het

(zij)



ze/die dingen

Slide 8 - Tekstslide

Gebruik van αὐτοῦ, αὐτῆς, αὐτοῦ etc.
in genitivus, dativus en accusativus: 2 mogelijkheden
  • persoonlijk voornaamwoord voor 3e persoon. Dus: hem/haar/hen. Voorbeeld: οὐ μέλλεις γαμεῖν αὐτήν 
                              jij zult niet met haar trouwen
  • 'zelf' indien het congrueert met een zelfstandig naamwoord, eigennaam of voornaamwoord. 
     Voorbeeld: καὶ ἐμὲ αὐτὸν ἀποστερεῑ τοῡ βίου 
                             ook mij zelf berooft hij van het leven

Slide 9 - Tekstslide

Gebruik van αὐτός, αὐτή, αὐτό
  • αὐτός, αὐτή, αὐτό / αὐτοἰ, αὐταί, αἰτά, dus in nominativus: áltijd 'zelf'. 
      Voorbeeld: σὺ δὲ οὐ μέλλεις γαμεῖν αὐτήν, ἀλλ΄ ἐγὼ αὐτός
                              Jíj zult niet met haar trouwen, maar ik zélf!
  • Met lidwoord: 'dezelfde' of 'hetzelfde'.
      Voorbeeld: τὰ αὐτὰ λεγει
                              hij zegt dezelfde dingen
                              φιλοῡμεν τὴν αὐτὴν παρθένον
                              wij houden van hetzelfde meisje

Slide 10 - Tekstslide

7B Dionysos en Ariadne
alinea 1: De volgende dag wekt de zon Theseus uit zijn slaap. Theseus kijkt om zich heen, maar ziet Ariadne niet: behalve de de kinderen is het strand zonder mensen! Theseus roept Ariadne, en roept haar opnieuw.

alinea 3: Nu dus is Theseus vervuld van groot verdriet, want hij verlangt erg naar het meisje Ariadne.
 

Slide 11 - Tekstslide