7.1 Perspectief tekenen 2TH

Pak je spullen 
Op je tafel moet: 
- wiskunde leerboek en werkboek
- wiskundeschrift
- pen, potlood, geodriehoek/liniaal

timer
2:00
Welkom
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 50 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Pak je spullen 
Op je tafel moet: 
- wiskunde leerboek en werkboek
- wiskundeschrift
- pen, potlood, geodriehoek/liniaal

timer
2:00
Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
H7: Ruimtefiguren en eenheden
VK: Wiskundige figuren 
       en rekenen

7.1: Ruimtelijk kijken
       en tekenen

7.2: Aanzichten
7.3: Eenheden

Slide 2 - Tekstslide

Wat zie je?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hoe moeten de letters?

Slide 6 - Tekstslide

Hoe heet het linkerzijvlak?
A
B
C
D
E
F
G
H

Slide 7 - Tekstslide

Tekenen: Afspraken
Voor- en achterkant teken je op ware grootte

Schuine ribben teken je op ongeveer de helft van de grootte en lopen één hokje schuin omhoog

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Terugblik
Teken een balk ABCD EFGH met
AB = 4 cm
BC = 6 cm
AE = 3 cm

1. Maak een schets:
Wat gaat er niet helemaal goed?

Slide 10 - Tekstslide

Terugblik
Teken een balk ABCD EFGH met
AB = 4 cm
BC = 6 cm
AE = 3 cm

1. Maak een schets:
Letters en maten er bij zetten.

Slide 11 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je  
     lengte:2 vakjes naar rechts
     en altijd 1 omhoog.
 

Wat gaat er niet helemaal goed?

Slide 12 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je  
     lengte:2 vakjes naar rechts
     en altijd 1 omhoog.
 

Wat gaat er niet helemaal goed?
De lijn schuin naar achteren moet
6 : 2 = 3 cm zijn?

Slide 13 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je  
     lengte:2 vakjes naar rechts
     en altijd 1 omhoog.
 

Wat gaat er niet helemaal goed?

Slide 14 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je  
     lengte:2 vakjes naar rechts
     en altijd 1 omhoog.
 

Wat gaat er niet helemaal goed?
De lijn schuin naar achteren moet
1 cm omhoog, niet 2 cm

Slide 15 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je  
     lengte:2 vakjes naar rechts
     en altijd 1 omhoog.
 

De lijn schuin naar achteren moet 
6 : 2 = 3 cm naar rechts en 1 cm omhoog

Slide 16 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



3. Teken het achtervlak op ware
      grootte aan het eind van de lijn.
      De ribben die achter de andere        vlakken komen te zitten,
      teken je met een streepjes-lijn.

Slide 17 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



3. Teken het achtervlak op ware
      grootte aan het eind van de lijn.
      De ribben die achter de andere        vlakken komen te zitten,
      teken je met een streepjes-lijn.
Wat gaat er niet helemaal goed?

Slide 18 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



3. Teken het achtervlak op ware
      grootte aan het eind van de lijn.
      De ribben die achter de andere        vlakken komen te zitten,
      teken je met een streepjes-lijn.
De ribben die achter de andere vlakken komen te zitten moeten streepjes-lijnen zijn.

Slide 19 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



4. Teken de andere ribben
      schuin naar achteren.
      Denk weer aan de streepjes-lijn.
      Als het goed is, zijn deze lijnen          even lang en evenwijdig
Wat gaat er niet helemaal goed?

Slide 20 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



4. Teken de andere ribben
      schuin naar achteren.
      Denk weer aan de streepjes-lijn.
      Als het goed is, zijn deze lijnen          even lang en evenwijdig
In totaal zijn er 4 lijnen schuin naar achteren,
waarvan 1 streepjes-lijn.

Slide 21 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



5. Maak de balk af.
     Geef de balk zijn naam met               letters en 
     zet de maten er bij (lengte,
     breedte en hoogte)

Wat gaat er niet helemaal goed met de letters?

Slide 22 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



5. Maak de balk af.
     Geef de balk zijn naam met               letters en 
     zet de maten er bij (lengte,
     breedte en hoogte)

Wat gaat er niet helemaal goed met de letters?
De letters staan niet in de goede volgorde.

Slide 23 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



5. Maak de balk af.
     Geef de balk zijn naam met               letters en 
     zet de maten er bij (lengte,
     breedte en hoogte)

Wat gaat er niet helemaal goed met de maten?

Slide 24 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



5. Maak de balk af.
     Geef de balk zijn naam met               letters en 
     zet de maten er bij (lengte,
     breedte en hoogte)

Wat gaat er niet helemaal goed met de maten?
Bij BC ook de echte lengte zetten, dus 6 cm.

Slide 25 - Tekstslide

Terugblik
balk ABCD EFGH:
AB = 4 cm
BC = 6 cm 
AE = 3 cm



5. Maak de balk af.
     Geef de balk zijn naam met               letters en 
     zet de maten er bij (lengte,
     breedte en hoogte)

Slide 26 - Tekstslide

7.1: Perspectief
Foto in perspectief 

Slide 27 - Tekstslide

7.1: Perspectief
Foto in perspectief 
Hier loopt een lijn,
dit noemen we de horizon.

En dit puntje            de lijnen in
samenkomen, noemen we het
verdwijnpunt.

Slide 28 - Tekstslide

7.1: Perspectief
Bij tekeningen in perspectief gebruiken we de volgende regels:
  • Evenwijdige lijnen die van je af lopen, snijden elkaar in het verdwijnpunt op de horizon.
  • De horizon is op ooghoogte.
  • Verticale lijnen blijven verticaal.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Opdrachten maken
timer
15:00
Wat?
opdracht 10 t/m 15
Waar?
 Blz. 160
Hoe?
Tekenen in je werkboek
Tijd?
Hulp?
vraag aan docent, steek je hand op
of kom bij de hulptafel zitten
Niet af?
Huiswerk voor de volgende les
Klaar?
Nakijken met e-uitwerkingen of boek van de docent
Voor Ilse
wat?
Opdracht 7 t/m 10
waar? 
Blz. 121

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Leerdoel: Perspectief tekenen 
wis hw in je planner

Voor de volgende les: 
HW WIS > Blz.  160     11 t/m 15 in werkboek  
Werk inleveren in classroom


                       


timer
1:00

Slide 50 - Tekstslide