H6 licht+ H8 geluid

H6 licht+ H8 geluid
Nova NaSk 1/2 vwo gymnasium.
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H6 licht+ H8 geluid
Nova NaSk 1/2 vwo gymnasium.

Slide 1 - Tekstslide

H6.1 Licht en kleur

doelen: natuurlijk en kunstmatig licht
hoe zie jij voorwerpen
spectrum zichtbaar maken
golflengtes van licht
subtractieve en additieve kleurmenging

Slide 2 - Tekstslide

zon
vuur
natuurlijke lichtbronnen

Slide 3 - Woordweb

tl licht
kaarsen
ledlampen
kunstmatige lichtbronnen

Slide 4 - Woordweb

Je omgeving zien

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

a) halogeenlamp, b) tl-buis, c) natriumlamp
Veel lampen geven wit-licht alleen hen spectrum is anders. Sommigen zijn heel strek en andere zwak.

Slide 7 - Tekstslide

Sommige lampen geven maar één kleur af dan ziet de wereld er opeens heel anders uit, omdat de voorwerpen dan meer of minder licht weerkaatsen.
Kleuren zien

Slide 8 - Tekstslide

Additieve kleurmenging
Voor het mengen van licht en wordt toegepast in pixels bij een televisie.

Slide 9 - Tekstslide

Subtractieve kleurmenging
Voor het mengen van inkt en verf wordt gebruikt in kopieerapparaten.

Slide 10 - Tekstslide

H6.2 Reflectie en verstrooiing
Doelen: evenwijdige, divergente en convergente lichtbundels
grootte van schaduwgebied
halfschaduw en kernschaduw
direct, indirect en diffuus licht
reflectie en verstrooiing

Slide 11 - Tekstslide

De verschillende soorten lichtstralen.

Slide 12 - Tekstslide

De randstralen bepalen waar de schaduw komt. Bij meerdere lichtbronnen is de donkerste schaduw de kernschaduw.

Slide 13 - Tekstslide

Verschillende vormen van hoe licht bij je kan komen.

Slide 14 - Tekstslide

Diffuus licht
verstrooiing
Indirect licht
reflectie

Slide 15 - Tekstslide

H6.3 Spiegelbeelden
Doelen: Wat is een spiegelbeeld?
Spiegelwet
Spiegelbeeld op verschillende manieren tekenen.
Reflector

Slide 16 - Tekstslide

Terugkaatsing spiegelend.
Diffuse terugkaatsing

Slide 17 - Tekstslide

Spiegelwet

Slide 18 - Tekstslide

Spiegelbeeld tekenen.

Slide 19 - Tekstslide

Terugkaatsende lichtstraal tekenen.

Slide 20 - Tekstslide

                                                       De tripelspiegel is een spiegel die                                                             bestaat uit drie spiegels doordat alles                                                     naar elkaar toe reflecteert zie je jezelf op z'n kop 
De tripelspiegel

Slide 21 - Tekstslide

H6.4 Infrarode en ultraviolette straling

Doelen: Waar staan infrarood en ultraviolette in het spectrum?
Wat zijn de kenmerken?
Gevaren van ultraviolette straling.

Slide 22 - Tekstslide

Infrarode straling
Ultraviolette straling
Hogere tempratuur meer straling.
Alle soorten schadelijk voor de huid.
Warmtelampen
UV-Lampen in zonnebanken.
Afstandsbedieningen en telecommunicatie.
Fluoresceren laten oplichten.

Slide 23 - Tekstslide

uv-A
uv-B
uv-C
315-400nm
280-315nm
100-280nm
Huidveroudering, rimpels en huidkanker.
Bruine en rode tint. Kans op huidkanker.
Tegengehouden door ozonlaag. Heel schadelijk.
Verschillende soorten UV.

Slide 24 - Tekstslide

Voor bescherming tegen de straling moet je zonnebrand gebruiken.
Het spectrum met UV en IR.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

H8.1 Geluid maken en horen
Doelen: Voorbeelden van geluidsbronnen.
Hoe verspreid geluid zich?
Berekenen geluidssnelheid met verschillende tussenstoffen.
Hoe maakt je spraak orgaan geluid?

Slide 27 - Tekstslide

stembanden
Luidspreker
regendruppels
Donder
vuurwerk
motor
Geluidsbronnen

Slide 28 - Woordweb

De conus van de speaker gaat trillen en via de tussenstof komen de geluidsgolven(trillingen) in het oor terecht waar ze worden omgezet in signaaltjes naar je hersenen.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Praten en geluid maken doe je met je spraakorgaan. Dit orgaan bestaat uit je stembanden, mond-,keel-en neus holte, tong en lippen.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

De geluidssnelheid(De tijd die geluid nodig heeft om zich te verplaatsen.) is anders bij elke tussenstof en tempratuur.

Slide 34 - Tekstslide

Geluid heeft een bepaalde tijd per stof die het moet afleggen (geluidssnelheid) ,die snelheid kun je berekenen met deze berekening.
Afstand
s
meter
m
Geluidssnelheid
v(geluid)
meter per seconde
m/s
Tijd
t
seconde
s

Slide 35 - Tekstslide

H8.2 Toonhoogte en frequentie
Doelen: Invloeden van de hoogte van een snaar.
Frequentie, trillingstijd en golflengte?
Met oscilloscoopbeeld trillingstijd bepalen.
Berekeningen met frequentie en trillingstijd.
Ultrasoon?

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Met een oscilloscoop kun je de trillingstijd van geluiden meten die meet je dan met de microfoon en op het schermpje zie vervolgens de trillingstijd.

Slide 38 - Tekstslide

Frequentie is een eigenschap van een golf die aangeeft hoe vaak een golf voorkomt binnen een bepaalde tijd. De frequentie wordt uitgedrukt in hertz (Hz), wat trillingen per seconde betekent. Dit is vooral belangrijk bij golfverschijnselen, waarbij de frequentie het aantal golftoppen (of -dalen) per seconde uitdrukt.

Slide 39 - Tekstslide

Frequentie
f
Hertz
Hz
Trillingstijd
T
Seconde
s
Als je de trillingstijd kent kun je de frequentie berekenen en dat doe je met deze formule

Slide 40 - Tekstslide

Geluidsgolven ontstaan door hoge en lage druk golven die elkaar volgen en zo ontstaan klanken en tonen in je stem of in muziek. De tijd er tussen noem je de golflengte.

Slide 41 - Tekstslide

Het frequentiebereik van mensen is 20-20000 Hz alles daarboven wordt ultrasoon geluid genoemd. Ultrasoon geluid word vooral gebruikt door sommige dieren of in echo's bij zwangere vrouwen 

Slide 42 - Tekstslide

H8.3 Geluidssterkte
Doelen: Verband amplitude en trilling van geluidssterkte?
Gehoordrempel en pijngrens hangen af van frequentie.
Verschil tussen dB(A)- en d(B)-schaal.
Berekeningen maken met verband geluidssterkte en bronnen.
Lineaire- en puntvormige geluidsbron.

Slide 43 - Tekstslide

De geluidssterkte geeft aan hoe hard het geluid is dat word geproduceerd door een geluidsbron. De geluidssterkte wordt bepaald door de amplitude.

Slide 44 - Tekstslide

Decibel is de eenheid waarmee je de sterkte van geluid meet. 0dB betekend geen geluid en de rest zie je hiernaast.
Decibel kun je meten met een decibelmeter.

Slide 45 - Tekstslide

Op de grafiek hiernaast zie je de gehoorgrens en de pijngrens van een mens. De gehoorgrens is de grens wanneer je iets hoort en de pijngrens is de grens waarvan je oren pijn beginnen te doen.

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Video

Als aantal geluidsbronnen 2x zo groot wordt , neemt geluidssterkte met 3dB toe.
Als een geluidsbron verdubbeld wordt de dB niet gelijk verdubbeld ,maar er komt wel een beetje bij daarom is er deze berekening.

Slide 48 - Tekstslide

Als de afstand tussen jou en de puntvormige geluidsbron verdubbeld, neemt de geluidssterkte met 6dB af.
Als de afstand groter wordt tussen jou en de puntvormige geluidsbron is er niet opeens geen geluid meer dus daarom is er deze berekening.

Slide 49 - Tekstslide

Als de afstand tussen jou en de lineaire geluidsbron verdubbeld, neemt de geluidssterkte met 3dB af.
Als de afstand groter wordt tussen jou en de lineaire geluidsbron is er niet opeens geen geluid meer dus daarom is er deze berekening

Slide 50 - Tekstslide

H8.4 Geluidsoverlast bestreiden
Doelen: Welke factoren hangen af van of geluid schadelijk is.
Waarom is het belangrijk om je oren niet te veel  overbelasten?
Verschil schadelijk en hinderlijk geluid?
Welke 3 manieren om geluidsoverlast te bestreden?
 

Slide 51 - Tekstslide

Of geluid schadelijk is hangt af van de geluidssterkte en hoelang je er aan bent blootgesteld. Als je merkt dat je beschadiging hebt opgelopen kun je het beste een paar dagen even rustig doen met geluid. Als je oren te beschadigd zijn kunnen ze nooit meer herstellen.

Slide 52 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen hinderlijk en schadelijk geluid?
A
Hinderlijk geluid is slecht voor je oren en schadelijk geluid niet.
B
Hinderlijk geluid vindt iedereen irritant en schadelijk niemand.
C
Schadelijk geluid is slecht voor je oren en hinderlijk is is persoonlijk irritant geluid.
D
Schadelijk is slecht voor je oren en hinderlijk is slecht voor je ogen.

Slide 53 - Quizvraag

Bron
Tussen bron en ontvanger
Ontvanger
Snelweg asvalteren
Geluidswallen/ Geluidsschermen
Koptelefoon/ oortjes
Stillere motor
Kantoren
Geluidsisolatie
Bij geluidsoverlast kun je veel dingen doen en ook op verschillende plekken. In het schema hieronder zie je alles wat je tegen geluid kunt doen van bron tot ontvanger
Geluidsoverlast?

Slide 54 - Tekstslide

Einde 
Je bent helemaal bij met de stof van H6 en H8 van Nova NaSk vwo/gymnasium klas 1/2.

Slide 55 - Tekstslide