Les 7 . Ethiek (hoe denken mensen over dieren)

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?
  1. Leren wat ethiek is
  2. Wat waarden en normen zijn
  3. Discussiëren
  4. Film
  5. Een opdracht maken om je te kunnen verplaatsen in Verschillende vertrek/stand punten van mensen
  6. Verder werken aan je eindopdracht en lees/ ervaringsdossier
 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
- Weten wat ethiek is
- Weten wat normen en waarden zijn
- Weten wat principes zijn
- Kunnen inleven vanuit verschillende ethieken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dierethiek
Wat weet jij?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Treintjes gedachtenexperiment:
1) Jij bent de machinist in een trein, rechtdoor raak je 5 mensen, door een hendel over te halen naar een zijspoor raak je 1 persoon. Wie haalt de hendel over?

A
Ik haal de hendel over
B
Ik haal de hendel NIET over

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Treintjes gedachtenexperiment:
2)Zelfde trein, rechtdoor raak je 5 gorilla's, door de hendel over te halen naar het zijspoor raak je 1 gorilla. Wie haalt de hendel over?

A
Ik haal de hendel over
B
Ik haal de hendel NIET over

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Treintjes gedachtenexperiment:
3) Zelfde trein, rechtdoor raak je 1 man van 25 jaar door de hendel over te halen raak je 1 gorilla. Wie haalt de hendel over?


A
Ik haal de hendel over
B
Ik haal de hendel NIET over

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Treintjes gedachtenexperiment:
4) Zelfde trein, rechtdoor raak je 1 man van 25 jaar door de hendel over te halen raak je vijf gorilla’s. Wie haalt de hendel over?



A
Ik haal de hendel over
B
Ik haal de hendel NIET over

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Treintjes gedachtenexperiment:
5) Zelfde trein, rechtdoor raak je 1 man van 25 jaar door de hendel over te halen raak je, je eigen hond. Wie haalt de hendel over?



A
Ik haal de hendel over
B
Ik haal de hendel NIET over

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stelling:
De belangen van mensen moeten zwaarder wegen dan de belangen van dieren

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is ethiek ?
  • De Griekse filosoof Socrates (470-399 v. Chr.) wordt gezien als de grondlegger van de ethiek
  • Ethiek = het geheel van handelingen en gedragingen die, in een maatschappelijke context, als correct en wenselijk worden gezien.
  • Ethiek = een tak van de filosofie die zich richt op de vraag hoe we behoren om te gaan met onszelf, met anderen en met de wereld om ons heen.
                                                   
                                                                Wat is het goede?  Wat is het foute?

In veel studiegebieden is ethiek een onderwerp van discussie. --> Bijvoorbeeld in de politiek, medische wereld en uiteraard de dierethiek



Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Attitude
  • Een (aangeleerde) houding in op een constante wijze, positief of negatief, op een bepaald object of stand van zaken te reageren.
  • Attitudes kun je gebruiken om de verschillende relaties tussen mens en dier te karakteriseren. 
  • Mensen hebben nooit slechts 1 attitude, er kunnen er meer zijn, meerdere houdingen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is je moraal?
Moraal: alle waarden en normen die je hebt, die iemand anders heeft of een bepaalde groep mensen heeft. 
Bv. jagers, vissers, dieractivisten
Feiten: spelen ook een belangrijke rol in ethische vraagstukken, kennis vanuit bijvoorbeeld de wetenschap.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Een aantal eenvoudige voorbeelden van normen en waarden:

Voorbeeld 1
Waarde: Veiligheid
Norm: Iedereen die een bouwplaats betreedt, moet een helm dragen

Voorbeeld 2
Waarde: Privacy
Norm: U wordt verzocht afstand te houden op uw voorganger (bij een balie bij een bank bijvoorbeeld).

Waarden en Normen
Een WAARDE is een betekenis gevend ideaal;

een overtuiging over wat nagestreefd wordt of zou moeten worden (bijvoorbeeld ter uitoefening van een bepaalde beroep als advocaat of arts of meer in het algemeen wat een leven tot een goed leven maakt). Dit klinkt lastig maar waarden moet je zien als iets (abstracts) dat we belangrijk vinden. Een waarde wordt vaak omschreven in één woord.

Bekende waarden zijn: Vrijheid, gezondheid, gelijkheid, respect, solidariteit, natuurbehoud, dierenwelzijn, respect en tolerantie.


NORMEN zijn gedragsregels. Normen zijn dus concrete regels waar je de ander (of jezelf) op kunt afrekenen.  Bv wetgeving, maar ook gedragsregels op club of vereniging

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden
Een aantal eenvoudige voorbeelden van normen en waarden:

Voorbeeld 1 Normen en waarden
Waarde: Veiligheid
Norm: Iedereen die een bouwplaats betreedt, moet een helm dragen

Voorbeeld 2 Normen en waarden
Waarde: Privacy
Norm: U wordt verzocht afstand te houden op uw voorganger (bij een balie bij een bank bijvoorbeeld).

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je houdt de deur open voor degene achter je.
A
norm
B
waarde

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke waarde hoorde bij de voorgaande norm
A
Liefde
B
Gehoorzaamheid
C
Beleefdheid, Behulpzaamheid
D
Respect voor anderen, Mededogen

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je iemand iets wil vragen (op straat / in de winkel), dan groet je eerst even.
A
norm
B
waarde

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheid
A
norm
B
waarde

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Principes
Principes zijn heel fundamentele normen.
Ze zijn veel algemener geformuleerd dan normen en dus subjectiever

Voorbeelden zijn: 
   Het principe van geen schade berokkenen
   Het principe van weldoen
   Het principe van gelijkheid
   Het principe van rechtsvaardigheid
   Het principe van respect.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mogen we dieren fysiek aanpassen aan de wensen van de mens?

Slide 25 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Behoren we wilde dieren ook te beschermen?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Discussie
Per tweetal verdiep je in 1 van de onderstaande om over een aantal stellingen te discussiëren  
Heersers
Hoeders
Vriend
Gelijke
Info volgende dia


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Spel in de klas
Verboden woord
Werk in twee of drie tallen
Je krijgt een aantal begrippen
Je probeert in 30 sec een begrip zonder het te benoemen uit te leggen aan de ander en die ander moet het begrip raden.
Wie de meeste begrippen heeft geraden wint 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mogelijke begrippen
Ethiek, Cultuur, Principes,  Attitude, Waarden, Normen, Heerser, Hoeder, Vriend, Gelijke, Discussie, fysieke aanpassing, Ecologisch, Gedrag

Zie begrippen kaartje

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is je het meeste bijgebleven van de les?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Doelen checken
Wat doen we volgende week!?
Les onderwerp: Dierethiek en dierproeven
Gastles : 

Verder werken aan je eindopdracht en lees/ ervaringsdossier

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als er tijd over is....
Werkvorm om de les samen te vatten

De student kan......

Elke student voegt een woord toe aan de bovenstaande zin en dit moet gezamenlijk een zin worden die de les van vandaag samenvat

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies