Les 1 Introductie in de opdracht "Wereldreligies"

Introductie
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Introductie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
1. Wat weet je al?

2. De opdracht

3. Beginnen met de opdracht

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Religie?
Wat betekent dat?
Waar moet je aan denken?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zou je (n)iets over wereldreligies willen weten?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Geloof jij in iets?
A
Ja
B
Nee
C
Misschien
D
Weet ik niet

Slide 5 - Quizvraag

Open vraag: Stel aan de leerlingen de vraag of zij in iets (of iemand) geloven. Geef de leerlingen kort de tijd om hun antwoorden in te vullen. Vraag vervolgens door: wat hebben zij geantwoord? En waarom? 
Als de leerling ja heeft geantwoord, vraag dan waarin de leerling gelooft.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke geloven ken je?













































Slide 7 - Woordweb

Woordweb: Welke geloven kennen de leerlingen? 

Wacht totdat leerlingen al hun antwoorden hebben ingevuld. Vraag aan de leerling of je het antwoordkaartje mag omdraaien. Bekijk de resultaten. Kennen de leerlingen alle religies die er staan? Kunnen ze bepaalde religies (die enkele leerlingen nog niet kennen) toelichten?



hindoeïsme
boeddhisme
islam
jodendom
christendom

Slide 8 - Tekstslide

Informatie slide 5:
Zojuist zijn er verschillende religies genoemd. Het programma focust zich op drie religies: hindoeïsme, boeddhisme en islam.

Extra informatie docent:
In de volgende slides worden de religies genoemd in chronologische volgorde: van meest oude religie (hindoeïsme) naar de nieuwste (islam).

Let op: In het museum wordt aandacht besteed aan drie van de vijf geloven: hindoeïsme, boeddhisme en islam. Van het jodendom en het christendom is namelijk weinig tot geen collectie beschikbaar.

christendom
islam
hindoeïsme
boeddhisme
jodendom

Slide 9 - Tekstslide

Hier zie je in verschillende kleuren hoe de vijf grote religies verspreid zijn over de hele wereld.

​Er zijn ook nog een heleboel andere religies en geloven. Deze kaart laat zien waar de meeste mensen in geloven in verschillende werelddelen, maar er zijn eigenlijk altijd wel meerdere religies in één land aanwezig. Religie kent geen grenzen. Zo wonen de meeste boeddhisten in Azië, maar zijn ze ook te vinden in bijvoorbeeld Europa en Amerika. In Nederland zijn de meeste gelovige mensen christenen, maar er zijn ook moslims, joden, hindoes, boeddhisten en mensen die weer iets anders geloven of helemaal niet geloven.
NL 
Versus Wereld

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je over het hindoeïsme?













































Slide 11 - Woordweb

Woordweb: Wat weet je al van het hindoeïsme?

hindoeïsme

Slide 12 - Tekstslide

Informatieve slide hindoeïsme: 

Van het hindoeïsme wordt gezegd dat het de oudste godsdienst van de wereld is. Het is duizenden jaren oud en ontstaan in India. Het is een geloof dat op heel veel manieren wordt beleefd. Daarom verschilt deze godsdienst per land, per streek of zelfs per dorp. 

Hindoes geloven in Brahman, dat is een goddelijke kracht die in alle natuurlijke dingen aanwezig is. Omdat Brahman de kern is van alles, verdienen alle mensen, dieren, planten en andere dingen in de natuur eerbied en respect. Hindoes kennen wel heel veel verschillende goden en godinnen. Al deze goden en godinnen laten een stuk van Brahman zien.  

De drie belangrijkste goden zijn... ​(zie volgende slide)


Hindoeïsme
Wie zijn de drie belangrijkste goden in het hindoeïsme?
Vul drie antwoorden in.
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

De drie belangrijkste goden zijn:​
Shiva (A), Vishnu (C) en Brahma (D). ​Zij vormen de hindoeïstische drie-eenheid. Hun goddelijke krachten vullen elkaar aan. Samen vormen zij een grote goddelijke kracht.

(B. Ganesha is niet één van de drie belangrijkste goden, maar wel een favoriete god voor veel mensen.)
A. Shiva staat voor de vernietigende kracht van Brahman. Shiva laat alles vergaan, zodat het vervolgens weer opnieuw kan beginnen. Shiva is dan ook de god van de wedergeboorte. Hij heeft meerdere 'avatars' (gedaanteverschijningen). Zo wordt hij onder andere afgebeeld als heer van de dans omringd door een vlammencirkel, die de nooit eindigende cirkel van de tijd symboliseert. Zijn vrouw is de godin Parvati.

C. Vishnu is de beschermer van het heelal. Hij is de zonnegod die licht en leven geeft. Vaak wordt hij afgebeeld op een adelaar of slapend op een reuzenslang. Zijn vrouw is Lakshmi.

D. Brahma (niet te verwarren met Brahman) laat de scheppende kracht van Brahman zien. Brahma is de god die het heelal heeft geschapen. Hij wordt afgebeeld met vier hoofden die naar de vier windrichtingen kijken. Zijn vrouw is Saraswati.

In het museum staan beelden van deze goden. Hindoes mogen een eigen god uitkiezen als zij gaan bidden of om offers aan te geven. Wie kan een voorbeeld van een offer geven? [Uitleg staat op de volgende slide].



Waarom offeren gelovigen aan de goden?

Slide 14 - Open vraag

Offers of ‘offerandes’ zijn een soort geschenken aan de goden, bijvoorbeeld rijst, fruit of bloemen, maar ook geld, koekjes en cola worden geofferd.
Vraag: Waarom offeren gelovigen aan de goden?
Gelovigen vragen de goden om hen te helpen en bij te staan bij bepaalde kwesties en in moeilijke tijden. Door te offeren stemmen zij de goden gunstig en doen hen zo een wederdienst.

boeddhisme

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nonnen en monniken

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Nonnen en monniken
Wat zou jij het lastigste vinden om achter te laten?

Slide 17 - Open vraag

Openvraag
Stel je moet het klooster in en je moet je persoonlijke spullen achterlaten. Wat zou jij het lastigste vinden om achter te laten?
jodendom & christendom

Slide 18 - Tekstslide

Zojuist zijn er verschillende religies genoemd. Het museumprogramma focust zich op deze drie religies. Er zijn daarentegen nog twee grote geloven in de wereld: het jodendom en christendom. Deze worden niet in het museumprogramma genoemd. De museumcollectie biedt hier namelijk meer toegang toe.

Het joden- en christendom zijn net als de islam monotheïstische godsdiensten. Dit houdt in dat deze godsdiensten in één god geloven. Het grootste verschil tussen het jodendom en het christendom is dat het jodendom God ziet als één, ook wel 'de eeuwige'. Het Christendom deelt God daarentegen op in drie: Vader, Zoon en Heilige Geest.

Slide 19 - Tekstslide

In het museum staan ook islamitische voorwerpen. De islam is na het jodendom en het christendom het jongste monotheïstische geloof. Monotheïstisch betekent geloof in één God. Deze drie godsdiensten zijn aan elkaar verwant, omdat ze de persoon Abraham als aartsvader erkennen. Islamitische mensen noemen zichzelf moslims. Een moslim is iemand die gelooft dat God of ‘Allah’ de enige god is en dat de profeet Mohammed (1400 jaar geleden) de boodschappen van Allah aan de mensen heeft doorgegeven. Er leven op de hele wereld meer dan een miljard moslims. 

Noord-Amerika
Zuid-Amerika
Midden-Oosten
Afrika
Azië
Indonesië

Slide 20 - Sleepvraag

Sleepvraag:
Er leven op de hele wereld meer dan een miljard moslims. Stel de vraag: 'Waar wonen de meeste moslims?'. Sleep de juiste antwoorden naar het bijbehorende gebied. Laat de overige antwoorden staan.

De meesten moslims wonen in het Midden-Oosten, Afrika en Azië. Het land waar de meeste moslims wonen is Indonesië.

Welke andere heilige boeken ken je?

Slide 21 - Open vraag

De Koran is het heilige boek van de islam. De verhalen in de Koran zijn door God of Allah verteld aan de profeet Mohammed. Hij wordt daarom ‘de boodschapper’ van God genoemd.

Vraag: Wie kent nog andere heilige boeken?
Bijvoorbeeld: de Bijbel (christendom), de Thora (jodendom) en de pali-canon (Theravada-boeddhisme).

Slide 22 - Video

Bekijk de video over de vijf zuilen.
bedevaart naar Mekka

Slide 23 - Tekstslide

Moslims leven volgens vijf regels: de zuilen van de islam. Een hele belangrijke zuil is de vijfde zuil: de bedevaart naar Mekka, de hadj. Iedere moslim die het geld heeft en gezond is moet één keer in zijn of haar leven naar Mekka. 

In Mekka staat de Ka’ba, een groot zwart vierkant gebouw, het heiligdom van moslims. Moslims richten zich, overal ter wereld, richting de Ka’ba tijdens het dagelijks gebed. Het dagelijks gebed is ook één van de islamitische zuilen of regels.


Hindoeïsme
Ken jij iemand die naar Mekka is geweest?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Quizvraag: Ken jij iemand die naar Mekka Is geweest?
Als er iemand in de klas naar Mekka is geweest, vraag hem/haar dan naar diens ervaring daar.



De opdracht
  • staat in SOM.
  • Sla de opdracht in Word op in je IM-mapje in OneDrive. 
  • Je werkt met 3/4 mensen in 1 groepje aan 1 dimensie
  • Je zoekt informatie over 4 religies
  • Je vult de komende 5 weken de ontbrekende onderdelen in in de opdracht.
  • Elke week wordt 1 religie besproken.
  • Elk groepje levert 1 Word of Pdf in in SOM voor 31 mei via "bestand uploaden".

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Rituelen (Vandaag): Wat doen de gelovigen regelmatig? Denk aan bidden, verering, zegeningen en meditatie.
2. Verhalen: De verhalen binnen het geloof. Denk aan verhalen over de goden, profeten, het ontstaan van het leven en mythen.
3. Ideeën (filosofie): Wie of wat is God? Wat doet God of de Goden wel of niet? Bestaan er geesten, engelen of een ziel?
4. Leefregels (ethiek): Hoe moet de gelovige leven? Wat mag wel of niet van de religie? Is er iets verboden of kan je juist iets bijzonder ‘goeds’ doen?


5. Organisatie: Hoe ziet de gemeenschap of groep gelovigen eruit? Wie bepaalt de regels? Wie zijn de belangrijkste personen? Zijn er mensen die meer macht hebben dan anderen? Als je vragen zou hebben over hoe de religie werkt, aan wie zou je dan jouw vragen kunnen stellen? En waarom is dat dan de juiste persoon?
6. Objecten: Belangrijke gebouwen, kunst, sieraden, standbeelden en andere ‘dingen’.

> Iedere les staat er in principe één van de bovenstaande onderdelen centraal.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen over de opdracht?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mensen zijn 'gewoontedieren'
Mensen vullen hun leven met allerlei 'rituelen'. 

Kan je een aantal rituelen bedenken?
Opdracht 1

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Rituelen

Wat doen de gelovigen regelmatig? Denk bijv. aan bidden, verering, zegeningen en meditatie.

Voor de komende les:
Geef antwoord op twee van de volgende vragen en voeg een illustratie toe

1 Welk ritueel voeren de gelovigen uit bij de geboorte van een kind? Welke stappen worden er bij dit ritueel gevolgd en waarom?

2 Wat heeft religie te maken met de verbinding tussen man en vrouw? Hoe ziet het huwelijk eruit?

3 Noem tenminste 3 vaste onderdelen van het ritueel van de begrafenis.


Opdracht 1

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaak- en vernieuwingsrituelen
Opdracht 1

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

groep 1: Hindoeïsme
groep 2: Boeddhisme
groep 3: Jodendom
groep 4: Christendom
Groep 5: Islam
6 dimensies:

1. rituelen
2. verhalen
3. ideeën
4. leefregels
5. organisatie
6. objecten

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies