Britse rijk India

Britse rijk: India
1 / 52
volgende
Slide 1: Woordweb
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Britse rijk: India

Slide 1 - Woordweb

hoe noem je iemand uit india?
A
Indiaan
B
Indiër
C
Indiäse
D
Indiäze

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

leerdoel
Je kunt uitleggen dat het Britse handelsmonopolie in India voordelen had voor de Engelse handelaren, maar ook voor de bevolking en de Indiase vorsten

Slide 7 - Tekstslide

handelsmonopolie voor de Britten
  • 17e eeuw - EIC bezat factorijen in India en was niet geïnteresseerd in politieke macht
  • 18e eeuw- macht van de centrale Mogolvorst nam af, de lokale vorsten kregen steeds meer macht. Ze sloten zelf verdragen met de EIC
  • EIC maakte gebruik van het machtsverlies van de Mogolvorst en breidde met militair geweld haar macht in India verder uit 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

leerdoel
Je kunt de Britse handelswijze in India in de 17e eeuw beschrijven en verklaren

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

leerdoel
Je kunt uitleggen waarom het verdrag van Allahabad het einde betekende van de invloed van de Mogolvorsten op het bestuur van India

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Monopolie
A
Een bordspel
B
Een ziekte waar slaven dood aan gingen
C
recht dat alleen jij iets mag verkopen
D
fort van de WIC

Slide 16 - Quizvraag

Wat zijn bania's?
A
Indiase badhuizen
B
Schepen van de EIC
C
Tussenpersonen in het bestuur
D
Tussenpersonen in de handel

Slide 17 - Quizvraag

Weet je het nog? Wie waren de heersers over India voor de Britten kwamen?
A
De Indiërs
B
De mogols
C
De VOC
D
De portugezen

Slide 18 - Quizvraag

Weet je het nog? De Mogol-dynastie was ....
A
Hindoeïstisch
B
Islamitisch
C
Perzisch
D
Zimbabwaans

Slide 19 - Quizvraag

Waarom vonden Mogolvorsten het prima dat er zich handelaren vestigden aan de kust?
A
Meer handel dus meer belastingen
B
Meer handel dus meer winst
C
Meer handel dus meer spullen
D
Meer handel dus meer nieuwe producten

Slide 20 - Quizvraag

Wat beloofde de Mogolvorst Djehangir aan de Britten?
A
Monopolie op handel in het Mogolrijk
B
Steun bij handelsoorlogen
C
Grondstoffen
D
Niks

Slide 21 - Quizvraag

De East Indian Company moest rekening houden met de vorsten van...
A
het boeddhistische Mongoolse Rijk
B
het Islamitische Mogolrijk
C
het boeddhistische Mogolrijk
D
het Hindoestaanse Mogolrijk

Slide 22 - Quizvraag

India levert veel geld op voor de East India Company (EIC) door
A
Handel in Amerikaanse producten (tabak, katoen, suiker, cacao)
B
Handel in Indiase producten (thee, katoen, zijde, indigo, salpeter)
C
Innen van belastingen in Bengalen
D
Innen van belastingen in Pakistan

Slide 23 - Quizvraag

Door het Verdrag van Allahabad kregen de Britten...
A
Het recht om belastingen te innen in Bengalen
B
Het recht om de Mogol-vorst te benoemen
C
Het recht om India te besturen
D
Het recht om thee gratis te exporteren

Slide 24 - Quizvraag

Wat was een effect van het Verdrag van Allahabad (1765)?
A
De EIC vertrok uit India
B
De EIC betaalde meer voor katoen
C
De Britse regering bestuurde India nu
D
De EIC kreeg meer macht in India

Slide 25 - Quizvraag

Het verdrag van Allahabad werd getekend in
A
1765
B
1776
C
1823
D
1857

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Bewering: Door het Verdrag van Allahabad verkregen de Britten voor het eerst een vorm van bestuur in India en word daarom gezien als het begin van het Britse Rijk in India
A
Goed
B
Fout

Slide 44 - Quizvraag

Waarom werd India steeds belangrijker binnen het Britse Rijk?
A
Betere katoenproductie dan de Amerikaanse plantages
B
Amerikaanse onafhankelijkheid en crisis suikerproductie
C
Koffie en theeproductie werd steeds belangrijker
D
Oorlog met Spanje

Slide 45 - Quizvraag

Wie begonnen de Grote Opstand (1857-1858) in het Britse rijk in India?
A
Britten die meer gezag wilden.
B
Indiase boeren.
C
Ontevreden Indiase soldaten.
D
Indiase regering die onder toezicht stond van de Britten.

Slide 46 - Quizvraag

India was een
A
vestigingskolonie van Groot - Brittannië
B
een exploitatiekolonie van Groot - Brittannië

Slide 47 - Quizvraag

In 1857 is een Indiaas leger in gevecht met een Brits leger in het noordoosten van India.
Hoort deze gebeurtenis bij modern imperialisme?
A
Ja, want Europese landen wilden vooral handel drijven met verre landen
B
Ja, want Engeland wil een gebied veroveren om te bezitten en te besturen
C
Nee, want koloniën werden zonder geweld veroverd
D
Nee, want Engeland wilde geen wereldrijk

Slide 48 - Quizvraag

India was vroeger een kolonie van Engeland. In welk jaar werd India onafhankelijk?
A
1944
B
1945
C
1946
D
1947

Slide 49 - Quizvraag

Wat was geen gevolg voor India van de Britse overheersing
A
Ontstaan Westers onderwijs
B
Verbeterde infrastructuur
C
Ontstaan plantages
D
Bloei van de nijverheid

Slide 50 - Quizvraag

Wat vind je tot nu toe lastig aan HC Britse Rijk?

Slide 51 - Open vraag

waar moet ik nog aandacht aan besteden?

Slide 52 - Open vraag